BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2010-2011
________
6 april 2011
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2031

de Sabine de Bethune (CD&V)

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________
De quota voor de implantatie van defibrillatoren (Primaire preventie)
________
medisch en chirurgisch materiaal
hart- en vaatziekte
voorkoming van ziekten
ziekteverzekering
________
6/4/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-337
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2031 d.d. 6 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Er bestaan primaire en secundaire indicaties voor implantaties van hartdefibrillatoren. De secundaire indicatie wordt al een hele tijd terugbetaald, ze is namelijk een toestand na reanimatie van een ernstige hartritmestoornis. Sinds een aantal jaren kan ook de primaire indicatie worden vergoed. De primaire indicatie is de implantatie omwille van de aanwezigheid van een risico op een fatale hartritmestoornis, zonder dat die al is voorgekomen bij de patiënt.

Aangezien het om een dure technologie gaat, werd in samenspraak met de cardiologen een beperking vastgelegd van 40% primaire implantaties, zowel nationaal als per centrum. Een centrum dat tijdelijk boven de veertig procent van primaire implantaties zit, kan doorverwijzen naar een centrum dat nog marge heeft en dus recht op een tussenkomst.

Deze regeling is problematisch omdat in de praktijk sommige patiënten hun operatie uitgesteld zien omdat hun centrum anders boven het quotum dreigt uit te komen. Daarbij moet men ook rekenen op de goodwill van een ander centrum om de patiënt op te vangen. Voor de patiënt is een uitstellen van de implantatie of een operatie in een ander centrum niet zo evident. Vaak is de patiënt reeds lange tijd in behandeling bij een welbepaalde arts. Er moeten ook voorbereidingen getroffen worden voor zo'n operatie zoals dagelijkse inspuitingen. Daarbij komt ook de emotionele voorbereiding op een operatie en de vertrouwensband tussen de patiënt en zijn arts.

Op een parlementaire vraag in juni 2009 met betrekking tot hetzelfde onderwerp (4-953) gaf de minister aan dat het overdragen van een quotum een aantrekkelijke oplossing leek. De minister zou dit bij een volgende Akkoordraad voorleggen.

De indicaties voor primaire preventie omvatten een enorme doelgroep. Eén van de belangrijkste aanbevelingen van het Kenniscentrum voor Gezondheidszorg is dat patiënten binnen deze doelgroep nog beter dienen te worden geïdentificeerd, opdat de behandeling kostenefficiënt zou zijn. De quota werden dan ook vastgelegd in afwachting van bijkomende criteria die patiënten beter moeten identificeren.

Daarom had ik de minister willen vragen:

1. Werd het overdragen van een quotum tussen centra voorgelegd aan de Akkoordraad? Wat was de beslissing van de raad ter zake?

2. Is er reeds een systeem waarbij patiënten worden geïdentificeerd enkel op basis van criteria? Zo nee, wat is de stand van zaken?

3. Hoeveel defibrillatoren werden er geïmplanteerd in 2010? Waarvan hoeveel bij primaire indicatie?

4. Wat is het toegestane contingent defibrillatoren voor 2011?