3-1197/1

3-1197/1

Belgische Senaat

ZITTING 2004-2005

19 MEI 2005


Voorstel van bijzondere wet tot wijziging van de artikelen 71 en 73 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen

(Ingediend door de heer Joris Van Hauthem)


TOELICHTING


Dit voorstel van bijzonder wet neemt de tekst over van het voorstel nr. 2-1295/1.

Bij het totstandkomen van de zogenaamde Sint-Michielsakkoorden werd de rechtstreekse verkiezing van de deelstaatparlementen geregeld bij bijzondere wet. De bijzondere wetgever opteerde voor een legislatuurparlement voor een periode van vijf jaar. De deelstaatparlementen konden bijgevolg niet vervroegd ontbonden worden. Als motivatie werd de continuïteit van het beleid ingeroepen.

Nochtans kan een dergelijke constructie in geval van een regeringscrisis een deelstaatparlement volledig lam leggen. Dat heeft de bijzondere wetgever ongetwijfeld niet gewenst. Vandaar is het niet onlogisch dat ook voor deelstaatparlementen vervroegde verkiezingen kunnen worden uitgeschreven, indien een crisis binnen de meerderheid uitzichtloos is. De voorliggende tekst stelt een procedure voor die analoog is met de procedure die in de Kamer van volksvertegenwoordigers wordt gehanteerd.

Joris VAN HAUTHEM.

VOORSTEL VAN BIJZONDERE WET


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2

In artikel 71 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen worden de volgende wijzigingen aangebracht :

A) het tweede lid wordt opgeheven;

B) in het vierde lid vervallen de woorden « benevens de aanstelling van de nieuwe Regering, het nieuwe lid of de nieuwe leden ».

Art. 3

Artikel 73 van dezelfde bijzondere wet wordt vervangen als volgt :

« Art. 73. — Indien één of meer leden van de Regering ontslag nemen, wordt in hun vervanging voorzien.

De Regering heeft het recht het Parlement te ontbinden wanneer het, bij meerderheid van zijn leden :

1º hetzij een motie van vertrouwen in de Regering verwerpt en niet binnen een termijn van drie dagen, te rekenen van de dag van de verwerping van de motie, een lijst met kandidaten voor een nieuwe Regering overeenkomstig artikel 60, § 1, van deze wet voordraagt;

2º hetzij een motie van wantrouwen tegen de regering aanneemt en niet tegelijk een lijst met kandidaten voor een nieuwe Regering overeenkomstig artikel 60, § 1, van deze wet voordraagt.

Bovendien kan de Regering bij haar ontslag het Parlement ontbinden, nadat dat daarmee bij meerderheid van zijn leden heeft ingestemd.

Het ontbindingsbesluit bevat de oproeping van de kiezers binnen veertig dagen en de bijeenroeping van het Parlement binnen twee maanden. »

Art. 4

Deze wet treedt in werking de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

17 mei 2005.

Joris VAN HAUTHEM.