Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-2338

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 29 januari 2019

aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken

Politieambtenaren - Lokale verkiezingen - Kandidaatstelling

politie
gemeenteraadsverkiezing
kandidaat
politieke rechten

Chronologie

29/1/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2019)
4/3/2019Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1676

Vraag nr. 6-2338 d.d. 29 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Verkiezingen vinden zowel op het niveau van de gemeenschappen en de gewesten als op het federale niveau plaats.

In de pers werden de voorbije jaren initiatieven aangekondigd om politieambtenaren makkelijker dan momenteel het geval is actief te laten deelnemen aan lokale verkiezingen.

Het is echter (voorlopig) bij woorden gebleven en bijgevolg is artikel 127 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geďntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus nog steeds van toepassing : « Het statuut van de politieambtenaren waarborgt hun onpartijdigheid. Zij moeten elke handeling of houding vermijden waardoor dit vermoeden van onpartijdigheid zou kunnen worden aangetast. De politieambtenaren moeten elke willekeur bij hun optreden uitsluiten, door inzonderheid te vermijden dat ze, bij hun wijze van optreden of uit hoofde van de aangelegenheid waarvoor zij optreden, afbreuk doen aan de onpartijdigheid die de burgers van hen mogen verwachten. De politieambtenaren moeten er zich in alle omstandigheden van onthouden in het openbaar uiting te geven aan hun politieke overtuiging en zich in het openbaar in te laten met politieke activiteiten. Zij mogen geen kandidaat zijn voor een politiek mandaat. »

Uit eerdere antwoorden van de bevoegde ministers blijkt dat bovenstaande bepaling betrekking heeft op het operationeel politiepersoneel, en dus niet op het administratief en logistiek kader (CALOG-personeel - Cadre administratif et logistique). Deze laatsten mogen blijkbaar wel kandideren bij lokale verkiezingen, voor zover het een andere gemeente betreft dan de gemeente (politiezone) waar ze hun job uitoefenen.

Graag had ik van de geachte minister geweten :

1) Binnen welke van de stelsels van non-activiteit mag de betrokkene zich kandidaat stellen voor de (lokale) verkiezingen ?

2) Dient in de gevallen waarin dit mogelijk zou zijn een specifieke procedure gevolgd te worden ?

3) Moeten CALOG-personeelsleden die willen kandideren voor een lokaal mandaat hier vooraf melding van maken ? Indien ja, welke procedure moet gevolgd worden ?

Antwoord ontvangen op 4 maart 2019 :

Met betrekking tot de leden van het operationeel kader, zowel voor het deel "verkiezingen" als voor het deel "uitoefening van een politiek mandaat", bepaalt artikel 25 van de deontologische code van de politiediensten het volgende: “De leden van het operationeel kader moeten er zich in alle omstandigheden van onthouden in het openbaar uiting te geven aan hun politieke overtuiging en zich in het openbaar in te laten met politieke activiteiten. Om zich kandidaat te kunnen stellen voor een politiek mandaat, moeten ze hun ontslag of een non-activiteit wegens persoonlijke aangelegenheden hebben verkregen”.

Dit verlof (non-activiteit wegens persoonlijke aangelegenheden) moet ten minste drie maanden op voorhand worden aangevraagd (tenzij de overheid een kortere termijn aanvaardt) en kan voor een periode van maximaal twee jaar over de volledige loopbaan worden opgenomen. Na deze termijn moet het personeelslid de functie bij de politie neerleggen of het politieke mandaat beëindigen.

Ik benadruk dat personeelsleden niet verplicht zijn om de reden mee te delen van hun ontslag of hun aanvraag voor non-activiteit wegens persoonlijke aangelegenheden.

Het personeel van het administratieve en logistieke kader (CALog) kan bovenop de bovengenoemde bepalingen, eveneens bepaalde verloven en vrijstellingen genieten.

Wat de verkiezingen zelf betreft, kan het statutair CALog-personeel beroep doen op een verlof voor verkiezingen voor de volledige duur van de campagne.

Bij de uitoefening van hun mandaat kunnen CALog-personeelsleden, statutair of contractueel, onderstaande genieten:

– Dienstvrijstelling voor de uitoefening van een politiek mandaat;

– Facultatief politiek verlof;

– Politiek verlof van ambtswege.

Met betrekking tot het verlof voor verkiezingen, de dienstvrijstelling voor de uitoefening van een politiek mandaat en het facultatief politiek verlof, kan het personeelslid dit verlof naar eigen goeddunken opnemen, nadat hij/zij zijn diensthoofd daarvan in kennis heeft gesteld. Het politieke verlof van ambtswege daarentegen treedt in werking op datum van de eedaflegging.

Ten slotte vervallen bij de uitoefening van het mandaat de drie bovengenoemde soorten verloven/vrijstellingen ten laatste op de laatste dag van de maand volgend op het einde van het mandaat.