5-100

5-100

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 2 MEI 2013 - OCHTENDVERGADERING

(Vervolg)

Wetsontwerp houdende instemming met de Kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar Lidstaten, enerzijds, en de Socialistische Republiek Vietnam, anderzijds, gedaan te Brussel op 27 juni 2012 (Stuk 5-2023)

Algemene bespreking

De heer Bert Anciaux (sp.a), corapporteur. - Ik verwijs naar het kort schriftelijk verslag van het interessante debat in de commissie.

Het gaat hier om een mooi voorbeeld van een verregaande kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en een aantal landen, waarvan vandaag de onderdelen met betrekking tot Vietnam en de Filipijnen op de agenda staan. In die kaderovereenkomsten komen heel veel thema's aan bod, zelfs de mensenrechten en de genderproblematiek.

De heer Patrick De Groote (N-VA), corapporteur. - Ik ben het daarmee roerend eens.

Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). - Er staan vandaag inderdaad twee kaderovereenkomsten op de agenda. Onze fractie zal de Kaderovereenkomst met de Filipijnen goedkeuren. Ondanks de grote sociale ongelijkheid en de corruptie is dat land een democratie.

Dat kan echter niet worden gezegd over Vietnam. We zullen ons bij de stemming over die kaderovereenkomst dan ook onthouden. In artikel 29 van die overeenkomst staat dat de partijen zullen samenwerken, onder meer bij de uitwerking van normen inzake de voedselveiligheid. Dat is een goede zaak, want de aquacultuur van de pangasiusfilets zorgt ervoor dat de Mekong een van de meest vervuilde rivieren ter wereld is. Er stromen grote hoeveelheden arseen door de rivier. Ook worden bij de aquacultuur geneesmiddelen gebruikt, zoals probiotica, antibiotica en hormonen. Vermits de Vietnamese pangasius ook bij ons populair is, mag dus zeker werk worden gemaakt van een betere voedselveiligheid.

In artikel 35 van de kaderovereenkomst staat dat de samenwerking onder meer de bevordering van en voorlichting over de mensenrechten kan omvatten. Dat klinkt mooi, maar ik denk dat dit overbodig is. Vietnam respecteert de mensenrechten niet, hoewel het heel goed weet wat die inhouden. Het heeft dus weinig zin om te informeren en uitleg te geven over iets wat al bekend is. Het dictatoriale regime met communistische trekjes zal blijven weigeren de mensenrechten toe te passen. Met dergelijke naïeve bepalingen zal het zeker geen rekening houden.

Om die reden moet een onderscheid worden gemaakt tussen Vietnam en de Filipijnen. We zullen dan ook op een verschillende manier stemmen bij de twee kaderovereenkomsten.

De heer Bert Anciaux (sp.a), corapporteur. - Ik wijs er nog even op dat zo'n kaderovereenkomst vereist dat de verschillende thema's die erin aan bod komen, verder uitgediept worden via onder meer samenwerkingscommissies.

Daarnaast kan een kaderovereenkomst, zeker voor wie gelooft in internationale samenwerking en in de verbetering van internationale samenwerkingsverbanden, net een interessant instrument zijn om democratische principes geleidelijk ingang te doen vinden. Er wordt vaak over geklaagd dat alleen de economische aspecten belangrijk zijn op internationaal vlak. Zo'n kaderovereenkomst reikt instrumenten aan om, naast die economische samenwerking, ook andere aspecten aan bod te laten komen, zoals de naleving van de mensenrechten. Het gaat niet om een mirakeloplossing, maar het is mijn ogen wel een mogelijkheid om in het kader van de internationale samenwerking onze bekommernissen inzake democratie ter sprake te brengen.

Ons land werkt intens samen met Saoedi-Arabië, een van de meest afschuwelijke dictaturen ter wereld; wegens onze grote financiële en economische belangen heeft niemand daar vragen bij. De kaderovereenkomst met Vietnam is voor mij een stap naar een betere en genormaliseerde samenwerking. Ik ben er trouwens van overtuigd dat er in Vietnam wel degelijk interesse bestaat om, zij het geleidelijk, een aantal democratische beginselen aan bod te laten komen.

De Filippijnen vormen dan wel een democratie, maar wel een democratie waar toch ook heel wat vragen bij te stellen zijn. De mensenrechten worden daar heus niet altijd gerespecteerd en corruptie is er heel courant. Aan de hand van een kaderovereenkomst kan er minstens geprobeerd worden op die vlakken een verbetering te realiseren.

De heer Patrick De Groote (N-VA), corapporteur. - Ik ben het eens met mijnheer Anciaux dat een kaderovereenkomst de mogelijkheid biedt om democratische principes ter sprake te brengen.

Ik herhaal echter wat ik al bij de bespreking in de commissie heb gezegd. De kaderovereenkomst met Vietnam omvat een aantal algemene principes inzake mensenrechten, terwijl de doodstraf er nog steeds wordt uitgevoerd. Dat aspect komt in de overeenkomst weinig aan bod. In januari 2013 heeft de Europese Unie zelfs een exportverbod afgekondigd tegen Vietnam, dat slaat op bepaalde medische producten, precies omdat die producten zouden worden gebruikt voor het uitvoeren van executies.

Toch blijft de N-VA van mening dat zelfs ten opzichte van Vietnam de voorliggende kaderovereenkomst optimaal moet worden gebruikt om te streven naar de democratische principes.

-De algemene bespreking is gesloten.