BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2008-2009
________
9 april 2009
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-3328

de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

aan de minister van Justitie
________
Berechting van buitenlandse verdachten - Uitvoering van de straf in het land van oorsprong
________
overbrenging van gedetineerden
buitenlandse staatsburger
uitlevering
Europees arrestatiebevel
voltrekking van de straf
________
9/4/2009Verzending vraag
20/5/2009Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-3328 d.d. 9 april 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

België krijgt soms de uitlevering van verdachten om hen hier te kunnen berechten.

Zo stelt Polen dikwijls als voorwaarden voor zo'n uitlevering dat de straf uiteindelijk moet uitgezeten worden in Polen na berechting in ons land.

Een voorbeeld hiervan vindt u in het dossier Adam G. en de moord op Joe Van Holsbeeck.

Soms wordt er echter door onze rechtbanken toestemming gegeven om desondanks toch de opgelopen straf in ons land uit te zitten en wordt er dus beslist om voorwaarden van Europese aanhoudingsbevelen te negeren.

Daarom deze vragen :

1) In hoeveel dossiers werden verdachten aan ons land uitgeleverd met als voorwaarde dat de betrokkene zijn straf moet uitzitten in het land van herkomst ?

2) Kan u mij meedelen of deze voorwaarde een standaardclausule is, of is het eerder uitzonderlijk dat dit geëist wordt door de uitleverende staat ?

3) Op basis van welke wetgeving kunnen onze rechtbanken en hoven afwijken van de voorwaarden van Europese en internationale aanhoudingsbevelen ?

4) Hoeveel gevangenen zitten er momenteel in onze gevangenissen die eigenlijk op basis van hun uitlevering hun straf zouden moeten uitzitten in het land van herkomst ? Graag daarbij een opsplitsing per land.

Antwoord ontvangen op 20 mei 2009 :
  1. Deze vraag kan niet nauwkeurig worden beantwoord. Overeenkomstig de geest van het kaderbesluit betreffende het Europees aanhoudingsbevel heeft België immers gekozen voor een gedecentraliseerd systeem voor de behandeling van de verzoeken met betrekking tot Europese aanhoudingsbevelen. De Federale Overheidsdienst Justitie beschikt dan ook niet over directe gegevens over de toepassing van het nieuwe stelsel.

  2. De Wet en het kaderbesluit inzake het Europees aanhoudingsbevel voorzien in een facultatieve terugkeervoorwaarde die aan de overlevering kan worden gekoppeld.

  3. Dit is niet mogelijk. De wet implementeert het kaderbesluit en kan dus niet kan afwijken van het kaderbesluit.

  4. Hiervoor wordt verwezen naar het antwoord op vraag 1.