5-236COM

5-236COM

Commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en voor de Landsverdediging

Handelingen

DINSDAG 25 JUNI 2013 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van de heer Johan Verstreken aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden over «het Indicatieve Samenwerkingsprogramma met de Democratische Republiek Congo» (nr. 5-3594)

De heer Johan Verstreken (CD&V). - De Democratische Republiek Congo is het belangrijkste partnerland van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. Het grootste land van Centraal-Afrika is steeds terug te vinden onderaan de HDI-lijst, bij de landen met de laagste menselijke ontwikkeling.

Begin mei kwam in de pers dat uit een wereldwijd onderzoek van Save the Children bleek dat in Congo moeders en hun kinderen er het slechtst aan toe zijn. In Congo worden vrouwen ook massaal verkracht en is de straffeloosheid van de daders de norm.

Het Indicatieve Samenwerkingsprogramma voor de periode 2010-2013 loopt bijna ten einde. Het programma concentreert zich op drie sectoren: landbouw, het ontsluiten van het platteland en technisch en beroepsonderwijs. Transversale thema's zijn gendergelijkheid, respect voor de rechten van het kind, good governance, duurzame ontwikkeling en HIV-bestrijding.

Het eerste bezoek van de minister aan een partnerland was een bezoek aan de DRC begin april. De minister had er een onderhoud met vertegenwoordigers en leden van de Congolese regering. Ook had hij een ontmoeting met een delegatie van het Congolese middenveld, die hem een memorandum overhandigde waarin onder meer wordt gevraagd meer aandacht te besteden aan de lokale en provinciale verkiezingen en vrouwenrechten.

Met het ISP kan de Congolese regering, weliswaar in kleine mate, enigszins onder druk worden gezet en kunnen processen op gang worden gebracht. Tegelijk kan waar nodig worden bijgestuurd en kunnen andere accenten worden gelegd.

Ik had van de minister graag vernomen hoe het ISP momenteel wordt geëvalueerd. Zal het ISP worden bijgestuurd in het licht van de ontwikkelingen in Congo? Kunnen de eisen van het Congolese middenveld door het ISP worden versterkt?

Wordt al onderhandeld over de voortzetting van het ISP? Zo ja, hoe wordt dat aangepakt en wat zijn de prioriteiten?

Kan de minister ook even terugblikken op zijn bezoek aan Congo? Wat heeft hij er ervaren en wat heeft hij er geleerd?

De heer Jean-Pascal Labille, minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden. - Een tussentijdse evaluatie van het ISP gebeurt op basis van de inschatting van de betrokkenen en zal leiden tot een gemeenschappelijke evaluatie met de Congolese partners bij mijn bezoek van begin juli en later tijdens de volgende gemengde commissie begin 2014.

Om de efficiëntie van de ontwikkelingssamenwerking met de DRC te bevorderen heeft de gemengde commissie van december 2009 beslist de Belgische ontwikkelingssamenwerking toe te spitsen op drie prioritaire sectoren: landbouw, rurale ontsluiting en onderwijs.

In de landbouwsector ondersteunt de Belgische ontwikkelingssamenwerking het beleid van de Congolese regering dat de hele bevolking een aanvaardbaar niveau van voedselzekerheid wil bieden. De samenwerkingsactiviteiten beogen drie resultaten: de productiviteit van landbouwers verhogen, de verwerking en commercialisering van de producten van de familiebedrijven verbeteren en bijdragen tot een verbetering van het landbouwbeleid.

De sector van de wegen en veerboten is daaraan gekoppeld. De vernieuwing van de basisinfrastructuur, waaronder landbouwwegen en landelijke wegen, zorgt immers voor de ontsluiting van de productiegebieden. De landbouwproducten zullen zo vlotter en goedkoper naar de grote stedelijke afzetmarkten kunnen worden vervoerd.

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking ondersteunt ook het technisch onderwijs en de beroepsopleiding, een noodzakelijke voorwaarde voor de heropbouw en economische heropleving van het land.

De uitvoering van het ISP kent een grote vertraging; ik heb daarvoor aandacht gevraagd tijdens mijn eerste bezoek aan de DRC. Die vertraging is onder meer te verklaren door de voorafgaande studies inzake governance van deze sectoren en door de investering in de Unités conjointes d'appui à la gestion, UCAG, waarbij speciale aandacht werd besteed aan capaciteitsversterking op centraal en gedecentraliseerd niveau. De governance-studies zijn nu uitgevoerd en de UCAG's zijn operationeel. Een aantal programma's is al goedgekeurd en in uitvoering. De andere worden verder uitgewerkt.

De bijsturing van het ISP moet worden afgewogen tegenover de inspanningen op het vlak van goed bestuur en het risico van nog meer vertraging in de uitvoering. Het ligt in mijn bedoeling vooral meer ownership en meer duurzaamheid te bereiken bij de diverse programma's en projecten.

In de voorbereiding en de uitvoering van de programma's inzake landbouwontwikkeling en rurale wegen wordt expliciet rekening gehouden met de inbreng van de lokale civiele maatschappij.

De gouvernementele samenwerking en het ISP vormen niet het prioritair kanaal om het Congolees middenveld te versterken. Hiervoor bestaan andere instrumenten, hoofdzakelijk de financiering van de niet-gouvernementele actoren, die een belangrijk onderdeel vormen van de Belgische openbare ontwikkelingshulp aan de DRC. De deelname van organisaties van de civiele maatschappij kan ook een middel zijn om te komen tot meer verantwoordelijkheid van de Congolese partners en om de beginselen van democratisch ownership beter te volgen.

Er wordt nog niet onderhandeld over een nieuw ISP met de Congolese partner. Dat gebeurt pas als minimaal 30% van het in werking zijnde ISP is uitbetaald, wat nog niet het geval is. Via het Belgisch-Congolees partnercomité wordt wel permanent overleg gevoerd over de uitvoering van het ISP. De evaluatie ervan zal informatie bieden over de wijze waarop de Belgische samenwerking met de DRC zo efficiënt mogelijk kan verlopen.

De heer Johan Verstreken (CD&V). - Ik dank de minister voor zijn uitgebreide en alleszins hoopgevende antwoord. Ik kijk uit naar de resultaten van zijn volgende bezoek aan de Democratische Republiek Congo.

Uit allerlei gegevens blijkt dat China zeer aanwezig is in Congo. Dat land doet wat wij vroeger ook hebben gedaan, namelijk ertsen en andere grondstoffen weghalen bij de lokale bevolking in ruil voor, onder meer, de aanleg van wegen. Misschien kan de minister er tijdens zijn bezoek de aandacht op vestigen dat steeds met respect voor de bevolking en voor de mensenrechten moet worden gehandeld. Ik ben er echter van overtuigd dat de minister zich daar ook om bekommert.