Laboratoria klinische biologie - Accreditatie - Kwaliteitscontrole
klinische biologie
officiële statistiek
geografische spreiding
29/6/2011 | Verzending vraag |
4/11/2011 | Antwoord |
Deze vraag herneemt een deel van de eerder gestelde schriftelijke vraag nr. 4 11.
In België worden de klinische laboratoria aan strikte voorwaarden onderworpen. Het leveren van kwaliteit is één van de prioriteiten. Naast de organisatie van externe kwaliteitscontrole, georganiseerd door het Wetenschappelijk Instituut voor de volksgezondheid, volgen er ook plaatsbezoeken vanuit het Wetenschappelijk Instituut voor de volksgezondheid, afdeling Klinische Biologie. Op die manier verkrijgt een laboratorium al dan niet een accreditatie. In Vlaanderen worden die bezoeken in de regel afgelegd door de verantwoordelijke Nederlandstalige laboratoria en in Franstalig België door de verantwoordelijke Franstalige laboratoria.
De kwaliteitscontrole op laboratoria klinische biologie kan alleen maar worden toegejuicht. Als er kwaliteit geleverd wordt, dan leidt dat tot een betere gezondheidszorg, en daar heeft elke patiënt recht op.
Graag stelde ik de minister de volgende vragen :
1) Hoeveel laboratoria klinische biologie zijn er reeds gecontroleerd in België (in verhouding tot het totaal aantal erkende laboratoria) en dit voor de jaren 2009 en 2010?
2) Hoeveel laboratoria klinische biologie zijn er reeds gecontroleerd in Vlaanderen (in verhouding tot het totaal aantal erkende laboratoria) en dit voor de jaren 2009 en 2010?
3) Hoeveel laboratoria klinische biologie zijn er reeds gecontroleerd in Wallonië (in verhouding tot het totaal aantal erkende laboratoria) en dit voor de jaren 2009 en 2010?
4) Hoeveel laboratoria klinische biologie zijn er reeds gecontroleerd in Brussel (in verhouding tot het aantal erkende laboratoria)? Graag kreeg ik deze gegevens uitgesplitst tussen Nederlandstalige en Franstalige klinische laboratoria en voor de jaren 2009 en 2010.
Inleidinga/ Door vergelijking van de publicaties 2008 en 2010 van het statistisch jaarboek van het WIV (Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid), dienst Klinische Biologie, noteert men dat 9 laboratoria van klinische biologie hun activiteit gestaakt hebben (– 5 %): 175 erkende laboratoria in 2008 tegen 166 in 2010.
Sinds 1990 vermindert het aantal erkende laboratoria gemiddeld met +/- 7,6 %.
Tussen 2008 en 2010, parallel met de vermindering van het aantal erkende laboratoria, stelt men eveneens een teruggang van 5 % van het aantal activiteitencentra vast
(cf. tabellen 1 en 2)
Op de 9 erkende laboratoria die tussen 2008 en 2010 zijn verdwenen, zijn er twee in een ziekenhuis en zeven in de private sector.
b/ Een laboratorium van klinische biologie verkrijgt over het algemeen een erkenning voor een periode van 5 jaar (behalve als het een belangrijk aantal niet-conformiteiten vertoont ten opzichte van de eisen van de praktische richtlijn – (koninklijk besluit van 3 december 1999). De huidige periode strekt zich van januari 2009 tot januari 2013 uit. De dienst klinische biologie van ISP-WIV voorziet om minimum eenmaal elk laboratorium per erkenningsperiode te controleren.
Tabel 1 : aantal erkende klinische laboratoria en activiteitencentra (2008 – 2010)
|
Laboratoria |
Totaal aantal activiteitencentra |
||
|
2008 |
2010 |
2008 |
2010 |
Vlaanderen |
97 |
92 |
135 |
128 |
Wallonië |
61 |
59 |
86 |
84 |
Brussel |
17 |
15 |
28 |
25 |
Totaal |
175 |
166 |
249 |
237 |
Bron : ISP-WIV dienst klinische biologie
Tabel 2 : aantal erkende klinische laboratoria en activiteitencentra in 2010 ten opzichte van 2008
|
Aantal laboratoria |
Met 1 AC |
Met 2 AC |
Met 3 AC |
Met 4 AC |
Vlaanderen |
92 (-5) |
64 (-4) |
22 (-1) |
4 (+1) |
2 (-1) |
Wallonië |
59 (-2) |
43 (-3) |
9 (+1) |
4 (=) |
3 (=) |
Brussel |
15 (-2) |
9 (-1) |
3 (-1) |
2 (=) |
1 (=) |
Totaal |
166 (-9) |
116 (-8) |
34 (-1) |
10 (+1) |
6 (-1) |
Bron : ISP-WIV dienst klinische biologie
Antwoorden op de gestelde vragen :
1/ Op de 166 erkende laboratoria, werden 41 gecontroleerd in 2009 en 2010 tenzij 24,7 %.
2/ Op de 92 erkende laboratoria, werden 20 gecontroleerd in 2009 en 2010 tenzij 21,7 %.
3/ Op de 59 erkende laboratoria, werden 16 gecontroleerd in 2009 en 2010 tenzij 27,1 %.
4/ Op de 15 erkende laboratoria, werden 5 laboratoria in 2009 en 2010 tenzij 33,3 % gecontroleerd.
Dat vertegenwoordigt 4 Franstalige laboratoria op 11 (= 36,4 %) en 1 Nederlandstalig laboratorium op 4 (= 25 %)