Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-55

ZITTING 2001-2002

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Financiën

Vraag nr. 1273 van de heer de Clippele d.d. 4 mei 2001 (Fr.) :
Fiscale kennisgevingen van de notarissen. ­ Bevoegd ontvangkantoor.

Ik heb nota genomen van het antwoord van de minister op mijn vraag die is opgenomen in rubriek (Vragen en Antwoorden, Senaat, nr. 2-14, zitting 1999-2000, blz. 647, vraag nr. 399).

In dat antwoord zegt de minister dat « de ontvangkantoren die bevoegd zijn voor het ontvangen van de kennisgevingen betreffende akten die voorgelegd worden door rechtspersonen die onderworpen zijn aan de bedrijfsbelasting, gemakkelijk terug te vinden zijn en na te slaan in het Repertorium van de districten van de externe diensten van de administratie van de ondernemings- en inkomensfiscaliteit. Die ontvangkantoren zouden geenszins worden bepaald naargelang van het maatschappelijk doel, maar wel op basis van de lokalisatie van de rechtspersoon die onderworpen is aan de bedrijfsbelasting. De bepaling van het bevoegd kantoor gebeurt dus aan de hand van een geografisch criterium en niet op basis van het maatschappelijk doel van de betrokken rechtspersoon ... ».

Het antwoord van de minister lijkt mij niet helemaal volledig. Het geografische criterium wordt immers maar gedeeltelijk gebruikt.

Het volgende voorbeeld toont aan wat het probleem is.

Wat Brussel betreft zijn er vier ontvangkantoren bevoegd voor de ISOC. Ze zijn paarsgewijs over twee geografische zones verdeeld (X gemeenten voor de eerste, Y gemeenten voor de tweede).

Om te bepalen welk ontvangkantoor bevoegd is voor een bedrijf dat tot één van die zones behoort, moet worden nagegaan van welk controlekantoor dat bedrijf afhangt. Er zijn 21 controlekantoren voor de eerste zone en 14 voor de tweede. In dat stadium is er geen geografisch criterium meer van toepassing.

De vraag is hoe men in de grote steden gemakkelijk te weten kan komen welk ontvangkantoor bevoegd is voor een bepaald bedrijf. Zou men wat Brussel betreft niet gewoon de 19 gemeenten kunnen verdelen over de vier ontvangkantoren zodat het geografische criterium volledig gehandhaafd blijft ?

Antwoord : Het geachte lid wordt verzocht hiernavolgend het antwoord op zijn vraag van 4 mei 2001 te vinden.

Het artikel 433, WIB 92, legt aan de notaris die gevorderd is om een akte op te maken die de vervreemding of de hypothecaire aanwending van een onroerend goed, van een schip of een vaartuig tot voorwerp heeft, de verplichting op de ontvanger in wiens ambtsgebied de eigenaar of de vruchtgebruiker van het goed zijn woonplaats of zijn hoofdinrichting heeft en, daarenboven, zo het om een onroerend goed gaat, de ontvanger der belastingen in wiens ambtsgebied dat goed is gelegen, te verwittigen.

De eerst geciteerde ontvanger, bevoegd om de berichten te ontvangen betreffende handelingen gesteld door rechtspersonen onderworpen aan de vennootschapsbelasting, is bepaald in functie van de localisatie van deze rechtspersonen : het betreft de plaatselijke ontvanger.

De tweede ontvanger, eveneens bevoegd, is de ontvanger van de plaats van ligging van het goed.

Deze criteria om te bepalen welke kantoren bevoegd zijn voor de ontvangst van de berichten zijn dus louter geografisch.

Deze criteria moeten niet verward worden met de criteria die gehanteerd worden om te bepalen welke ontvangers bevoegd zijn voor het opmaken van de kennisgeving van de verschuldigde belastingen (toepassing van artikel 434, WIB 92).

In alle gevallen is de ontvanger in wiens ambtsgebied het onroerend goed gelegen is bevoegd om de kennisgeving van de aan zijn kantoor verschuldigde belastingen op te stellen.

Voor de andere belastingen, is de gespecialiseerde ontvanger als enige bevoegd om de kennisgeving op te maken : het betreft de ontvanger die belastis met de inning van de belastingen, uitgezonderd de onroerende voorheffing en de verkeersbelasting.

De plaatselijke ontvanger, die het bericht voorzien in voormeld artikel 433 ontvangt, is belast met de verzending hiervan aan de gespecialiseerde ontvanger die de door artikel 434, WIB 92, voorgeschreven verplichtingen vervult.

Ik heb overigens opdracht gegeven aan de administratie van de invordering om contact op te nemen met de Federatie van notarissen met het oog op het vermelden van de moeilijkheden betreffende dit onderwerp en om voorstellen ter oplossing hiervan aan te brengen.