5-141

5-141

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 20 FÉVRIER 2014 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de M. Guido De Padt à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur «le jeu à boire Neknomination» (no 5-1335)

De heer Guido De Padt (Open Vld). - Deze week lazen we in de pers dat het spel Neknomination Facebook verovert. Voorlopig is het nog hoofdzakelijk een buitenlands probleem, dat wel al vijf levens eiste. Het ogenschijnlijk onschuldige drankspelletje begint extreme vormen aan te nemen. Neknomination daagt vrienden uit om ad fundum een glas leeg te drinken. Maar het moet steeds spectaculairder en dat blijft niet altijd zonder gevolg.

Ik wil het persbericht aangrijpen om zoals vele anderen voor de zoveelste maal aandacht te vragen voor overdadig drankgebruik door jongeren, van wie sommigen amper 12 of 13 jaar oud zijn.

De verkoop van alcohol aan minderjarigen verloopt blijkbaar nog altijd vlot, veel te vlot. Om dat te vermijden worden vooral nachtwinkels regelmatig gecontroleerd. Wanneer wordt vastgesteld dat jongeren zich bezondigen aan het kopen van alcohol, hebben de inspecteurs van de FOD Volksgezondheid evenwel niet de mogelijkheid om de aangekochte drank in beslag te nemen, terwijl ze de verkoper van de drank wel kunnen bestraffen. De inspecteurs hebben evenmin de mogelijkheid om de ouders te verwittigen, terwijl het juist goed zou zijn mochten ze ook op hun verantwoordelijkheid in dezen worden gewezen. Omdat inspecteurs niet doeltreffend kunnen optreden, krijgen jongeren het signaal dat ze rustig met hun rugzakje vol drank verder kunnen wandelen en zodoende blijven meestal ook hun ouders onwetend over de feiten.

In sommige winkels liggen alcoholhoudende suikerdranken uitgestald tussen het snoepgoed, hoewel ook dat wettelijk verboden is.

Deelt de minister mijn standpunt dat niet enkel de verkoper moet worden bestraft, maar dat ook de jongeren zelf moeten worden aangepakt, onder meer door hun de gekochte drank af te nemen? Overweegt de minister om dat wettelijk te regelen? Gaat de minister ermee akkoord dat bij overtredingen de ouders systematisch zouden moeten worden verwittigd?

Hoeveel inbreuken werden er de afgelopen twee jaar vastgesteld op de verplichting voor winkelexploitanten om alcoholhoudende dranken apart uit te stallen en dus visueel af te zonderen van andere producten, zoals snoepgoed? Hoeveel bedragen de geldboetes die worden opgelegd aan de verkopers van die dranken? Hoeveel geldboetes werden opgelegd en hoeveel ervan zijn tot op heden betaald?

Mevrouw Laurette Onkelinx, vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen. - Als minister van Volksgezondheid ben ik ervan overtuigd dat een doeltreffend alcoholbeleid inhoudt dat we de jongeren bewust maken van de gevaren van alcohol. Bestraffingsbeleid heeft weinig zin.

Ik ben wel van oordeel dat alle maatschappelijke actoren moeten worden betrokken: de producenten, de verkopers en ook de ouders. De suggestie van de senator om de ouders bij een illegale aankoop stelselmatig op de hoogte te brengen, lijkt me echter in de praktijk niet realiseerbaar.

Het verheugt mij dat er in de partij van de senator mensen zijn die zich bewust zijn van de nadelen van alcohol. Ik had op dezelfde steun gehoopt bij de voorstelling van mijn plan, dat heel precies tot doel had om een algemeen alcoholbeleid op poten te zetten.

Voor alcoholreclame bestaat enkel het convenant inzake reclame voor en marketing van alcoholhoudende dranken. Dat zijn gedragsregels die de sector zelf heeft opgesteld en waar de Jury voor ethische praktijken inzake reclame, JEP, op toeziet. Die gedragsregels voor de sector zijn op 25 april 2013 van kracht geworden.

De Alcoholcontroledienst van de FOD Volksgezondheid heeft reeds meerdere klachten ingediend, ook met betrekking tot het uitstallen van alcoholische dranken tussen snoepgoed. De FOD Volksgezondheid zal de gedragsregels en de beslissingen van de JEP na een jaar evalueren en mij een verslag bezorgen.

Aangezien het hier maar om een zelfregulerende code gaat, zijn er niet meteen geldboetes aan overtredingen verbonden.

De heer Guido De Padt (Open Vld). - Ik dank de minister voor haar antwoord. Het verheugt me dat ze mij feliciteert omdat mijn houding zou verschillen van het standpunt van anderen in mijn partij. Dat standpunt van mijn partij betreft echter het totale alcoholplan, dat in zijn geheel niet werd aanvaard.

Als burgemeester word ik bijna wekelijks geconfronteerd met heel jonge kinderen die zich aan de alcohol begeven. Daar is het mij om te doen. Het gaat niet om de jongeren van 17 of 18 jaar - we zijn ook jong geweest - maar om kinderen van 13 of 14 jaar. Alcoholgebruik bij heel jonge kinderen kan schade veroorzaken aan de hersenen, wat nadelig is voor hun toekomst.

We moeten volgens mij ook de ouders op hun verantwoordelijkheid wijzen. Het is al te gemakkelijk om steeds naar de overheid, naar de politie, de scholen of naar wie dan ook te verwijzen. Ouders moeten de moed hebben om hun kinderen er af en toe op te wijzen dat een bepaald gedrag niet door de beugel kan, maar dan moeten ze wel van dat gedrag op de hoogte zijn. De inspecteurs van Volksgezondheid, waarmee ik soms contacten heb naar aanleiding van de controle op het alcoholgebruik, kunnen misschien voor de ouders een informatieve functie vervullen. Dat is uiteraard niet gemakkelijk en kan administratieve overlast veroorzaken.

Misschien moeten we vanuit de lokale overheid met onze politie een systeem op het getouw zetten waarbij de ouders toch worden geïnformeerd.