5-2326/2 | 5-2326/2 |
25 MAART 2014
HOOFDSTUK 1
Algemene bepaling
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2
Wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek
Art. 2
In artikel 193bis van het Burgerlijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 14 november 1947, worden de woorden « artikel 46 van de wet van 20 april 1810 op de inrichting der rechterlijke orde en het beleid der justitie » vervangen door de woorden « artikelen 138bis, § 1, en 139 van het Gerechtelijk Wetboek ».
Art. 3
In artikel 531 van hetzelfde Wetboek worden de woorden « Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering » vervangen door de woorden « Gerechtelijk Wetboek ».
Art. 4
In artikel 802, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 10 oktober 1967, wordt het woord « schuldenaars » vervangen door het woord « schuldeisers ».
Art. 5
In de Franse tekst van artikel 983 van hetzelfde Wetboek wordt het woord « français » vervangen door het woord « belge ».
Art. 6
In artikel 1688 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 15 december 1949, worden de woorden « Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering » vervangen door de woorden « Gerechtelijk Wetboek ».
HOOFDSTUK 3
Wijzigingen van de hypotheekwet van 16 december 1851
Art. 7
In artikel 1, derde lid, van de hypotheekwet van 16 december 1851, worden de woorden « artikel 1429 » vervangen door de woorden « artikel 595, tweede lid ».
Art. 8
In artikel 59 van dezelfde wet worden de woorden « in de gevallen van de artikelen 57 en 58 » vervangen door de woorden « in het geval van artikel 58 ».
Art. 9
In artikel 117 van dezelfde wet worden de woorden « Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering » vervangen door de woorden « Gerechtelijk Wetboek ».
HOOFDSTUK 4
Wijzigingen van het Strafwetboek
Art. 10
In artikel 135bis, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 20 juli 1939, worden de woorden « ; artikel 9 van de wet van 31 mei 1888 is niet van toepassing op die verbeurdverklaring » opgeheven.
Art. 11
In artikel 135quinquies van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 23 juni 1961, worden de woorden « de artikelen 135ter en 135quater » vervangen door de woorden « artikel 135quater ».
Art. 12
In boek II, titel III, van hetzelfde Wetboek wordt het opschrift « Bepaling aan de drie vorige hoofdstukken gemeen », voor artikel 192, vervangen door het opschrift « Bijzondere bepaling ».
Art. 13
In boek II, titel III, van hetzelfde Wetboek wordt het opschrift « Bepalingen aan de vier vorige hoofdstukken gemeen », voor artikel 213, vervangen door het opschrift « Bepalingen aan de vijf vorige hoofdstukken gemeen ».
Art. 14
In artikel 214 van hetzelfde Wetboek worden de woorden « bij de vier vorige hoofdstukken omschreven » vervangen door de woorden « omschreven in de hoofdstukken I tot IV van deze titel ».
Art. 15
In artikel 430 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 28 november 2000, worden de woorden « artikel 428, §§ 3 tot 5 » vervangen door de woorden « artikel 428, §§ 4 en 5 ».
Art. 16
In artikel 562 van hetzelfde Wetboek, opgeheven bij de wet van 17 juni 2004 en hersteld bij de wet van 20 juli 2005, worden de woorden « de artikelen 559 en 560 » vervangen door de woorden « artikel 559 ».
Art. 17
In artikel 565 van hetzelfde Wetboek, opgeheven bij de wet van 17 juni 2004 en hersteld bij de wet van 20 juli 2005, worden de woorden « in de vier vorige hoofdstukken » vervangen door de woorden « in deze titel ».
Art. 18
In artikel 566 van hetzelfde Wetboek, opgeheven bij de wet van 17 juni 2004 en hersteld bij de wet van 20 juli 2005, worden de woorden « in de vier vorige hoofdstukken » vervangen door de woorden « in deze titel ».
HOOFDSTUK 5
Wijzigingen van de uitleveringswet van 15 maart 1874
Art. 19
In artikel 5bis, tweede lid, van de uitleveringswet van 15 maart 1874, ingevoegd bij de wet van 28 juni 1889, worden de woorden « artikel 47 van de wet van 21 juni 1849 » vervangen door de woorden « artikel 78 van de wet van 5 juni 1928 houdende herziening van het Tucht- en Strafwetboek voor de koopvaardij en de zeevisserij ».
Art. 20
In artikel 8 van dezelfde wet worden de woorden « De artikelen 2 en 3 van de wet van 30 december 1836 betreffende de beteugeling van de misdaden en wanbedrijven door Belgen in het buitenland gepleegd » vervangen door de woorden « De artikelen 6 tot 14 van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering ».
Art. 21
In artikel 10 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1º de woorden « voorzien in artikel 1 van de wet van 30 december 1836 » worden vervangen door de woorden « bepaald in de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering »;
2º de woorden « 30 december 1836 » worden vervangen door de woorden « 17 april 1878 ».
HOOFDSTUK 6
Wijziging van de wet van 25 augustus 1885 die de wetgeving betreffende de koopvernietigende gebreken herziet
Art. 22
In artikel 6, eerste lid, van de wet van 25 augustus 1885 die de wetgeving betreffende de koopvernietigende gebreken herziet, vervangen bij de wet van 10 oktober 1967, worden de woorden « in artikel 16 van het Burgerlijk Wetboek en » opgeheven.
HOOFDSTUK 7
Wijziging van de wet van 25 maart 1891 houdende bestraffing van de aanzetting tot het plegen van misdaden of wanbedrijven
Art. 23
In artikel 1, tweede lid, van de wet van 25 maart 1891 houdende bestraffing van de aanzetting tot het plegen van misdaden of wanbedrijven, vervangen bij de wet van 28 juli 1934 en gewijzigd bij de wet van 26 juni 2000, worden de woorden « , 534, 557, nr. 6, paragraaf 2 », vervangen door de woorden « en 534 ».
HOOFDSTUK 8
Wijzigingen van de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van de stoffen die kunnen gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen
Art. 24
In artikel 7 van de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van de stoffen die kunnen gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen, vervangen bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de wetten van 12 april en 9 juli 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1º in § 2, 2º, c, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) de woorden « die gegevens bevatten » worden ingevoegd tussen de woorden « gelijk welke andere informatiedragers » en de woorden « die ingevolge »;
b) de woorden « of zich deze kosteloos laten verstrekken » worden ingevoegd na de woorden « daarvan nemen »;
2º in de Nederlandse tekst van § 3, tweede lid, wordt het woord « verwittiging » vervangen door het woord « waarschuwing ».
Art. 25
In artikel 7bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de wet van 9 juli 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1º in § 2, tweede lid, worden de woorden « met toezicht belaste de » opgeheven;
2º in de Franse tekst van § 3, eerste lid, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) de woorden « dont ils disposent » worden ingevoegd na het woord « renseignements »;
b) de woorden « actes, pièces » worden ingevoegd tussen het woord « tous » en het woord « livres »;
3º in § 3, eerste lid, worden de woorden « te laten nemen » vervangen door de woorden « ervan te verstrekken ».
Art. 26
In artikel 12, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de wet van 12 april 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1º in het tweede lid worden de woorden « zal worden vermeld » vervangen door de woorden « zal worden opgesteld »;
2º in de Nederlandse tekst van het vijfde lid worden de woorden « van het maximumbedrag » ingevoegd tussen de woorden « de som » en de woorden « worden verdubbeld ».
HOOFDSTUK 9
Wijziging van de besluitwet van 14 november 1939 betreffende de beteugeling van de dronkenschap
Art. 27
In artikel 16 van de besluitwet van 14 november 1939 betreffende de beteugeling van de dronkenschap, worden de woorden « artikel 155 van de wet van 18 juni 1869 » vervangen door de woorden « artikel 148 van het Gerechtelijk Wetboek ».
HOOFDSTUK 10
Wijziging van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers en plegers van bepaalde seksuele strafbare feiten
Art. 28
In artikel 5, tweede lid, van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers en plegers van bepaalde seksuele strafbare feiten worden de woorden « artikel 96 » vervangen door de woorden « artikel 148 ».
HOOFDSTUK 11
Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek
Art. 29
In artikel 695, derde lid, 2º, van het Gerechtelijk Wetboek wordt het woord « bewindvoerders » vervangen door het woord « curatoren ».
Art. 30
In artikel 1139, eerste lid, van hetzelfde Wetboek wordt het woord « rechtsmiddelen » vervangen door het woord « middelen ».
Art. 31
In artikel 1233, § 1, 5º, van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 29 april 2001, worden de woorden « geeft kennis aan » vervangen door de woorden « ter kennis gebracht van ».
Art. 32
In artikel 1355 van hetzelfde Wetboek, worden de worden « oorspronkelijke vorderingen » vervangen door het woord « hoofdvorderingen ».
Art. 33
In artikel 1563, derde lid, eerste zin, van hetzelfde Wetboek, wordt het woord « getuigschrift » vervangen door het woord « verzoekschrift ».
HOOFDSTUK 12
Wijzigingen van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst
Art. 34
In artikel 42 van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst, vervangen bij de wet van 3 april 2003, worden de woorden « artikel 44 » vervangen door de woorden « artikel 259bis, § 5, van het Strafwetboek ».
Art. 35
Artikel 44 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art. 36
In artikel 44bis, 1º, vierde lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 april 2003 en gewijzigd bij de wet van 4 februari 2010, worden de woorden « alinea 2 van dit artikel » vervangen door de woorden « 1º, tweede lid ».
HOOFDSTUK 13
Wijziging van het Wetboek van vennootschappen
Art. 37
Artikel 409, derde lid, tweede zin, gewijzigd bij de wet van 4 september 2002, wordt vervangen als volgt :
« De benadeelde schuldeiser die een rechtsvordering instelt, brengt de curator hiervan op de hoogte. In het laatste geval is het bedrag toegekend door de rechter beperkt tot het nadeel geleden door de schuldeisers die de vordering hebben ingesteld. »
HOOFDSTUK 14
Wijzigingen in de basiswet van 12 januari 2005 betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden
Art. 38
In de Franse tekst van artikel 28, § 3, van de basiswet van 12 januari 2005 betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden, worden de woorden « d'un recours » vervangen door de woorden « d'une plainte ».