5-1514/1

5-1514/1

Belgische Senaat

ZITTING 2011-2012

2 MAART 2012


Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, teneinde een verbod in te stellen op het doden van dieren omwille van hun pels

(Ingediend door mevrouw Freya Piryns c.s.)


TOELICHTING


Het is alom bekend dat de pelsproductie heel wat dierenleed veroorzaakt. Nochtans heeft dat nog niet geleid tot een verbod op de kweek van pelsdieren in België, hoewel daar in de samenleving een breed draagvlak voor bestaat.

De dierenwelzijnsorganisaties zetten geregeld sensibiliseringscampagnes op. Onder druk van dergelijke initiatieven hebben verschillende Europese landen, zoals het Verenigd Koninkrijk en Oostenrijk, al beslist de kweek van pelsdieren niet langer toe te staan.

Het gaat hier in de eerste plaats om een ethische kwestie : hoe verhouden wij ons tot het dier en wat mogen wij het dier aandoen om in onze min of meer essentiële behoeften te voorzien ? De voedselvoorziening mag dan al worden aangevoerd als rechtvaardigingsgrond voor de intensieve dierkwekerij — waarbij het dierenwelzijn echter moet worden beschermd —, de vraag rijst echter of die redenering ook opgaat voor de intensieve kweek van dieren omwille van hun pels.

In België mogen alleen nertsen voor hun pels worden gekweekt. Zo worden jaarlijks 150 000 nertsen vastgehouden in nauwe kooien van 30 op 80 op 30 centimeter (wat neerkomt op enkele schoendozen). Bij heel wat van die dieren worden neurotische verschijnselen vastgesteld, als gevolg van die opsluiting. De stress waaraan zij zijn blootgesteld, komt tot uiting in repetitief gedrag (stereotypie), agressie of zelfverminking. Als niet-tamme dieren hebben nertsen het des te moeilijker zich aan te passen aan die uiterst restrictieve kweekomstandigheden. Na zeven à acht maanden worden de nertsen vergast en van hun pels ontdaan.

De grootste pijnpunten van de nertskweek zijn het hoge sterftecijfer onder jonge dieren, het veel voorkomende abnormale en agressieve gedrag, alsook het feit dat de nertsen geen mogelijkheid hebben te zwemmen. Die pijnpunten werden met name aan het licht gebracht door het wetenschappelijk panel voor de diergezondheid van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) (1) .

Uit recent onderzoek is bovendien gebleken dat de pelsproductie milieubelastender is dan de productie van alle andere geteste textielsoorten (zoals katoen, acryl, wol of polyester) (2) . Als men de pelsproductie toetst aan achttien parameters (zoals de klimaatverandering, de vervuiling door ozon, de uitstoot van fijn stof, de verzuring van de bodem, het gebruik van water en grond), blijkt dat zij voor zeventien van die parameters de grootste ecologische voetafdruk heeft. Alleen voor de katoenproductie wordt méér water gebruikt dan voor de pelsproductie. De klimaatweerslag voor één kilogram nertspels is vijf maal groter dan die van de tweede vervuilendste textielsoort, te weten wol. Door de productie van stikstofoxide en ammoniak is de kweek van nertsen daarenboven mee verantwoordelijk voor de verzuring van de bodem en voor de uitstoot van fijn stof.

Bijgevolg strekt dit wetsvoorstel ertoe het doden van dieren omwille van hun pels te verbieden, door in de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren een daartoe strekkend artikel in te voegen. Wel wordt bepaald dat de wet pas op 1 januari 2014 in werking treedt, zodat de kwekers een overgangsperiode genieten.

Freya PIRYNS.
Cécile THIBAUT.
Mieke VOGELS.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

In de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren wordt een artikel 16/1 ingevoegd, luidende :

« Art. 16/1. Het is verboden dieren te doden omwille van hun pels. »

Art. 3

Deze wet treedt in werking op 1 januari 2014.

27 januari 2012.

Freya PIRYNS.
Cécile THIBAUT.
Mieke VOGELS.

(1) The Welfare of Animals Kept for Fur Production, rapport aangenomen op 12-13 december 2001.

(2) The Environmental Impact of Mink Fur Production, Delft, CE Delft, januari 2011.