5-90

5-90

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 31 JANUARI 2013 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van mevrouw Helga Stevens aan de minister van Justitie over «de vermindering van de toelagen voor de gewestelijke steuncentra die therapie geven aan zedendelinquenten» (nr. 5-824)

Mevrouw Helga Stevens (N-VA). - De subsidies voor de gewestelijke steuncentra die therapie geven aan zedendelinquenten, zoals het Antwerpse Universitair Forensisch Centrum (UFC), dalen dit jaar met zo'n 60 000 euro. De subsidies bedragen dan nog in totaal 835 000 euro. Dat blijkt uit de begroting van de FOD Justitie.

Het kabinet van de minister deelde mee dat die subsidievermindering een gevolg is van de lineaire besparing bij alle overheidsdiensten. Volgens haar kabinet worden de centra die zedendelinquenten begeleiden niet geviseerd, maar moeten ze net als andere centra een bijdrage leveren aan de begrotingsinspanning. Ze zullen net als de federale overheidsdiensten efficiënter moeten werken met de beschikbare middelen.

Toch lieten de centra de minister al twee keer schriftelijk weten dat het water de therapeuten al lang aan de lippen staat. Bij het UFC worden de wachtlijsten nog langer en kunnen ze minder daders begeleiden. Bij het UFC kwamen de afgelopen twintig jaar ongeveer duizend zedendelinquenten therapie volgen. Ruim de helft daarvan had minderjarigen misbruikt. Het UFC krijgt de zwaarste daders over de vloer. Nu heeft het UFC gemiddeld zo'n honderd tot honderdtwintig personen in therapie, maar dat zal dus verminderen.

Uit onderzoek blijkt dat die dader therapieën zinvol zijn. Zeventig procent van de daders zonder therapie hervalt na twee jaar.

Daarnaast geeft het UFC opleidingen aan centra voor geestelijke gezondheidszorg en doet het onderzoek. De weerslag van de budgetdaling daarop moet nog blijken.

Bovendien legde anderhalf jaar geleden de bijzondere Kamercommissie over seksueel misbruik in de kerk nog de nadruk op therapie voor zedendelinquenten. De minister onderschreef de aanbevelingen zelfs in haar beleidsnota vorig jaar. Het mag dan ook verbazen dat ze dit jaar kiest om te beknibbelen op de expertise in het behandelen van seksuele delinquenten. En dat de minister zich verschuilt achter een opgelegde lineaire besparing is helemaal bedroevend.

Mij lijkt dit de zoveelste federale besparing op kap van de gemeenschappen. De minister rekent er wellicht op dat de regionale overheden het gat zullen dichtrijden.

Heeft de minister over die subsidievermindering overlegd met de bevoegde gemeenschapsministers voor welzijn? Hoe rijmt de minister de besparing met de aanbeveling van de bijzondere Kamercommissie over seksueel misbruik in de kerk, die de nadruk legde op de uitbreiding van dadertherapieën voor zedendelinquenten? Was er geen andere manier om te besparen dan een domme lineaire besparing?

Mevrouw Annemie Turtelboom, minister van Justitie. - Zoals gezegd onderstreept het rapport van de bijzondere Kamercommissie Seksueel Misbruik het belang van een goede samenwerking tussen de gezondheidssector en de justitiële sector. Ik kan het daar alleen maar mee eens zijn. De drie gewestelijke steuncentra vormen dan ook een belangrijke schakel tussen Justitie en de gespecialiseerde voorzieningen van de gemeenschappen.

Ik wil in de eerste plaats benadrukken dat ik absoluut niet twijfel aan het nut van therapieën voor seksueel delinquenten. Dat de vastleggingskredieten voor de drie steuncentra in 2013 lager liggen dan in 2012 komt niet omdat er discussie bestaat over hun werk, maar omdat we lineair besparen in alle "facultatieve subsidies". Dat geldt niet alleen voor Justitie. Het gaat om een algemene regeringsmaatregel die van toepassing is op heel veel projecten van alle federale overheidsdiensten. Deze budgettaire maatregelen, die ook voor de steuncentra gelden, mogen dus geenszins worden beschouwd als een waardeoordeel over de kwaliteit van hun werk. Het is ook niet mijn bedoeling te besparen op de rug van de gemeenschappen. Voor het Centre d'Appui Bruxellois draagt Justitie alleen de kosten, aangezien het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geen enkele bijdrage levert.

Op het ogenblik zoek ik met mijn administratie naar een oplossing van het probleem. Ik zal het resultaat zeker in het parlement meedelen, want het is gaat om een zeer belangrijke problematiek.

Mevrouw Helga Stevens (N-VA). - Ik dank de minister voor haar antwoord. Of het al dan niet over een lineaire besparing gaat, maakt niet uit. De beslissing gaat in tegen de adviezen van de commissie Seksueel Misbruik en dat begrijp ik niet. De minister zal nog bekijken of er eventueel nog een mouw aan te passen valt, maar au fond is de beslissing onbegrijpelijk. Ik ben ervan overtuigd dat er in het departement Justitie op een andere, meer gerichte manier kan worden bespaard.