BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2012-2013
________
19 april 2013
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-8744

de Yoeri Vastersavendts (Open Vld)

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen
________
De vacaturefraude
________
werkloze
zoeken naar een baan
economisch delict
fraude
aanwerving
witwassen van geld
thuiswerk
________
19/4/2013Verzending vraag
20/6/2013Antwoord
________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3317
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-8744 d.d. 19 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Steeds meer werklozen worden slachtoffer van vacaturefraude, aldus een Nederlands onderzoeksbureau gespecialiseerd in fraudebestrijding. Internetcriminelen boeken toenemend succes met het misbruiken van werkzoekenden voor witwaspraktijken en voor het laten volgen van "sollicitatiecursussen". In 2012 ontving de Fraudehelpdesk (FHD) 814 meldingen tegen 178 in 2011. Hiermee is deze fraudevorm de snelst in omvang stijgende oplichtingstruc. Dit blijkt uit het jaaroverzicht van de organisatie die volgende maand twee jaar bestaat.

Met de dagelijks oplopende werkloosheid hebben criminele organisaties een nieuwe markt aangeboord. Op verscheidene, grote vacaturesites op internet proberen zij werklozen lekker te maken met lucratief thuiswerk. Zij moeten dan hun eigen bankrekening ter beschikking stellen, waarmee vervolgens grote winsten uit criminele activiteiten worden witgewassen en naar rekeningen in het buitenland worden doorgesluisd. Zonder het zelf te weten, maken deze werklozen zich medeplichtig aan strafbare feiten.

Een wat "onschuldiger" variant is het aanbieden van online sollicitatiecursussen met garantie op een baan na afloop. De werkzoekende betaalt 50 euro en krijgt daarvoor een digitaal vragenformulier, maar meer ook niet.

De FHD gaat ervan uit dat het aantal binnengekomen meldingen slechts het topje van de ijsberg vertegenwoordigt. Veel slachtoffers durven zich uit schaamte niet bekend te maken; de politie kan niet veel met aangiftes. Het geld verdwijnt veelal naar bankrekeningen in Oost-Europa.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen voor de geachte minister:

1) Heeft de geachte minister weet van vacaturefraude in ons land en hebben zijn diensten hieromtrent reeds klachten ontvangen? Zo neen, hoe verklaart ze dit gezien de vele klachten in onze buurlanden? Zo ja, kan dit cijfermatig worden toegelicht en dit voor respectievelijk de laatste drie jaar?

2) Heeft de minister weet van fraude via "sollicitatiecursussen" die erop gericht zijn om werkzoekenden die zich willen bijscholen op te lichten? Kan dit cijfermatig worden toegelicht en kan ze aangeven hoe men dit fenomeen kan bekampen?

3) Is de geachte minister het met me eens dat deze fraude kan worden geremedieerd met preventie die dan het best verloopt via de VDAB en dus in samenwerking met de gewesten? Is de minister bereid dit concreet aan te kaarten en kan dit worden toegelicht naar timing en budget toe?

4) Kan zeer gedetailleerd worden opgelijst naar inhoud en timing toe welke concrete stappen worden genomen om deze bijzonder perfide vorm van fraude de wacht aan te zeggen en de daders achter deze websites effectief aan te pakken?

Antwoord ontvangen op 20 juni 2013 :

Deze vorm van criminaliteit, waarbij een persoon gevraagd wordt zijn/haar bankrekening ter beschikking te stellen voor de overmaking van geldsommen, wordt meestal geclassificeerd als “witwassen”.

Indien de persoon in kwestie slachtoffer is van de fraude, wordt het feit geclassificeerd als “oplichting”.

De “money mules” worden gerekruteerd via “werkaanbiedingen” die verspreid worden via mail, of nog via publicaties op het internet of in de pers.

Deze specifieke vorm van oplichting is echter niet specifiek gericht op werklozen.

Er zijn geen cijfers betreffende het aantal gevallen en slachtoffers beschikbaar.

De onderzoeken worden gevoerd op lokaal of arrondissementeel niveau onder leiding van de procureur des Konings.

Binnen het kader van de optimalisatiestudie van de Federale politie wordt bijzondere aandacht gegeven aan de veiligheids- en opsporingsproblematiek in cyberspace.

Naast een versterking van het gespecialiseerde kader van de Federal Computer Crime Units in de komende jaren wordt vooral ook ingezet op een cybervorming voor alle politiemensen op het terrein, opdat ook zij hun rol van eerstelijnspolitie in deze materie zouden kunnen opnemen.