4-1300/1

4-1300/1

Belgische Senaat

ZITTING 2008-2009

30 APRIL 2009


Voorstel van bijzondere wet tot wijziging van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, teneinde de naleving en de controle op de naleving ervan door de Brusselse plaatselijke besturen, de ziekenhuisverenigingen en de politiezones te verbeteren

(Ingediend door de heer Joris Van Hauthem c.s.)


TOELICHTING


Dit voorstel moet worden samengelezen met het wetsvoorstel nr. 4-1299 tot wijziging van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966.

In de toelichting bij het voormelde voorstel werd reeds de aandacht gevestigd op het problematische toezicht op de naleving van de bestuurstaalwet. Wat de negentien Brusselse gemeenten betreft, wordt dit toezicht toevertrouwd aan de regeringscommissaris van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, vicegouverneur genaamd. Artikel 65 van voormelde wet beperkt echter de controlemacht van de vicegouverneur in deze zin dat hij onwettige beslissingen enkel kan schorsen en niet vernietigen. De vernietigingsbevoegdheid berust thans, wat de gemeenten betreft, bij de Brusselse hoofdstedelijke regering, terwijl de controle op de OCMW's gezamenlijk wordt uitgeoefend door een Nederlands- en een Franstalige minister in de schoot van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Tot dusver zijn de regering of het College bijna nooit overgegaan tot de vernietiging van de door de vicegouverneur geschorste beslissingen inzake benoemingen en aanstellingen door gemeenten en OCMW's. Aan Franstalige zijde wordt immers bijna steeds geweigerd om de vernietiging van beslissingen die de vicegouverneur, gelet op de taalwetgeving, heeft geschorst en die vaak te maken hebben met benoemingen mee te ondertekenen.

Overeenkomstig het voormelde voorstel wordt het toezicht op de naleving van de bestuurstaalwet verscherpt, doordat schorsingen waarvan de betrokken overheden kennis hebben genomen, niet meer automatisch na veertig dagen worden opgeheven. Evenwel kunnen geschorste besluiten nog steeds worden gerechtvaardigd door de betrokken overheden of instanties.

Om deze verscherping van het toezicht te vervolledigen, wordt nu voorgesteld dat de schorsingsbesluiten van de vicegouverneur enkel kunnen worden opgeheven bij een met redenen omkleed besluit van, al naargelang het geval, de Brusselse Hoofdstedelijke regering of het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

De invoering van dergelijke regeling zou evenwel problemen kunnen doen rijzen gelet op het beginsel van de gewestelijke autonomie. Dit beginsel, dat voortvloeit uit artikel 39 van de Grondwet, houdt in dat de gewesten niet kunnen worden verplicht om hun medewerking te verlenen aan de uitoefening van federale bevoegdheden (1) . Van dat beginsel kan enkel worden afgeweken bij bijzondere wet. Bijgevolg wordt inzake de opheffing van de schorsingsbesluiten van de vicegouverneur een voorstel van bijzondere wet ingediend.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 2

Dit artikel voegt in artikel 65 van de bestuurstaalwet een § 3bis en een § 3ter in, waarin wordt bepaald dat de overheden en instanties die een geschorst besluit wensen te rechtvaardigen, het rechtvaardigingsbesluit dienen over te zenden aan de Brusselse Hoofdstedelijke regering of het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. De schorsing kan enkel worden opgeheven bij een met redenen omkleed besluit van de regering of het Verenigd College.

Joris VAN HAUTHEM
Nele JANSEGERS
Yves BUYSSE.

VOORSTEL VAN BIJZONDERE WET


Artikel 1

Deze bijzondere wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2

In artikel 65 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, worden de paragrafen 3bis en 3ter ingevoegd, luidende :

« § 3bis. De besluiten waarbij een gemeenteoverheid of politiezone een beslissing die op grond van paragraaf 3 werd geschorst, rechtvaardigt, worden overgezonden aan de Brusselse Hoofdstedelijke regering binnen een termijn van zestig dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van het schorsingsbesluit.

De Brusselse Hoofdstedelijke regering kan, bij een met redenen omkleed besluit, de schorsing opheffen binnen een termijn van zestig dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van het rechtvaardigingsbesluit.

§ 3ter. De besluiten waarbij een raad voor maatschappelijk welzijn of ziekenhuisvereniging een beslissing die op grond van paragraaf 3 werd geschorst, rechtvaardigt, worden overgezonden aan het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie binnen een termijn van zestig dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van het schorsingsbesluit.

Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie kan, bij een met redenen omkleed besluit, de schorsing opheffen binnen een termijn van zestig dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van het rechtvaardigingsbesluit. ».

25 maart 2009.

Joris VAN HAUTHEM
Nele JANSEGERS
Yves BUYSSE.

(1) Zie Velaers Jan, De Grondwet en de Raad van State, afdeling wetgeving. Vijftig jaar adviezen aan wetgevende vergaderingen, in het licht van de rechtspraak van het Arbitragehof, Antwerpen, Maklu, 1999, blz. 271 e.v.