5-107

5-107

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 13 JUNI 2013 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vragen

Mondelinge vraag van mevrouw Dalila Douifi aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding over «de bescherming van de vluchtelingen uit Syrië» (nr. 5-1046)

Mevrouw Dalila Douifi (sp.a). - Samen met een aantal collega's uit de federale regering was de staatssecretaris vorige week donderdag en vrijdag aanwezig op de vergadering van de Europese ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken in Luxemburg. Daar stonden onder meer de laatste ontwikkelingen omtrent de bescherming van de vluchtelingen uit Syrië op de agenda. Vertegenwoordigers van de Europese Dienst voor Extern Optreden en van het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken kwamen er de laatste stand van zaken toelichten.

Op de agenda stond ook de vooruitgang die is geboekt inzake het regionaal beschermingsprogramma. Een regionaal beschermingsprogramma wil de beschermingscapaciteit van de betrokken regio versterken en duurzame oplossingen bieden om de vluchtelingenbevolking beter te beveiligen. De drie duurzame oplossingen zijn terugkeer, plaatselijke integratie of hervestiging in een derde land. Als de twee eerste oplossingen niet mogelijk zijn, vormt een hervestiging het enige alternatief.

Welke stappen onderneemt de Europese Unie momenteel om de humanitaire hulpverlening aan de getroffen bevolking in Syrië en de buurlanden te verbeteren?

Zal er in het kader van het regionaal beschermingsprogramma ook werk worden gemaakt van de hervestiging van bepaalde kwetsbare groepen uit Syrië en de buurlanden? Zo ja, zal ook ons land daaraan deelnemen?

Mevrouw Maggie De Block, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding. - De reactie van de Europese Unie op de crisis in Syrië bestaat tot nu toe voornamelijk uit het bieden van humanitaire hulp. De EU en de lidstaten hebben al meer dan 473 miljoen euro verzameld en zijn daarmee veruit de belangrijkste donor aan het Regional Response Plan van de Verenigde Naties. België is ook een van de belangrijke donoren aan het programma van de UNHCR.

De EU denkt echter ook aan de middellange en lange termijn en wil een brug slaan tussen humanitaire hulp en ontwikkelingshulp voor de buurlanden. Dat zal gebeuren met een alomvattend programma met inbegrip van een regionaal beschermingsprogramma. Naast de bescherming van vluchtelingen zullen ook preventie en het vinden van duurzame oplossingen voor langdurige vluchtelingensituaties een plaats in het programma krijgen. Verder zal ook de rol van de vluchtelingen in de economie van de gastlanden worden aangekaart. Dat programma bevindt zich echter nog in de opstartfase.

Zoals u weet ben ik gewonnen voor de hervestiging van vluchtelingen. Deze week heb ik in Sint-Truiden uitgelegd hoe we in België voor het eerst op een structurele manier de hervestiging van vluchtelingen zullen aanpakken. De laatste week van juni komt de eerste groep in Sint-Truiden aan. Het gaat om 31 Burundezen die al meer dan vijf jaar in Tanzania in kampen verblijven.

Ik ben op zich ook niet gekant tegen de hervestiging van Syrische vluchtelingen, maar die aanvraag dient met de nodige omzichtigheid, en hoe dan ook in een Europees kader te worden bekeken. De UNHCR gaat momenteel na hoeveel zeer kwetsbare mensen voor hervestiging in aanmerking komen. Dan volgt een voorstel of een oproep aan de Europese Unie en moeten wij bepalen of en hoeveel mensen we kunnen opvangen.

Voor de eerste fase van de hervestiging, de opvang in collectieve structuren, heb ik plaats gemaakt. Dat is dus geen probleem. Er is ook een goede samenwerking met Fedasil, maar we moeten ook zorgen voor een doorstroming naar de steden en gemeenten, want deze mensen zijn meteen erkend als vluchteling. Daarvoor hebben we een oproep gedaan aan de OCMW's. Voor de eerste groep hebben we vijf gemeenten bereid gevonden om mee te werken, voor de tweede groep, die later dit jaar aankomt, zullen we een tweede oproep doen. Het is zeer belangrijk dat hervestiging ook een succesverhaal wordt, zeker als we dat in de toekomst op een structurele manier willen blijven doen. Ik ga dus geen toezeggingen doen om tal van mensen hier te hervestigen, als we ze niet kunnen absorberen in de steden en gemeenten. Deze mensen komen uit zeer precaire situaties, moeten zo vlug mogelijk de taal en cultuur leren en zo snel mogelijk zelfstandig leren functioneren. Dat is een hele opdracht. Ik zal u de persmap bezorgen die we voor de hervestiging van de eerste groep hebben gemaakt en waarin alles stap voor stap is uitgelegd.

Mevrouw Dalila Douifi (sp.a). - Ik ben evenmin voorstander van een overhaaste hervestiging. De aanpak van de minister is intussen bekend. We mogen er fier op zijn dat we de vluchtelingen in grote nood, onder meer via hervestiging, zo goed mogelijk proberen op te vangen. Ook de doorstroming is belangrijk aangezien het de bedoeling is dat de vluchtelingen die hier blijven, zich integreren en een duurzaam leven opbouwen. Ik vraag me af of de individuele opvangpartners een rol kunnen spelen in de verdere trajectbegeleiding, integratie en advies.

De situatie in Syrië wordt met de dag erger. We stellen vast dat de humanitaire hulp, onder andere van de donorfondsen, nog steeds niet ter plaatse geraakt. Wie medische hulp nodig heeft, moet zich vaak kilometers ver en in heel gevaarlijke omstandigheden verplaatsen. Op dat gebied is er Europees overleg geweest en moet de Europese Unie zeker nog verder bemiddelen.

Er zijn ook alternatieven voor hervestiging. Naar verluidt volgt Europa andere denksporen, waar de minister constructief aan meewerkt, maar is er nog geen beslissing gevallen. Wanneer wordt het Europees overleg voortgezet?

Mevrouw Maggie De Block, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding. - We bespreken de situatie opnieuw tijdens de volgende vergadering van de Raad Justitie en Binnenlandse zaken in oktober.