Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-59

ZITTING 2005-2006

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid (Sociale Zaken)

Vraag nr. 3-3684 van mevrouw Van de Casteele d.d. 9 november 2005 (N.) :
Progressieve tewerkstelling in het kader van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen. — Nieuwe cumulatieregeling. — Evaluatie.

Bij artikel 230 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, werd een nieuwe cumulatieregeling ingevoerd die op 1 januari 2005 van kracht werd.

Door deze regeling wordt een aantal gezinnen financieel zwaar gestraft. Zo zijn er die tot 350 euro per maand moeten inleveren.

In antwoord op eerdere vragen daarover stelde de geachte minister dat de oude cumulatieregeling voor sommige gerechtigden inderdaad beter was en dat eventueel maatregelen zouden worden genomen na vergelijking van de oude en de nieuwe berekeningswijze. Dat zou pas in oktober kunnen gebeuren.

1. Kan de geachte minister meedelen wat die evaluatie heeft aangetoond ?

2. Hoe zal hij de aangehaalde problemen oplossen ?

Antwoord : Sinds 1 april 2002 is een nieuwe regel met betrekking tot de cumulatie van uitkeringen en inkomens uit een toegestane activiteit van toepassing. Na een overgangsperiode, is deze nieuwe cumulatieregel vanaf 1 januari 2005 van toepassing op alle gerechtigden die een activiteit met toestemming van de adviserend geneesheer uitoefenen. In de overgangsperiode tussen 1 april 2002 en 31 december 2004, werd voor de gerechtigden die vóór 1 april 2002 de toestemming tot het uitoefenen van een activiteit hadden verkregen, de meest gunstige financiële berekening weerhouden.

De verplichte overgang van de oude naar de nieuwe cumulregel heeft voor de gerechtigden die tot 31 december 2004 een uitkering genoten volgens de oude regel, een gemiddelde vermindering van hun uitkering meegebracht van 2,90 euro per dag. De samenwonende invaliden met een volledige uitkering, die 40 % van het gederfde loon bedraagt, lijden gemiddeld het grootste financiële verlies (4 euro per dag). De overige categorieën gerechtigden verliezen gemiddeld tussen 0,82 euro en 2,36 euro per dag.

Teneinde de financiële gevolgen voor de betrokkenen te verminderen werden de volgende maatregelen genomen :

— Het brutobedrag van het beroepsinkomen wordt verminderd met het bedrag van de socialezekerheidsbijdragen ten laste van de gerechtigde, dat geacht wordt overeen te stemmen met 13,07 % voor een bediende en met 14,12 % voor een arbeider.

— Het bedrag van de inkomensschijven werd op 1 januari 2005 geherwaardeerd, Vanaf genoemde datum is het bedrag van de inkomensschijven opgetrokken van 9,19 euro naar 10 euro.

Deze maatregelen hebben de financiële verliezen voor de gerechtigden duidelijk verminderd. De gemiddelde vermindering van de daguitkering is teruggebracht van 2,90 euro naar 2,18 euro. Het gemiddelde financiële verlies dat de samenwonende invaliden met een volledige uitkering, die 40 % van het gederfde loon bedraagt, heeft geleden, wordt verminderd van 4 euro naar 2,98 euro per dag. De overige categorieën gerechtigden verliezen gemiddeld tussen de 0,62 euro en 1,87 euro per dag.

Verliezen van 350 euro per maand zijn uiterst zeldzaam. Van de 1 082 gerechtigden van wie de uitkeringen vóór 1 januari 2005 nog volgens de oude cumulregel werden berekend, is er, volgens de informatie die door de verzekeringsinstellingen werd meegedeeld, slechts één geval bekend. Dergelijk verlies is bovendien slechts mogelijk in die gevallen waarbij het verdiende inkomen relatief hoog is.