Ziekenhuizen - Stakingen - Opvorderingen - Toepassing van de prestatiewet van 19 augustus 1948
ziekenhuis
staking
rekwisitie van arbeidskrachten
dienst van algemeen belang
20/9/2010 | Verzending vraag |
2/2/2011 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-169
Soms wordt in openbare ziekenhuizen gestaakt, waardoor sommige dringende operaties niet kunnen worden uitgevoerd, een aantal afdelingen moeten worden gesloten en de medische dienstverlening problematisch wordt.
De burgemeesters van de betrokken gemeenten vorderen soms een aantal personeelsleden op, maar de vakbonden houden dan voor dat dit onwettig is omdat de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in Vredestijd (de zogenaamde "Prestatiewet") in casu niet toepasselijk is.
De continuïteit van de dienstverlening komt dan in gevaar, met alle gevolgen van dien. De Prestatiewet van 19 augustus 1948 is namelijk uitsluitend van toepassing op de private sector.
In dit kader volgende vragen:
1. a) Bevestigt de minister van Werk dat hogervermelde wet in dergelijke gevallen niet van toepassing was en geen enkel verpleegkundig, verzorgend of ander personeel (zowel statutairen, als contractuelen) kan worden opgeroepen om de vitale dienstverlening, namelijk de verstrekking van geneeskundige zorgen te verzekeren?
b) Wat zijn de juiste redenen daarvoor?
2. In bevestigend geval, kan de minister van Werk aan de gouverneur bevel of machtiging verlenen om personeelsleden via de burgemeesters te laten opvorderen?
3. Is de minister van Werk bereid een wetswijziging voor te stellen of te ondersteunen, waarbij de Prestatiewet ook van toepassing wordt verklaard op de openbare sector in het algemeen of op de openbare medische sector in het bijzonder?
4. a) Hoe gaat de minister van Volksgezondheid om met de vaststelling dat het gebrek aan opvorderingsmogelijkheden dramatische effecten kan hebben voor de te behandelen patiënten?
b) Over welke middelen beschikt de minister om in gevallen zoals deze de lokale volksgezondheid te vrijwaren?
5. Welke vitale behoeften werden sedert de inwerkingtreding van de bovenvermelde Prestatiewet al erkend via het sociaal overleg en de paritaire comités, en welke via de overheid?
6. a) In hoeveel en welke gevallen van staking en lock-out werd de voorbije vijf jaar gebruik gemaakt van de Prestatiewet?
b) Heeft de minister kennis van ontslagen die om dringende redenen werden gegeven als gevolg van een ongerechtvaardigde weigering van de werknemer om prestaties te verrichten?
1. a) Als minister van Werk kan ik bevestigen dat de Prestatiewet niet van toepassing is voor opvorderingen van personeel in openbare ziekenhuizen.
Ik kan wel verwijzen naar het koninklijk besluit van 12 april 1964 tot vaststelling van de maatregelen, prestaties en diensten voor het verstrekken van de geneeskundige zorgen (Belgisch Staatsblad, 12 april 1964) dat voorziet dat geneesheren, verbonden aan een openbaar of privé-ziekenhuis, van rechtswege door dit besluit opgeroepen zijn en zich ter beschikking moeten stellen van de directie van het ziekenhuis of van de autoriteit die door de regering belast werd er de dienst in te richten, teneinde er de goede en regelmatige uitoefening van de praktijk der geneeskunde te verzekeren.
Voor het overige verwijs ik naar het antwoord van de minister van Volksgezondheid.
b) De Raad van State heeft in haar arrest van 28 februari 1990, nr. 34 252, het volgende bepaald: “ De wet van 19 augustus 1948 op de prestaties van algemeen belang in vredestijd betreft de staking in de privé-sector, niet de staking in de openbare sector.”
2. Wat de publieke sector betreft is de minister van Volksgezondheid bevoegd om de eigen regeling toe te passen.
3. Een dergelijk voorgestelde wetswijziging behoort niet tot mijn bevoegdheidsdomein, maar behoort tot de bevoegdheid van de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven, waar recent een protocolakkoord over bemiddeling in overheidsbedrijven tot stand kwam en tot de bevoegdheid van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid.
4. a) Deze vraag behoort tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Volksgezondheid.
b) Deze vraag behoort tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Volksgezondheid.
5. In bijlage stuur ik u een overzicht van de besluiten genomen in uitvoering van de prestatiewet zowel door de overheid als door de sociale partners. Wat specifiek de gezondheidssector betreft verwijs ik naar de beslissing van 12 juli 2010 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en –inrichtingen. Dit besluit werd ondertekend door de Koning op 10 september 2010 en zal eerstdaags in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd worden.
6. a) Mijn administratie beschikt niet over exacte cijfergegevens, maar raamt het aantal tussenkomsten in sociale conflicten op basis van de Prestatiewet op een 10 à 15-tal keren, waarbij het soms een klein ondernemings- of instellingsconflict betrof, soms een ruimer sectoraal conflict voornamelijk gesitueerd in de private gezondheidssector of in een SEVESO-bedrijf.
b) Neen, hiervan heb ik geen weet.
Overzicht van de toepassing van de Prestatiewet
Besluit van de Regent 29 jan. 1949 houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van de electrische energie igv tekort aan vermogen en/of electrische energie ten gevolge van sociale geschillen (B.S. 30.01.1949) |
Besluit van de Regent van 29 jan. 49 houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van het gas in geval van tekort ten gevolg van sociale geschillen (B.S. 30.01.1949) |
Koninklijk besluit van 27 juli 1950 houdende bepaling van de te bevredigen levensbehoeften voorde uitvoering van de wet van 19 aug. 48 betreffende prestaties van algemeen belang in vredestijd (B.S. 30 .07.1950) |
Koninklijk besluit van 23 december 1957 betreffende de verdeling van de bevoegdheden der ambtenaren en beambten van het Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzirg en de Administratie der Mijnen, belast met de arbeidsinspectie (B.S. 13.01.1958) |
Koninklijk besluit van 31 december 1960 houdende bijzondere beschikkingen inzake het afhalen van de vuilnis (B.S. 2 en 3 jan 1961) |
Koninklijk besluit van 12 april 1964 tot vaststelling van de maatregelen, prestaties en diensten voor het verstrekken van de geneeskundige zorgen (B.S. 12.04.1964) |
Koninklijk besluit ter bepaling van de te bevredigen levensbehoeften, in uitvoering van de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd, voor de petroleumsector (B.S. 06.01.1973) |
|
P.C. nr. 101 ond. die onder de Nationale Gemengde Mijncommissie vallen. Beslissing van 11.2.1949 KB 06.04.1951 BS 13.04.1951 |
P.C. nr. 102 ond. die onder het Nationaal Paritair comité van de Groefbedrijven vallen Beslissing van 21.12.1948 KB 21.04.1951 BS 27.04.1951 |
P.C. nr. 104 ond. die onder N.P.C. ijzernijverheid vallen Belsissing 04.04.1951 KB 07.05.1951 BS 24.05.1951 |
P.C. nr. 111 ond. die onder het N.P.C. van de metaalbouw vallen Beslissing van 13.4.1951 (gewijzigd door beslissing van 13.6.1961) KB 16.10.1962 BS 30.10.1962 |
P.C. nr. 113 ond. die onder het N.P.C. van het ceramiekbedrijf vallen Beslissing van 19.4.1951 KB 09.05.1951 BS 25.05.1951 |
P.C. nr. 114 ond. die onder het N.P.C. van de steenbakkerij vallen Beslissing van 6.4.1951 KB 21.04.1951 BS 27.04.1951 |
P.C. nr. 115 ond. die onder het N.P.C. voor het glasbedrijf ressorteren. Beslissing van 22.11.67 (BS 10.12.1968) KB 10.07.1970 BS 03.10.1970 |
P.C. nr. 117 N.P.C voor de petroleumnijverheid en -handel Beslissing van 31.3.1995 KB 23.06.1995 BS 01.08.1995 |
P.C. nr. 118 ond. die onder het N.P.C. van de voedingsbedrijven vallen Beslissing van 5.6.1951. KB 11.07.1951 BS 15.08.1951 |
P.C. nr. 119 ond. die onder het N.P.C. voor de handel in voedingswaren vallen Beslissing van 18.1.1949. KB 06.04.1951 BS 13.04.1951 |
P.C. nr. 120 ond. die vallen onder het N.P.C. der vezelbedrijven Beslissing van 3.12.48 KB 06.04.1951 BS 13.04.1951 |
P.C. nr. 125 houtbedrijven Beslissing van 4.4.1951 KB 23.05.1951 BS 30.05.1951 |
P.C. nr. 127 ond. die vallen onder het N.P.C. van de steenkolenhandel Beslissing van 4.4.1951 KB 21.04.1951 BS 27.04.1951 |
P.C. nr. 128.1 ond . die vallen onder het N.P.C. van het huiden en lederbedrijf Beslissing van 21.10.53 KB 15.10.1954 BS 24.10.1954 |
P.C. nr. 128.5 ond. de vallen onder het N.P.C. van het huiden en lederbedrijf, afdeling leerlooierij. Beslissing van 21.10.53 (gewijzigd door beslissing 23.6.54) KB 15.10.1954 BS 24.10.1954 |
P.C. nr. 129 ond. die vallen onder het N.P.C. van het papierpap, papier- en kartonbedrijf Beslissing van 10.4.1951 KB 21.04.1951 BS 27.04.1951 |
P.C. nr. 130 ond. die vallen onder het N.P.C. van de drukkerij en grafische kunsten vallen Beslissing van de 11.4.1951 KB 24.05.1951 BS 02.06.1951 |
P.C. nr. 139 ond. die vallen onder het N.P.C. van de binnenscheepvaart Beslissing van de 25.4.1951 KB 09.05.1951 BS 26.07.1951 |
P.C. nr. 140 ond. die vallen onder het P.C. van de vervoerondernemingen, sectoren geconcedeerde taxis, niet geconcedeerde taxi’s en vervoer van goederen. Beslissing van 23.4.51 KB 02.05.1951 BS 13.05.1951 |
P.C. nr. 143 ond. die vallen onder het P.C. voor de zeevisserij. Beslissing van 16.10.89 KB 03.05.1990 BS 18.05.1990 |
P.C. nr. 148 ond. die vallen onder het N.P.C. van het bont- en kleinvel. Beslissing van 18.4.1951 KB 11.05.1951 BS 28.05.1951 |
P.C. nr. 207 ond. die vallen onder het P.C. voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid. Beslissing van 20.10.80 KB 13.02.1981 BS 24.04.1981 |
P.C. nr. 218 ond. die vallen onder het N.P.C. van bedienden, afdeling verzekeringsmaatschappijen, banken, en de sectoren van de nijverheid en de handel vallen. Beslissing van 15.05.1951 KB 24.05.1951 BS 31.05.1951 |
P.C. nr. 301 ond. die vallen onder het N.P.C. voor het havenbedrijf Beslissing van 18.6.51 KB 16.08.1951 BS 26.08.1951 |
P.C. nr. 302 ond. die vallen onder het P.C. voor het hotelbedrijf Beslissing van 9.12.1998 KB 13.06.1999 BS 18.03.2000 |
P.C. nr. 304 ond. die vallen onder het N.P.C. voor de vermaakondernemingen Beslissing van 1.2.1949 KB 24.05.1951 BS 02.06.1951 |
P.C. nr. 305 ond. die vallen onder het N.P.C. van de gezondheidsdiensten Beslissing van 18.4.1951 BS 04.07.1951 |
KB 12.04.1964 BS 12.04.1964 openbare en privé-ziekenhuizen |
P.C. nr. 315 ond. die vallen onder het N.P.C. voor de handelsluchtvaart Beslissing van 30.10.74 KB 14.11.1975 BS 25.12.1975 |
P.C. nr. 316 ond. die vallen onder het NPC van de koopvaardij Beslissing van 5.4.1951 KB 24.04.1951 BS 29.04.1951 |
P.C. nr. 319.01 instellingen en diensten die vallen onder het PSC voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap. Beslissing van 1.7.1998 KB 21.06.1999 BS 09.12.1999 |
P.C. 319.02 instellingen en diensten die vallen onder de bevoegdheid van het PSC voor de opvoedings—en huisvestingsinrichtingen van de Fr. Gemeenschap. Beslissing van 12.01.1999 KB 21.06.1999 BS 09.12.1999 |
P.C. nr. 321 ond. die vallen onder de bevoegdheid van het PC voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen Beslissing van 27.10.95 40972/co/321 |
Nationaal paritair comité van de ondernemingen voor het laden lossen van koopwaren op rivieren en in stations. Beslissing van 25 april 1951 |
Nationaal paritair comité der stadstramwegen en autobuslijnen. Beslissing van 23 jan. 1952 |
Nationaal paritair comité der Stadstramwegen en autobuslijnen Beslissing van 24 mei 1951. |
P.C. nr. 330
KB 10.09.2010 |