SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
10 janvier 2014 10 januari 2014
________________
Question écrite n° 5-10822 Schriftelijke vraag nr. 5-10822

de Nele Lijnen (Open Vld)

van Nele Lijnen (Open Vld)

au ministre des Finances, chargé de la Fonction publique

aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken
________________
Services publics fédéraux - Travail à domicile - Télétravail - Évolution - Facilités - Sécurisation Federale Overheidsdiensten - Thuiswerk - Telewerk - Evolutie - Faciliteiten - Beveiliging 
________________
ministère
travail à domicile
travail à distance
téléphone mobile
protection des données
espionnage
criminalité informatique
vidéocommunication
statistique officielle
communication mobile
ministerie
thuiswerk
werk op afstand
mobiele telefoon
gegevensbescherming
spionage
computercriminaliteit
videocommunicatie
officiële statistiek
mobiele communicatie
________ ________
10/1/2014Verzending vraag
14/2/2014Antwoord
10/1/2014Verzending vraag
14/2/2014Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10810
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10811
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10812
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10813
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10814
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10815
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10816
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10817
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10818
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10819
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10820
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10821
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10823
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10824
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10825
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10826
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10827
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10828
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10810
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10811
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10812
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10813
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10814
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10815
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10816
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10817
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10818
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10819
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10820
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10821
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10823
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10824
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10825
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10826
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10827
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10828
________ ________
Question n° 5-10822 du 10 janvier 2014 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10822 d.d. 10 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Par le passé, j'ai déjà posé une série de questions sur le travail à domicile au sein des services publics fédéraux (SPF). Je répète la plupart des questions afin de pouvoir suivre l'évolution. Je souhaiterais en outre attirer l'attention sur un certain nombre d'éléments. Le secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité a indiqué (question écrite 5-8153) que : « Les employés des « shared services » en général et mes services à la Chancellerie en particulier disposent d’une connexion Virtual Private Network (VPN) pour travailler à domicile. Cela signifie qu’ils ont accès à leurs données électroniques de manière sécurisée, comme s’ils se trouvaient sur leur lieu de travail. VPN est un outil d’échanges de données plus sécurisé que Cloud Computing, car avec ce dernier l’administration n’a aucune idée de l’endroit où les données sont réellement conservées. De plus, le Patriot Act qui a été adopté récemment par les États-Unis d’Amérique, n’est pas de nature à atténuer les inquiétudes des États belge et européens en matière de sécurité des données électroniques. ». Je précise que je fais une distinction entre le travail à domicile et le télétravail occasionnel et structurel (par exemple, un jour par semaine).

Je souhaiterais poser les questions suivantes :

1) Pour les cinq dernières années, combien de travailleurs de tous les services et organisations relevant de votre compétence :

a) travaillent à domicile de façon occasionnelle ?

b) travaillent à domicile de façon structurelle ?

Pouvez-vous me communiquer ces données en chiffres absolus et en pourcentages, avec une ventilation annuelle, et m'indiquer également le nombre total de personnes travaillant dans vos SPF/SPP/... ?

2) Le travail à domicile est-il encouragé auprès de vos collaborateurs ? Pourquoi/pourquoi pas ?

3) Le travail à domicile représente-t-il une économie pour vos services ? Disposez-vous de chiffres à ce sujet ? Avez-vous fait réaliser des études en la matière ? Dans l'affirmative, quel en était le résultat ? Dans la négative, jugez-vous utile une telle étude et la ferez-vous réaliser ? Pouvez-vous expliquer votre réponse ?

4) Des initiatives ont-elles déjà été prises dans vos services pour promouvoir le travail à domicile ? Dans l'affirmative, pouvez-vous expliquer votre réponse ? Dans la négative, pourquoi ?

5) Comptez-vous prendre à l'avenir des initiatives à ce sujet ? Pourquoi/pourquoi pas ?

6) Quels services facilitant la communication sont-ils présents ? Peut-on tenir des vidéoconférences ? Le cloud sharing est-il possible et de quelle manière ?

7) Partagez-vous l'inquiétude du secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité, eu égard aux nombreuses nouvelles communiquées en matière de cybercrime et d'espionnage ? Considérez-vous vos services comme une cible potentielle pour de telles actions ?

8) À la suite des nombreuses nouvelles communiquées en matière de cybercrime et d'espionnage, avez-vous amélioré la sécurisation des données de vos SPF (par exemple, par rapport au cloud sharing) ? De quelle manière ?

9) Avez-vous également pris des mesures supplémentaires en ce qui concerne la sécurisation des télétravailleurs ? Dans l'affirmative, comment ? Dans la négative, cela ne vous paraît-il pas nécessaire ? Pouvez-vous expliquer votre réponse ?

10) Les GSM ou d'autres appareils mobiles sont pratiques en cas de télétravail. Pouvez-vous indiquer, pour 2013, en chiffres absolus :

a) combien de travailleurs ont reçu un GSM/smartphone ;

b) combien ont reçu un ordinateur portable ;

c) combien ont reçu un autre appareil mobile.

11) Lorsque le télétravail a été proposé et développé, vos services ont-ils obtenu des avantages en comparaison avec d'autres SPF  ? Dans l'affirmative, quels sont selon vous les points forts de vos services à cet égard ?

12) Quelles possibilités d'amélioration du télétravail entrevoyez-vous encore ?

13) Pour le reste, remarquez-vous encore des tendances ou des évolutions en cette matière dans vos services, y compris par rapport à d'autres services publics ?

 

In het verleden stelde ik reeds een aantal vragen over thuiswerk bij de Federale Overheidsdiensten (FOD). Om de evolutie hiervan op te volgen, herhaal ik de meeste vragen. Graag zou ik verder de aandacht willen vestigen op een aantal andere elementen. De staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit schreef (schriftelijke vraag 5-8153): "De werknemers van Shared Services in het algemeen, en van mijn Diensten op de Kanselarij in het bijzonder, beschikken voor hun thuiswerk over een Virtual Private Network (VPN)-verbinding. Dit betekent dat zij op een professioneel beveiligde manier toegang hebben tot hun elektronische gegevens net alsof ze op kantoor werken. VPN is een meer beveiligde manier van gegevensuitwisseling dan cloud computing, waarbij de overheid geen enkel idee heeft waar de gegevens in realiteit bewaard worden. Bovendien is de Patriot Act die onlangs in de Verenigde Staten van Amerika van kracht is geworden niet van aard om de bezorgdheid van de Belgische en Europese Overheden inzake beveiliging van elektronische gegevens te milderen." Voor de duidelijkheid: ik maak een onderscheid tussen occasioneel en structureel (dus bijvoorbeeld een dag per week) thuiswerk of telewerk.

Graag had ik de volgende vragen gesteld:

1) Hoeveel, en dit voor de laatste vijf jaar, werknemers van alle diensten en organisaties die onder uw beheer vallen:

a) werken occasioneel thuis;

b) werken structureel thuis?

Kan u deze cijfers, opgedeeld per jaar, in absolute en procentuele vorm meedelen, en dus ook meedelen hoeveel mensen er in totaal bij uw FOD/POD/… werken?

2) Wordt thuiswerk aangemoedigd ten aanzien van uw medewerkers? Waarom wel/niet?

3) Weet u of thuiswerken een kostenbesparing voor uw diensten betekent? Heeft u hier cijfers over? Heeft u hier al studies over laten uitvoeren? Zo ja, wat was het resultaat? Zo neen, acht u zo een studie nuttig en wilt u deze laten uitvoeren? Kan u toelichten?

4) Zijn er bij uw diensten al initiatieven genomen om thuiswerk te promoten? Zo ja, kan u dit toelichten? Zo neen, waarom niet?

5) Bent u van plan om in de toekomst hieromtrent initiatieven te nemen? Waarom wel/niet?

6) Welke diensten die de communicatie faciliteren zijn aanwezig? Kan men videoconferenties houden? Is cloud sharing mogelijk en op welke manier?

7) Deelt u de ongerustheid van de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, gelet op de vele berichten over cybercrime en spionage? Ziet u uw diensten als een mogelijk doelwit van dergelijke acties?

8) Heeft u na de vele berichten over cybercrime en spionage de beveiliging van de data van uw FOD verbeterd (bijvoorbeeld in verband met cloud sharing)? Op welke manier?

9) Heeft u ook extra maatregelen qua beveiliging genomen wat betreft telewerkers? Zo ja, hoe? Zo neen, acht u dit niet nodig? Kan u toelichten?

10) Gsm's of andere mobiele apparaten zijn handig bij telewerk. Kan u voor 2013 aanduiden in absolute cijfers:

a) hoeveel werknemers een gsm/smartphone hebben ontvangen;

b) hoeveel een laptop hebben ontvangen;

c) hoeveel een ander mobiel toestel hebben gekregen.

11) Hebben uw diensten bij het aanbieden en uitwerken van telewerken voordelen in vergelijking met andere FOD? Zo ja, wat zijn volgens u sterke punten van uw diensten hierin?

12) Waar ziet u nog mogelijkheden tot verbetering wat betreft telewerken?

13) Merkt u voor de rest nog trends of evoluties op inzake deze materie bij uw diensten, ook ten aanzien van andere overheidsdiensten?

 
Réponse reçue le 14 février 2014 : Antwoord ontvangen op 14 februari 2014 :

1.a) Télétravail occasionnel ;

Le 9 septembre 2013, le Président du Comité de direction a signé un arrêté qui accorde une autorisation générale du télétravail occasionnel. Concrètement, il est prévu que chaque collaborateur puisse facilement demander une journée de télétravail de manière électronique (via My P&O). Un arrêté individuel n’est plus nécessaire.

2011 : (projet pilote  – uniquement télétravail régulier)

2012 : 700 membres du personnel font du télétravail occasionnel

2013 : 3987 membres du personnel font du télétravail occasionnel   

1.b) Travail à domicile structuré ;

De nouveaux arrêtés pour le télétravail régulier ne sont plus délivrés.

Celui qui dispose d’un arrêté pour le télétravail régulier peut continuer à télétravailler jusqu’à ce que cet arrêté expire (par ex. suite à une modification de service, un nouveau schéma de travail ou parce que l’employé ou son chef fonctionnel souhaitent y mettre fin). Si, par la suite, on désire continuer à télétravailler suivant un schéma régulier, la demande de télétravail peut être faite via My P&O pour les mêmes jours. Cela est possible avec l’arrêté global du Président du Comité de direction du 9 septembre 2013.  

2011 : 120 membres du personnel font du télétravail régulier (projet pilote)

2012 : 211 membres du personnel font du télétravail régulier

2013 : 875 membres du personnel font du télétravail régulier  

Tableau des chiffres absolus et des pourcentages :

 

Nombre de membres du personnel du Service public fédéral (SPF)

 

Nombre de télétravailleurs

Pourcentage du nombre de télétravailleurs par rapport au nombre total de membres du personnel

2011

25.098

(nombre moyen d’emplois  pour l’année 2011)

120 (télétravailleurs réguliers)

0,48%

2012

24.474

(nombre moyen d’emplois  pour l’année 2012)

911 (dont  211 télétravailleurs réguliers)

3,72%

2013

23.786

(nombre moyen d’emplois  pour l’année 2013)

4.862 (dont 875 télétravailleurs réguliers)

20,44%

2), 4) et 5). Le télétravail est encouragé vis-à-vis des collaborateurs par les canaux existants (intranet/newsletters/magazines). De plus, une communication ciblée a également été adressée aux chefs fonctionnels afin de faciliter le télétravail.

La simplification drastique de la procédure de demande par l’arrêté du 9 septembre 2013 du Président du Comité de direction, ainsi que la communication à ce propos, ont bien eu pour effet d’encourager le télétravail.  

Le SPF Finances continue à prendre des initiatives afin d’encourager ses membres du personnel et ses chefs fonctionnels à intégrer cette nouvelle façon de travailler dans leur processus quotidiens.  

3) Le télétravail implique, dans un premier temps, une augmentation des coûts à charge de l’employeur conformément à l’arrêté royal du 22 novembre 2006 relatif au télétravail dans la fonction publique fédérale administrative. 

L’arrêté royal prévoit que certains coûts et frais pour l’utilisation d’une connexion internet et d’un ordinateur personnel sont à charge de l’employeur.  

Le télétravail a une influence sur la rotation du personnel et l’absentéisme, ce qui devra se traduire par une diminution des coûts en matière de personnel. Des chiffres concrets ne sont pas encore disponibles actuellement.  

Le télétravail doit, dans le futur, permettre une diminution des coûts en ce qui concerne la location et l’utilisation des bâtiments. L’introduction du desksharing, qui débutera en 2014, sera facilitée grâce au télétravail.      

6) et 7) Le SPF Finances met en œuvre deux solutions techniques :

1- Tous les agents du SPF Finances peuvent consulter et traiter leurs mails via le portail MyMinfin.
Cette solution permet aux agents, où qu'ils soient, d’accéder à leur boite à courriel.

2- Les agents du SPF Finances peuvent disposer sur base d'une demande volontaire, d'une connexion SSL-VPN. Le recours à cette solution implique une authentification rigoureuse  sur la base d'une carte d'identité électronique ou d’un token. Avec cette connexion sécurisée, les agents du SPF Finances peuvent avoir accès à leur environnement de travail, de la même manière que s'ils étaient présent dans les bâtiments du SPF Finances. Actuellement, plus de 6000 agents du SPF Finances disposent d'une telle autorisation.

Les agents disposent donc d'un accès à leurs mails, à leurs disques partagés, au sharepoint... ; ils peuvent en outre organiser des vidéoconférences via l'outil WebEx.

Le cloud Sharing n'est actuellement pas autorisé au sein du SPF Finances.Pour des raisons de sécurité et de confidentialité des données, cette possibilité n'est pas retenue.

7) Dans le cas du Cloud, les serveurs sont administrés par des personnes ne dépendant pas d’un SPF avec des risques possibles de vol de données. 

8) Le SPF Finances est en constante évolution pour assurer un niveau toujours plus élevé de sécurité des informations.

Actions déjà entreprises :

  • nouvelle plateforme antivirus

  • mise à jour rapide des corrections de sécurité Windows

  • contrôle d’accès aux applications

  • contrôle d’accès au réseau Wifi 

Action en cours en 2014 :

  • Web Application Firewall

  • Network Access Control

  • sensibilisation des fonctionnaires

  • renforcement des mots de passe

  • intégration des anciennes applications dans IAM 

9) Les utilisateurs qui exercent du télétravail ont à leur disposition un réseau VPN propre au SPF Finances. Ce réseau VPN est géré par une équipe spécialisée dans la sécurité. 

Pour accéder au VPN, les utilisateurs doivent disposer d’une autorisation individuelle délivrée par leur hiérarchie. Lorsque de la connexion, l’utilisateur doit obligatoirement utiliser sa carte d’identité électronique (ou un token spécialement dédié à ce réseau VPN) pour s’authentifier.

Le système vérifie le niveau de protection antivirus avant d’autoriser l’accès au réseau.  

10) Pour l'année 2013, les appareils suivants ont été attribués :

a) 4020 fonctionnaires ont pu disposer d’un GSM / Smartphone ;

b) 7800 fonctionnaires ont pu disposer d’un ordinateur portable ;

c) 97 fonctionnaires ont pu disposer d’une tablette. 

11) La simplification radicale de la demande d’un jour de télétravail a rendu celui-ci plus accessible.  

12) Des améliorations sont possibles en poursuivant la digitalisation des dossiers et documents. Cette digitalisation cadre également avec la politique de développement durable dont le concept « paperless » est un pilier important.   

13) Le télétravail, tout autant que le nouvel horaire variable, est un pilier important permettant d’offrir plus de flexibilité aux membres du personnel du SPF Finances. L’accent est, plus que jamais, mis sur les objectifs à atteindre, et non sur le lieu ni les heures où le travail est effectué. Ces nouveautés entraînent une importante responsabilisation de tous les membres du personnel au sein du SPF Finances. 

1.a) Occasioneel thuiswerken;

Op 9 september 2013 tekende de voorzitter van het Directiecomité een besluit dat geldt als een algemene toelating voor incidenteel telewerk. Concreet houdt dit in dat elke medewerker eenvoudig een telewerkdag kan aanvragen via elektronische weg (My P&O).  Er is geen persoonlijk besluit meer nodig.

2011 : (pilootproject – enkel regelmatig telewerk)

2012 : 700 personeelsleden deden occasioneel telewerk

2013 : 3987 personeelsleden deden occasioneel telewerk  

1.b) Structureel thuiswerken;

Er worden geen nieuwe besluiten voor regelmatig telewerk meer uitgereikt.

Wie reeds over een besluit voor regelmatig telewerk beschikt, kan hier verder mee blijven telewerken tot dit besluit vervalt (bvb. door een wijziging van dienst, een nieuw werkschema of omdat de ambtenaar of diens functionele chef de overeenkomst willen beëindigen). Indien men daarna toch verder wil telewerken met een vast schema kan dit door via My P&O op dezelfde dagen een aanvraag voor telewerk te doen. Dit is mogelijk met het algemeen besluit van de Voorzitter van het Directiecomité van 9 september 2013. 

2011 : 120 personeelsleden deden regelmatig telewerk (pilootproject)

2012 : 211 personeelsleden deden regelmatig telewerk 

2013 : 875 personeelsleden deden regelmatig telewerk 

Tabel absolute cijfers en procentueel :

 

Aantal personeelsleden Federale Overheidsdienst (FOD)

 

Aantal telewerkers

Procentueel aantal telewerkers t.o.v totaal aantal personeelsleden

2011

25.098

(gemiddelde tewerkstelling voor het jaar 2011)

120 (regelmatig telewerk)

0,48%

2012

24.474

(gemiddelde tewerkstelling voor het jaar 2012)

911 (waarvan 211 regelmatig telewerk)

3,72%

2013

23.786

(gemiddelde tewerkstelling voor het jaar 2013)

4.862 (waarvan 875 regelmatig telewerk)

20,44%

2) 4) en 5) Telewerk wordt aangemoedigd ten aanzien van de medewerkers via de bestaande kanalen (intranet/ nieuwsbrieven/magazines).  Maar ook naar de functionele chefs toe werd gericht gecommuniceerd om telewerk te faciliteren.

De drastische vereenvoudiging van de aanvraagprocedure door het besluit van 9 september 2013 van de Voorzitter van het Directiecomité, alsook de communicatie hierrond, was van die aard dat telewerk er door wordt aangemoedigd. 

De FOD Financiën blijft initiatieven nemen om haar personeelsleden en functionele chefs aan te moedigen om deze nieuwe manier van werken te integreren in hun dagelijkse processen. 

3) Telewerk brengt in eerste instantie een verhoging van de werkgeverskosten met zich conform het Koninklijk besluit van 22 november 2006 betreffende het telewerk in het federaal administratief openbaar ambt. 

Het koninklijk besluit voorziet dat de werkgever bepaalde kosten en onkosten vergoedt voor het gebruik van een internetverbinding en voor het gebruik van een eigen computer. 

Telewerk heeft een invloed op het personeelsverloop en ziekteverzuim, wat moet resulteren in een vermindering van de personeelskost. Concrete cijfers zijn momenteel nog niet beschikbaar. 

Telewerk moet in de toekomst een kostenbesparing mogelijk maken op het vlak van huur/gebruik van gebouwen.  Het invoeren van desksharing, waar in 2014 mee wordt gestart, zal door het telewerk worden vergemakkelijkt.     

6) en 7) De FOD Financiën past twee technische oplossingen toe:

1- Alle ambtenaren van de FOD Financiën kunnen hun e-mails inkijken en bewerken via de portal My Minfin. Via deze oplossing kunnen de ambtenaren beschikken over hun mailbox, waar ze zich ook bevinden. 

2- De ambtenaren van de FOD Financiën kunnen naar aanleiding van een vrijwillig verzoek beschikken over een SSL-VPN-verbinding. Binnen deze oplossing is een sterke authentificatie op basis van een eID of token vereist. Met deze beveiligde verbinding kunnen de ambtenaren van de FOD Financiën toegang krijgen tot hun werkomgeving, net alsof ze daadwerkelijk aanwezig zouden zijn in de gebouwen van de FOD Financiën. Momenteel beschikken meer dan 6000 ambtenaren van de FOD Financiën over een dergelijke machtiging.

De ambtenaren beschikken dus over toegang tot hun e-mail, tot hun gedeelde schijven, tot sharepoint, enz. , bovendien kunnen ze videoconferenties houden via de tool WebEx.

Cloud Sharing is momenteel niet toegestaan binnen de FOD Financiën. Omwille van de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de gegevens is deze mogelijkheid niet voorzien. 

7) De servers worden in het geval van een cloud beheerd door personen die niet tot een FOD behoren, met een mogelijk gevaar voor diefstal van gegevens.    .

8) De FOD Financiën evolueert voortdurend om een steeds betere beveiliging van de informatie te garanderen. 

Reeds ondernomen acties:

  • nieuw antivirusplatform

  • snelle beveiligingsupdates voor Windows

  • toegangscontrole voor toepassingen

  • toegangscontrole voor het wifi-netwerk 

Lopende acties voor 2014:

  • Web Application Firewall

  • Network Access Control

  • sensibilisering van de ambtenaren

  • versterking van de paswoorden

  • integratie van oude toepassingen in IAM 

9) De gebruikers die telewerk doen, beschikken over een VPN-netwerk van de FOD-Financiën. Dit VPN-netwerk wordt beheerd door een team dat gespecialiseerd is in beveiliging. 

Om toegang te krijgen tot de VPN moeten de gebruikers een persoonlijke toelating krijgen van hun hiërarchie. Wanneer verbinding wordt gemaakt, moet de gebruiker verplicht zijn/haar elektronische identiteitskaart gebruiken (of een token dat specifiek is bedoeld voor het VPN-netwerk) om zich te identificeren. 

Het systeem controleert het niveau van antivirusbescherming vooraleer het toegang verleent tot het netwerk.  

10) Voor het jaar 2013 werden de volgende toekenningen gedaan:

a) aan 4020 ambtenaren werd een GSM/smartphone toegekend;

a) aan 7800 ambtenaren werd een laptop toegekend;

b) aan 97 ambtenaren werd een tablet toegekend. 

11) Een drastische vereenvoudiging van de aanvraag van een dag telewerk werkt drempelverlagend. 

12) De verdere digitalisering van dossiers en documenten geven mogelijkheden tot verbetering. Deze digitalisering kadert tevens in een streven naar duurzame ontwikkeling waar het paperless-concept een belangrijke pijler van uitmaakt.  

13) Telewerk is, evenals de nieuwe variabele arbeidstijd, een belangrijke pijler in het bieden van meer flexibiliteit aan de personeelsleden van de FOD Financiën. De klemtoon wordt meer dan ooit gelegd op het behalen van doelstellingen en minder op de plaats waar of de uren waarop wordt gewerkt. Deze vernieuwingen houden een belangrijke responsabilisering in voor alle personeelsleden binnen de FOD Financiën.