Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-52

ZITTING 2005-2006

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid (Sociale Zaken)

Vraag nr. 3-3045 van mevrouw Van de Casteele d.d. 15 juli 2005 (N.) :
Protonpompinhibitoren (PPI's). — Regels voor de terugbetaling. — Gastroscopisch onderzoek. — Evolutie van de RIZIV-uitgaven.

De gezondheidswet voorziet in nieuwe regels voor de terugbetaling van de protonpompinhibitoren (PPI's). Tijdens de plenaire Senaatsvergadering van 26 mei 2005 (Parlementaire Handelingen, nr. 3-113, vraag om uitleg nr. 3-811 van senator Beke, blz. 62-63) antwoordde de geachte minister dat deze beslissing wetenschappelijk onderbouwd was.

1. Het klopt wellicht dat het budget van de PPI's, nadat ze uit hoofdstuk IV werden gehaald, ondanks de forse prijsdaling opnieuw gestegen is en dat er dus veel meer PPI's werden voorgeschreven.

Kan de geachte minister de evolutie meedelen van de uitgaven per maand en de « defined daily doses » (DDD's) voor de terugbetaling van PPI's de laatste vijf jaar in de publieke officina's en intramuraal ? Kan hij daarbij een onderscheid maken tussen originele PPI's en generieken ?

2. Kan hij voor dezelfde periode een overzicht geven van de RIZIV-uitgaven per maand voor gastroscopisch onderzoek ?

3. Ons geneesmiddelenbeleid houdt niet echt rekening met besparingen op langere termijn in andere sectoren van de gezondheidszorg, laat staan in andere sectoren zoals ziekteuitkeringen of werkverzuim. Is dat bij de voorbereiding van deze beslissing wel gedaan ? Op welke adviezen en/of welke studies is de beslissing gestoeld ?

4. Zal de geachte minister kunnen voorkomen dat er opnieuw duurdere geneesmiddelen worden voorgeschreven waarvoor gastroscopisch onderzoek noodzakelijk is ?

5. Beseft hij dat deze maatregel voor de patiënt en voor de artsen zeer verwarrend overkomt ?

Antwoord : In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de evolutie van de netto uitgaven van het RIZIV voor PPI's voor de periode 2000-2004. Het betreft de uitgaven voor generieken en kopieën (G + C) enerzijds en voor originele specialiteiten anderzijds. De farmaceutische specialiteit Pariet (28 × 10) staat apart vermeld omdat deze specialiteit van bij de aanvang opgenomen werd in hoofdstuk I van de lijst van vergoedbare farmaceutische specialiteiten. De overige specialiteiten behorende tot de groep van PPI's waren echter van in het begin opgenomen in hoofdstuk IV van voormelde lijst.

De totale netto uitgaven van de verzekering voor geneeskundige verzorging — voor de generieken en de kopieën, het Pariet 28 × 10 en de originele specialiteiten -zijn geëvolueerd van 90 038 916 euro in het jaar 2000 tot 133 722 502 euro in het jaar 2004. Dit is een stijging van 48,5 %.

De DDD's (defined daily doses) zijn in dezelfde periode toegenomen met 162,8 % van 53 560 350 DDD's in 2000 tot 140 786 435 DDD's in 2004 voor het totaal van de drie voormelde categorieën van specialiteiten.

Globaal gezien is in de loop der jaren de kost per DDD gedaald als gevolg van de introductie op de markt van (goedkopere) generieke specialiteiten.

Onderstaande gegevens hebben enkel betrekking op de uitgaven voor PPI's afgeleverd in publieke officina's. Het toediening van PPI's in ziekenhuizen is beperkt omdat het — met uitzondering van inspuitbare vormen ter preventie van onder andere stressulcus — louter om de verderzetting gaat van een reeds opgestarte behandeling, in de context van ambulante zorgverlening.

NET 2000NET 2001NET 2002NET 2003NET 2004
Total G + C00780 53425 853 04450 604 064
Total Pariet 28 × 10035 8663 391 59312 590 58613 181 139
Totaal originelen90 038 91699 494 020101 459 82286 576 07269 937 299
Totaal90 038 91699 529 885105 631 949125 019 703133 722 502

DDD 2000DDD 2001DDD 2002DDD 2003DDD 2004
Total G + C001 201 89343 226 62987 390 748
Total Pariet 28 × 10020 4882 122 8887 880 8268 259 524
Totaal originelen53 560 35062 240 07364 924 15255 677 57145 136 163
Totaal53 560 35062 260 56168 248 933106 785 026140 786 435

In de tabel hieronder wordt een overzicht gegeven van de evolutie van de uitgaven van de verzekering voor geneeskundige verzorging en het hiermee gerelateerd aantal gevallen van gastroscopisch onderzoek voor de jaren 2000 tot en met 2004.

20002001200220032004
CodeUitgaven (*) GevallenUitgaven (*)GevallenUitgaven (*) GevallenUitgaven (*)GevallenUitgaven (*)Gevallen
4724151 832 966,1023 8951 627 381,2320 8761 332 474,2216 8481 031 148,2512 614897 776,9210 816
472426920 559,4011 048865 332,0810 237676 707,127 895602 161,346 809545 896,696 077
Tot2 753 525,5034 9432 492 713,3131 1132 009 181,3424 7431 633 309,5919 4231 443 673,6116 893
47257032 410,9932432 873,3532428 820,4028030 414,5528737 983,67354
47258135 531,4135733 987,5233631 260,1330433 597,7731830 453,04284
Tot67 942,4068166 860,8766060 080,5358464 012,3260568 436,71638
47305625 851 936,47277 28226 544 528,55280 40626 880 338,63280 14525 784 038,80260 22926 788 821,43266 365
47306011 592 438,29115 95412 114 450,07119 46211 882 470,74115 66912 321 599,79116 29112 962 175,12120 624
Tot37 444 374,76393 23638 658 978,62399 86838 762 809,37395 81438 105 638,59376 52039 750 996,55386 989
47379317 420,2011674 530,88500
473 80420 913,4314172 955,93485
Tot38 333,63257147 486,81985
Totaal40 265 842,66428 86041 218 552,80431 64140 832 071,24421 14139 841 294,13396 80541 410 593,68405 505
Gegevens in euro.

CodeOmschrijvingDatum
472415-472426Fibrogastroscopie en/of fibrobulboscopie01-01-1985
472570-472581 Fibrogastroscopie en/of fibrobulboscopie met wegnemen van tumors en/of coagulatie van letsels01-04-1997
473056-473060Fibroduodenoscopie (2e en 3e duodenum)01-01-1985
473793-473804 Wegnemen van tumors en/of coagulatie van letsels (2e en 3e duodenum)01-07-2003

De omschrijving van de respectievelijke nomenclatuurcodes voor gastroscopisch onderzoek staat vermeld alsook de datum van inwerkingtreding van elke nomenclatuurcode, met het oog op terugbetaling vanuit de verzekering voor geneeskundige verzorging. Het betreft enkel nomenclatuurnummers die betrekking hebben op zuiver of gedeeltelijk diagnostische onderzoeken.

Gezien de gefaseerde introductie van nieuwe nomenclatuurcodes en eventuele onderlinge verschuivingen in het aanrekenen van een specifieke prestatie voor gastroscopisch onderzoek is het niet evident een gedetailleerde evaluatie te maken van de uitgaven voor gastroscopie.

Globaal gezien zijn de totale jaaruitgaven voor de periode 2000 tot en met 2004 licht gestegen van 40 265 843 euro in 2000 naar 41 410 594 euro in 2004. Het aantal gevallen is tijdens deze periode licht gedaald van 428 860 in het jaar 2000 tot 405 505 in het jaar 2004.

De procedurele behandeling van een aanvraag tot opname op de lijst van vergoedbare farmaceutische specialiteiten is wettelijk vastgelegd.

Conform artikel 4 van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, gebeurt de beslissing omtrent het al dan niet opnemen, het wijzigen of het schrappen (...) na evaluatie van één of meer van de volgende criteria :

— de therapeutische waarde;

— de prijs van de farmaceutische specialiteit en de door de aanvrager voorgestelde vergoedingsbasis;

— het belang van de farmaceutische specialiteit in de medische praktijk in functie van de therapeutische en sociale behoeften;

— de budgettaire weerslag voor de verzekering, rekening houdend met de begrotingsdoelstellingen;

— de verhouding tussen de kosten voor de verzekering en de therapeutische waarde.

In de context van een verantwoord geneesmiddelen-beleid, zowel budgettair als op het niveau van de volksgezondheid, mag het uitzonderlijk belang van de resultaten van medisch wetenschappelijk onderzoek, conform de regels van « Evidence based medecine (EBM) » niet onderschat worden.

Wat de gerealiseerde groepsgewijze herziening van de protonpompinhibitoren en de H2.receptoranta-gonisten betreft, wil ik in het bijzonder wijzen op het verslag van de RlZIV-Consensusvergadering van mei 2003 over het Doelmatig gebruik van zuurremmers bij gastro-oesofagale reflux en dyspepsie en de werkzaamheden van de « werkgroep PPI en H2-RA » van de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen.

EBM en het ontwikkelen van richtlijnen voor good medical practice zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Met respect voor het behoud van de vrijheid van voorschrift, zullen de resultaten van medisch wetenschappelijk onderzoek op termijn moeten leiden tot algemene richtlijnen van goede medische praktijk die voor én door de verschillende beroepsgroepen — met een bijzondere expertise ter zake — zullen tot stand komen.

De evolutie van het medisch wetenschappelijk denken van de voorbije jaren heeft onvermijdelijk consequenties voor een zinvolle en verantwoorde bijsturing van het geneesmiddelenbeleid, zowel budgettair als op het niveau van de volksgezondheid.

Daar ik mij ervan bewust ben dat de nieuwe bepalingen een administratieve overlast kunnen creëren, heb ik aan de Commissie voor terugbetaling van geneesmiddelen gevraagd de modaliteiten te herzien met het oog op een administratieve vereenvoudiging.