Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-56

ZITTING 2001-2002

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Binnenlandse Zaken

Vraag nr. 1828 van de heer Kelchtermans d.d. 18 januari 2002 (N.) :
Politiehervorming. ­ Verklaringen van de voorzitter van de politievakbond.

In een recent interview met Het Nieuwsblad uit de voorzitter van de politievakbond NSPV heel wat kritiek op de politiehervorming. Zo stelt hij dat het nieuwe statuut wel heel wat financiële en sociale verbeteringen inhoudt, maar dat het anderzijds niet wordt toegepast, omwille van het feit dat er onvoldoende politiemensen zijn om alle voorziene taken uit te voeren. Volgens hem moeten er nog minstens 2 000 politiemensen bijkomen.

Graag kreeg ik van de geachte minister omstandig antwoord op volgende vragen :

1. Is het juist dat, zoals de heer Van Keer stelt, bestuurders van sproeiwagens of Iveco's soms twaalf uur lang ononderbroken achter het stuur van hun voertuig zitten ? Zo ja, gelden er dan voor hen andere regels dan voor de vrachtwagenchauffeurs of betekent dit dat de overheid haar eigen spelregels niet respecteert ? Welke stappen overweegt hij om dit te onderzoeken en hieraan een einde te stellen ?

2. In welke mate is hij het eens met de analyse van de heer Van Keer dat er nog minstens 2 000 politiemensen moeten bijkomen om alle voorziene taken naar behoren te kunnen uitvoeren ? Wat zou de budgettaire impact zijn van een dergelijke omvangrijke aanwerving ?

3. In welke mate is hij het eens met de stelling dat er door de politiehervorming veel minder blauw op straat is en dat dit hoofdzakelijk een gevolg is van het feit dat de huidige politiezones veel te klein zijn voor een goede dienstverlening ? Overweegt de geachte minister op basis van deze informatie een herindeling van de bestaande politieizones ? Zo ja, in welke zin ? Zo neen, wanneer plant hij een eerste evaluatie van de huidige indeling in zones en met welke intenties ?

4. Volgens de heer Van Keer heeft de samensmelting van de vroegere BOB en de gerechtelijke politie niets veranderd doordat de onderzoekers elk op hun eigen manier blijven verder werken en het nog een generatie zal duren alvorens de violen echt op elkaar afgestemd zijn. In welke mate kan hij deze uitspraak bijtreden dan wel weerleggen ?

5. Is het juist dat de opdeling van de federale politie in vijf algemene directies ­ bestuurlijke politie, gerechtelijke politie, personeel, materiële middelen en operationele ondersteuning ­ volkomen inefficiënt is en enkel maar leidt tot chaos ? Indien dit niet het geval zou zijn, kan de geachte minister dan argumenten geven waarom dit niet zo is en dit staven ? In welke mate heeft de commissaris-generaal hierop invloed ? De heer Van Keer beweert dat deze laatste hierop blijkbaar geen enkele invloed heeft en dat men deze functie zelfs beter zou afschaffen ! Kan de geachte minister dit weerleggen ?

Antwoord : In antwoord op zijn vraag aangaande verklaringen van de voorzitter van een politievakbond in het kader van de politiehervorming, kan ik het geachte lid het volgende meedelen.

1. De bestuurders van sproeiwagens en Iveco's worden ingezet tijdens de opdrachten van ordehandhaving. Na een eerste administratieve verplaatsing eigen aan elke ordedienst, hebben deze opdrachten dikwijls een statisch karakter, hetgeen betrokken bestuurders in staat stelt de nodige rust te genieten. De beweringen dat deze bestuurders twaalf uur lang ononderbroken achter het stuur van hun voertuig zitten, kan dus geenszins slaan op het daadwerkelijk ononderbroken rijden met een voertuig gedurende deze tijdspanne. De aard van de opdrachten waarvoor deze bestuurders worden ingezet biedt voldoende rustperiodes.

Mocht in zeer uitzonderlijke gevallen de effectieve rijtijd van deze bestuurders de aanvaardbare grens dreigen te overschrijden, kan er steeds in een aflossing worden voorzien. Naast de chauffeur-titularis is immers ook de technische chef van een sproeiwagen bevoegd om dit voertuig te besturen terwijl de passagiers van de Iveco met een rijbewijs C de voor dit voertuig aangewezen chauffeur kunnen vervangen.

2. Of de beweringen van de heer Van Keer gesteund zijn op een grondige analyse, kan ik niet beoordelen. Indien dit inderdaad het geval is, wil ik die graag laten bestuderen. Het is ook niet duidelijk of hij het wel heeft over de federale politie, dan wel over de totaliteit van de geïntegreerde politie. Het komt er nu in eerste instantie op aan de beschikbare capaciteit oordeelkundig aan te wenden, de juiste prioriteiten te stellen (onder andere in de diverse veiligheidsplannnen) en de oneigenlijke politietaken verder af te bouwen. Het aanwerven van 2 000 politiemensen is zeker nu niet aan de orde.

3. De stelling dat er thans minder blauw op straat zou zijn door de politiehervorming wordt teniet gedaan door de analyse. Het personeel dat voor de hervorming aanwezig was werd in het plaatselijk korps gehouden. De fusie van de vroegere rijkswachtbrigades en de gemeentepolitie moet schaalbezuinigingen doen ontstaan. De aanpassingen van de bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 (Mammoet) die onlangs werden onderhandeld zijn zovele versoepelingen van de organisatie van de arbeidsduurregeling die terug capaciteiten moeten opleveren aan de politiezones.

Men mag niet uit het oog verliezen dat gelijktijdig met de inplaatsstelling van de politiezones de EU-top heeft plaatsgevonden en de invoering van de euro is gebeurd, met de noodzaak tot gevolg een voldoende aantal politiemensen in te zetten om de openbare orde en veiligheid te verzekeren bij deze gebeurtenissen.

De indeling van de provincies in politiezones overeenkomstig artikel 9 van de wet van 7 december 1998 tot oprichting van een geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, is telkens gebeurd na advies van betrokken burgemeesters (die de gemeenteraden dienaangaande dienden te raadplegen), van de procureur-generaal en van de gouverneur, en dit bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, en met respect voor de grenzen van de gerechtelijke arrondissementen.

De memorie van toelichting bepaalt in artikel 9 dat de politiezones worden ingesteld op basis van de interpolitiezones, aangezien breken met de bestaande dynamiek nefaste gevolgen kan hebben voor de goede werking van het politieapparaat en dat nochtans aanpassingen zijn gebeurd op grond van de ervaringen die werden opgedaan met de interpolitiezones.

Het voorstel tot indeling van mijn departement was gebaseerd op een grondige functionele analyse aan de hand van de veertien functionaliteiten en de bijbehorende normen uitgevoerd door de voormalige algemene politiesteundienst.

De directie Relaties met de lokale politie, die tot eind volgend jaar rechtstreeks onder mijn gezag staat, is evenwel niet alleen belast met de begeleiding van de inplaatsstelling van de lokale politie, maar ook met de evaluatie van de werking ervan, waarbij ook de indeling van de politiezones voortdurend wordt geëvalueerd.

4. Structureel werd ervoor geopteerd om de samensmelting van de ex-BOB's en de ex-brigades van de gerechtelijke politie geleidelijk aan te organiseren. Om te starten werden de beide korpsen onder de operationele leiding van één chef geplaatst, met name de gerechtelijke directuer (DirJud), zoveel mogelijk met behoud van hun specialiteit die ze op basis van de specialisatierichtlijn van maart 1997 gedurende meerdere jaren hadden opgebouwd. Vanuit deze vertreksituatie wordt geleidelijk doch gestaag gewerkt aan de samensmelting, rekening houdend met de noden van de specifieke fenomeenaanpak, de mogelijkheden die zullen geboden worden door de mobiliteit en de wensen van het personeel. De integratie van de diverse culturen is een langzaam proces dat wellicht enige tijd zal vergen. Desondanks worden mij sinds de hervorming vanuit de werkvloer weinig problemen dienaangaande gesignaleerd.

5. De structuur van de federale politie en de respectievelijke bevoegdheden van de commissaris-generaal en de directeurs-generaal van de federale politie werden vastgelegd in de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, en in het koninklijk besluit van 3 september 2000 met betrekking tot de commissaris-generaal en de algemene directies van de federale politie, die zelf de vertaling zijn van het Octopus-akkoord van mei 1998. Dat dit geleid heeft tot chaos, zoals de heer Van Keer beweert, laat ik voor zijn rekening. Wat mij betreft stel ik integendeel vast dat de federale politie de continuïteit van de dienst wel degelijk heeft kunnen waarborgen, ondanks haar inplaatsstelling en de bijzondere gebeurtenissen waarvan sprake hogerop. Meerdere maanden reeds staat zij paraat om samen met de lokale politiediensten, geïntegreerde politieoperaties te organiseren. Onlangs was zij nog het laatste middel, steeds beschikbaar, om te tussen te komen naar aanleiding van de staking van het personeel van de gevangenissen.

Om één en ander te evalueren, heb ik de opdracht gegeven om een externe audit van de federale politie te laten uitvoeren. De resultaten werden mij meegedeeld en werden uitvoerig onderzocht in samenwerking met de federale politie. De eerste lessen werden er reeds uit getrokken en ik waak er persoonlijk over dat de gepaste maatregelen zonder dralen worden genomen teneinde in deze zaak vooruitgang te boeken.