5-236COM

5-236COM

Commission des Relations extérieures et de la Défense

Annales

MARDI 25 JUIN 2013 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de M. Johan Verstreken au ministre des Entreprises publiques et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes sur «l'aide au développement en faveur du Mali» (no 5-3595)

De heer Johan Verstreken (CD&V). - Tijdens een internationale donorconferentie voor Mali op 15 mei heeft het kabinet van de minister voor dit en volgend jaar 31,5 miljoen euro toegezegd. Doel van de conferentie was een kleine 2 miljard euro bij elkaar te brengen om Mali weer op de sporen te krijgen. Middenveldorganisaties hebben echter al laten weten dat ze andere prioriteiten hebben dan de Malinese regering.

De minister benadrukte op de conferentie dat het om middelen uit de budgetten voor ontwikkelingssamenwerking gaat die al in de begroting voor 2013 waren opgenomen. In zijn uiteenzetting had hij aandacht voor de regionale aspecten van de crisis en het belang van een sterke rechtsstaat.

Mali is al meer dan twintig jaar een partnerland van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, die zich vooral op twee sectoren concentreert; plattelandsontwikkeling en voedselzekerheid en ondersteuning van het decentralisatieproces. Daar kunnen we allemaal akkoord mee gaan. Ik wil even de link leggen naar een discussie in de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen over een resolutie betreffende Mali, waarbij we het ook hadden over oorlog wapenleveringen. Dat is niet meteen ontwikkelingssamenwerking, maar het heeft er indirect wel mee te maken. Er worden helaas zeer veel Belgische wapens gebruikt om mensen tegen elkaar op te zetten. Er is voor onze regering dus een rol weggelegd om te bemiddelen en dergelijke zaken in de toekomst te voorkomen. Ik zou het appreciëren indien de minister aan zijn collega's duidelijk maakt dat België daar geen dubieuze rol kan spelen, zodat we ook in eigen land propere handen hebben.

Over de donorconferentie voor Mali heb ik voor de minister volgende vragen.

Wat betekent de toezegging van 31,5 miljoen euro steun aan de projecten in Mali waarvoor al in de begroting voor 2013 financiering was ingeschreven? Zullen lopende of toegezegde projecten worden stopgezet of in de problemen komen?

Hoe evalueert de BTC de democratische hervormingen en het decentraliseringsproces ter versterking van de lagere overheden?

Wat zijn de aandachtspunten bij de BTC-projecten opdat ze sociaal-politiek breder worden gedragen?

Hoe wordt de strijd tegen corruptie aangepakt?

Hoe wordt erop toegezien dat de Malinese regering haar ontwikkelingsplan in participatie met middenveldorganisaties opstelt en uitvoert?

Hoe wordt de sociale dialoog tussen en binnen de verschillende gemeenschappen versterkt?

De heer Jean-Pascal Labille, minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden. - Het bedrag van 31,5 miljoen euro komt overeen met een raming van de uitgaven voor het huidige meerjarenprogramma van de intergouvernementele samenwerking. Het Belgische programma is toegespitst op twee sleutelsectoren, decentralisatie en deconcentratie, enerzijds, en plattelandsontwikkeling, voedselzekerheid, veeteelt en visserij, anderzijds, en op twee transversale hoofdthema's, gendergelijkheid en milieubescherming, die in al onze acties worden meegewogen. Samen met onze humanitaire partners willen we een antwoord bieden op de noden van de bevolkingsgroepen die het meest onder de crisissen te lijden hebben op het gebied van voeding, gezondheidszorg, bijstand aan ontheemden of vluchtelingen. We gaan dus geen nieuwe budgettaire verbintenissen aan, maar hervatten geleidelijk de samenwerking die na de staatsgreep van maart 2012 volledig werd opgeschort, met uitzondering van 1,5 miljoen euro die werd uitgetrokken als bijdrage aan de multidonorfondsen voor de verkiezingen.

De meeste bilaterale projecten in Mali lopen gewoon door. Alleen drie projecten in het noorden van het land worden om veiligheidsredenen definitief stopgezet; de resterende bedragen worden ter beschikking gesteld van het indicatief samenwerkingsprogramma. Er zal met de Malinese partner worden overlegd over een bestemming voor het geld op basis van de prioriteit die de Malinese regering in het Plan pour la relance durable du Mali met het oog op het overgangsproces heeft vastgelegd. Dat plan is een onderdeel van de routekaart voor de overgang van 29 januari 2013 en het strategische kader voor groei en armoedebestrijding 2012-2017 van december 2011. Het houdt rekening met de strategische veranderingen die nodig zijn op basis van de urgentie en de omvang van de huidige crisis.

De DGD en de BTC, voor de uitvoering van de programma's, nemen de door de Malinese regering in het vooruitzicht gestelde democratische hervormingen en het decentralisatieproces zeer ernstig. Ongeveer tien jaar geleden verbond België zich ertoe Mali te begeleiden bij het decentralisatie- en deconcentratieproces. Wellicht zal de draad weer worden opgenomen van een programma voor de institutionele ondersteuning van het Ministère de l'administration territoriale de la décentralisation et de l'aménagement du territoire. Het programma wordt momenteel bijgestuurd om beter te kunnen inspelen op de nieuwe uitdagingen van de overgangsperiode.

België werkt samen met andere donoren die ook bij de hervorming van het land betrokken zijn. Decentralisatie moet een uitweg bieden uit de crisis. De strijd tegen corruptie is transversaal in onze programma's opgenomen. De samenwerking tussen de BTC en de Malinese partner verloopt op basis van overleg en een systeem van dubbele handtekeningen.

Daarnaast werkt België mee aan enkele programma's voor institutionele ondersteuning die veel aandacht besteden aan de capaciteitsopbouw. Via de thematische coördinatiegroep Justice et lutte contre la corruption, onder leiding van Canada, raadplegen de donoren elkaar regelmatig over de beste manier om hun krachten te bundelen in de strijd tegen corruptie.

Na de Conferentie van Brussel wordt nu nagegaan welke instrumenten kunnen worden ingezet om de Malinese regering aan te sporen meer rekenschap af te leggen aan haar bevolking en aan de donoren en welke middelen kunnen worden gebruikt om de burger meer controle te geven. Zowel de Conferentie van Brussel als het Plan pour la relance durable du Mali en de twaalf krachtlijnen voor de interventies werden in samenspraak met het maatschappelijk middenveld voorbereid. Er bestaat trouwens een Groupe de suivi budgétaire, samengesteld uit vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld en gesteund door Denemarken. Deze groep, die regelmatig bijeenkomt, moet bijdragen tot een goed beheer van het overheidsbudget. Deze week zal de ze het startschot geven voor een project ter ondersteuning van initiatieven die de burger meer controle op het overheidsbeleid geeft.

Op 6 maart jongstleden riep de Malinese regering een commissie voor dialoog en verzoening in het leven. Daar wordt momenteel werk van gemaakt en de leden werden zopas benoemd. De volgende stap is het uitstippelen van het plan en de werkmethodologie van de commissie. De Europese Unie heeft haar steun al toegezegd.

De heer Johan Verstreken (CD&V). - Ik dank de minister voor het opnieuw uitgebreide antwoord. Het is goed dat de Malinese regering rekenschap zal afleggen aan haar bevolking. De woorden "dialoog" en "verzoening" stemmen mij hoopvol, hoewel we goed moeten controleren wat er gebeurt. Er moet dus ook met ons land een dialoog zijn. We geven uiteindelijk veel geld aan dit partnerland. We moeten ook in eigen boezem kijken en ervoor zorgen dat er vanuit ons land geen wapens vertrekken die ginds voor foute doeleinden worden ingezet.