Internationaal
50 jaar Raad van Europa

D

at de Raad van Europa ook in het gewone leven van de burgers een belangrijke rol speelt, blijkt uit de getuigenissen die verschillende personen tijdens de viering van 50 jaar Raad van Europa aflegden.

Discriminatie "natuurlijke" kinderen

Het arrest-Marckx is een van de meest geciteerde zaken in de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Alexandra Marckx is het kind van een bewust ongehuwde moeder die bij de geboorte van haar kind tot de ontdekking kwam dat ze het moest erkennen om de afstammingsband wettelijk vast te stellen, terwijl een gehuwde moeder dat niet moest doen.

Omdat zij een dergelijke discriminatie onaanvaardbaar vond, maakte zij in naam van haar tien maanden oude baby de zaak in 1974 aanhangig bij de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens.

Het Hof gaf haar gelijk en oordeelde in 1979 dat de Belgische Staat een einde moest maken aan de discriminatie tussen wat men vroeger natuurlijke en wettige kinderen noemde.

Die discriminatie werd enkele jaren later ook aangeklaagd door de ouders en de grootouders van Lucile De Mot.

In 1987 paste België eindelijk de wetgeving inzake afstamming aan. Alle kinderen hebben nu gelijke rechten, op welke manier hun afstamming ook wordt vastgesteld.

35.tif

De school voor hedendaagse dans P.A.R.T.S. onder leiding van Anne Teresa De Keersmaeker creëerde het stuk "Geef hem genoeg schaduw" naar aanleiding van de viering van de 50ste verjaardag van de Raad van Europa.

36.tif

Burgerlijke aansprakelijkheid ambtenaar

Toen in september 1979 vijf miljoen frank uit de brandkoffer van een Henegouws postkantoor verdween, oordeelde het Rekenhof dat mevrouw Muyldermans, die als boekhouder in het postkantoor werkte, nalatig was geweest. Zij moest de Regie der Posterijen twee miljoen frank terugbetalen.

Mevrouw Muyldermans vond dat zij geen eerlijk proces had gekregen: zij had zich niet kunnen verdedigen en de procedure was niet in het openbaar verlopen.

Uiteindelijk richtte zij zich tot de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens. De beslissing van het Europees Hof had verstrekkende gevolgen voor de Belgische wetgeving op het Rekenhof. In 1995 werd een wet goedgekeurd die de ambtenaren het recht op een eerlijk proces voor het Rekenhof garandeert.

Tegen armoede en sociale uitsluiting

Georges de Kerckhove is actief in de Vierdewereldbeweging en zet zich in voor de daklozen die in het Brusselse Centraal station bijeenkomen.

Een democratie die gebaseerd is op de rechten van de mens moet ook de rechten van de zwaksten onder hen verdedigen, zo argumenteerde de Kerckhove.

De voorstellen van de Vierdewereldbeweging leidden ertoe dat de erkenning van het recht op de bescherming tegen de armoede en de sociale uitsluiting in het Europees Sociaal Handvest werd opgenomen. Dit is niet onbelangrijk vermits het Handvest daardoor een juridische basis verschaft voor de strijd tegen de armoede.

Beroepsorden

Als gepensioneerd legerofficier wilde Jerôme De Moor een tweede carrière beginnen als advocaat. De Hasseltse balie weigerde hem echter in te schrijven op de lijst van advocaten-stagiairs.

De Moor trok naar de Raad van State, die weigerde zich uit te spreken. Vervolgens diende hij bij de procureur klacht in wegens rechtsweigering. Toen deze werd geseponeerd, besloot De Moor naar Straatsburg te stappen.

Het was niet de eerste keer dat België voor het Europees Hof uitleg moest verschaffen over het functioneren van zijn beroepsorden. Ook over de orde van geneesheren waren al betwistingen gerezen.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens besliste dat Jérôme De Moor geen billijk proces had genoten omdat de weigering van de raad van de orde niet wettelijk was, de procedure niet openbaar was verlopen en geen hoger beroep mogelijk was op het ogenblik van de procedure.

In 1992 werd het Gerechtelijk wetboek aangepast. Elke weigering tot inschrijving in een beroepsorde moest voortaan worden gemotiveerd. Hoger beroep is mogelijk bij een Raad van beroep van de orde en eventueel ook bij het Hof van Cassatie.

Voor De Moor volstaat dit evenwel niet, want ook in beroep blijft de gevestigde advocatuur rechter in een geschil met een concurrent.

Persvrijheid

De Humo-journalisten Leo De Haes en Hugo Gijsels bekritiseerden in 1986 in hun artikelenreeks over Notaris X, vier magistraten van het Hof van Beroep in Antwerpen omdat zij in een echtscheidingszaak het hoederecht van de kinderen aan de vader, die notaris was, hadden toegekend. Tegen de notaris was eerder door zijn echtgenote en haar ouders klacht ingediend wegens incest en kindermishandeling.

De vier magistraten daagden de beide journalisten voor de rechtbank van eerste aanleg die hen veroordeelde tot een schadevergoeding wegens laster en tot publicatie van het vonnis. Het Hof van Beroep bevestigde dat vonnis en ook het Hof van Cassatie verwierp het cassatieberoep.

De journalisten hebben zich ten slotte tot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg gewend. In zijn arrest heeft het Hof de vrijheid van meningsuiting en in het bijzonder de rol van de pers nauwkeuriger bepaald. Hoewel de pers bepaalde grenzen niet mag overschrijden, moet zij over alles in de samenleving kunnen berichten, ook over de werking van het gerecht.

De vrijheid van meningsuiting is er niet alleen voor informatie die aangenaam in de oren klinkt. Journalistiek mag in zekere mate provocerend zijn, aldus het Hof.

Vooral de relatie van het gerecht met de pers is met deze zaak nog eens in de belangstelling gekomen. Inmiddels werden verschillende initiatieven genomen om de informatiedoorstroming naar de pers te verbeteren.

Dit arrest leert ook dat de magistratuur moet leren leven met de kritiek van de pers. In een democratische samenleving heeft een vrije pers een waakhondfunctie, ook over rechters.

p34.tif

De gelegenheidstoespraken werden gehouden door Dirk Van der Maelen (SP) (toenmalig voorzitter van de Belgische delegatie), Jan De Bock (secretaris-generaal van het ministerie van Buitenlandse zaken), Jean-Claude Van Cauwenberghe (PS) (toenmalig voorzitter van de Kamer van de Regio's van het Congres van plaatselijke en regionale besturen van Europa) en Charles-Ferdinand Nothomb (PSC) (toenmalig ondervoorzitter van de Belgische delegatie). Paul Staes (CVP) ging dieper in op de toekomst van de Raad van Europa.

Over de Raad van Europa ...

De Raad van Europa is een internationale organisatie met zetel in Straatsburg (Frankrijk). Zijn voornaamste doelstelling is het verstevigen van de democratie, de mensenrechten en de beginselen van de rechtsstaat in alle lidstaten. De verdediging en de bevordering van deze fundamentele politieke waarden vormen de gemeenschappelijke bekommernis van alle lidstaten.

De Raad van Europa is tevens een centrum van debat en overleg waar antwoorden worden gezocht op de vele maatschappelijke problemen van vandaag : sociale uitsluiting, onverdraagzaamheid, integratie van migranten, bedreiging van de privé-sfeer door de nieuwe technologieën, bio-ethische vraagstukken, terrorisme, drugshandel, criminaliteit, enz.

Door 10 Staten opgericht na de Tweede Wereldoorlog, met de ondertekening van het Statuut in Londen in 1949, is de Raad van Europa gedurende de eerste 40 jaren van zijn bestaan een West-Europese instelling gebleven.

Stichtende leden : België, Denemarken, Frankrijk, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Zweden, het Verenigd Koninkrijk

Op het einde van de eerste fase, die vooral werd gekenmerkt door de democratisering van de vele landen die een autoritair regime hadden gekend, telde de instelling 23 leden.

Nieuwe leden tot 1989 : Griekenland, IJsland, Turkije, Duitsland, Oostenrijk, Cyprus, Zwitserland, Malta, Portugal, Spanje, Liechtenstein, San Marino, Finland

Na de val van de Berlijnse Muur (1989) was de Raad van Europa de eerste politieke instelling binnen Europees verband die de landen van Centraal- en Oost-Europa heeft opgevangen, voor zover deze landen voor de democratie hadden gekozen. telt de Raad 41 lidstaten.

Toegetreden na 1989 : Hongarije, Polen, Bulgarije, Estland, Litouwen, Slovenië, Slovaakse republiek, Tsjechische republiek, Roemenië, Andorra, Albanië, Letland, Ex-Joegoslavische republiek van Macedonië, Moldavië, Oekraïne, Rusland, Kroatië, Georgië

Meer democratie, een groter respect voor de mensenrechten en de primordiale rol van de rechtsstaat in alle lidstaten is van essentieel belang voor de veiligheid en de stabiliteit in Europa. Daarom ontwikkelde de Raad gemeenschappelijke principes ter bescherming van nationale minderheden, ondersteunt hij daadwerkelijk de overgang naar de democratie en volgt hij van zeer dichtbij de eerbiediging van de verbintenissen door al de lidstaten.

Een van de instellingen die hierover waken is het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, dat sinds 1953 als onafhankelijke instelling schendingen van de mensenrechten door de lidstaten onderzoekt en veroordeelt. De viering van 50 jaar Raad van Europa werd in Brussel ingezet met een reeks getuigenissen van mensen die met succes een procedure bij het Hof hebben ingeleid.

Texte français

Opmerkingen voor de webmaster