5-83

5-83

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 13 DECEMBER 2012 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Piet De Bruyn aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over «de Oegandese wet tegen homoseksualiteit» (nr. 5-750)

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Ik had vanmorgen een kort telefonisch gesprek met Samuel Opio, voorzitter van de Oegandese holebirechtenvereniging Queer Youth Uganda. Hij maakt zich, samen met heel veel anderen, grote zorgen over het wetsvoorstel tegen homoseksualiteit dat door het Oegandese parlement opnieuw op de parlementaire agenda werd gezet. Zoals bekend versterkt dit wetsvoorstel het reeds bestaande verbod op homoseksuele betrekkingen en voegt er nog een aantal verzwarende bestraffingen aan toe. Hoewel het wetsvoorstel al een paar maal gewijzigd werd, komt het steeds op hetzelfde neer, namelijk het strafbaar stellen van alles wat maar enigszins als promotie van homoseksualiteit kan worden omschreven. Indien dit wetsvoorstel wordt aangenomen, wordt het voor holebirechtenactivisten, en voor mensenrechtenactivisten in bredere zin, vrijwel onmogelijk hun werk nog voort te zetten in Oeganda.

Organisaties als Queer Youth Uganda staan nu al onder zware druk. Hun medewerkers gaan nooit langs dezelfde weg naar huis om niet gemakkelijk te kunnen worden gevolgd. Het secretariaat duikt elk half jaar ergens anders onder om niet te gemakkelijk te kunnen worden geïntimideerd. Hun website laten ze bij voorkeur door bevriende organisaties in het buitenland hosten. Dit schetst hoe penibel de situatie al is. Deze realiteit zou door het aannemen van de nieuwe wet alleen maar slechter worden. Amnesty International stelt onomwonden dat de nieuwe wet zou leiden tot verdere schendingen van het recht op vrijheid van meningsuiting, vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst, vrijheid van vreedzame vergadering, vrijheid van vereniging, vrijheid van veiligheid van de persoon en zelfs van het recht op leven. Deze rechten worden nochtans gewaarborgd door de grondwet van Oeganda en de internationale en regionale verdragen die Oeganda heeft ondertekend.

Het Oegandese parlement is nu in zitting bijeen. De kans bestaat dat het wetsvoorstel een van de volgende dagen alsnog wordt aangenomen. Het is dus tijd voor actie. Wat ons betreft is de tijd van stille diplomatie, voorzichtige terechtwijzing en morele verontwaardiging voorbij en dient er zeer duidelijke en klare taal gesproken te worden tegen de Oegandese overheid.

Mijn vraag is dan ook zeer concreet: welke initiatieven heeft de minister genomen of zal hij nemen?

Ik heb vernomen dat de zitting van het Oegandese parlement eventueel zal worden opgeheven omdat de vader van de speaker overleden zou zijn. Het parlement zou vervroegd in reces gaan. Kan de minister dat bevestigen? Mijn vraag blijft hoe dan ook actueel en een duidelijke actie blijft eveneens dringend nodig.

De heer Didier Reynders, vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken. - Er werden al veel acties ondernomen en we hebben een mogelijke goedkeuring van het wetsvoorstel door het Oegandese parlement zeer sterk veroordeeld.

Achter de schermen oefent de EU in alle discretie intensief druk uit op de verschillende partijen. Er waren reeds gesprekken met Rebecca Kadaga, voorzitster van het Oegandese parlement, en met David Bahati, indiener van het wetsvoorstel. Deze gesprekken zullen ook in de nabije toekomst blijven plaatsvinden. Bovendien doen de EU-lidstaten, waaronder België, uiteraard aan intensief lobbywerk in het Oegandese parlement. Er wordt vooral gepoogd om meer gematigde parlementsleden te overtuigen van de onverenigbaarheid van het wetsvoorstel met internationale én Oegandese mensenrechtenverplichtingen. De ontwikkelingen in het parlement worden op de voet gevolgd. Bovendien staan de EU-lidstaten in constante dialoog met verschillende LGBTI-activisten (lesbian, gay, bisexual, transgender and intersex) en ngo's.

Recentelijk werd de Group on the safety, security and protection of human rights defenders opgericht. Het werk van deze groep is erop gericht de bescherming van mensenrechtenverdedigers te versterken.

We zullen de volgende uren en dagen nog contacten hebben en proberen een positieve reactie te bewerkstelligen bij de verschillende leden van het Oegandese parlement.

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Ik dank de minister voor het overzicht van de acties die door hemzelf of zijn diensten en op het Europese niveau worden ondernomen. Het doet deugd te horen dat dergelijke acties onverkort steun krijgen.

Indien het allemaal niet helpt, wordt het misschien wel tijd om iets klaardere taal te spreken. Dat kan door de ambassadeur op het matje te roepen ofwel door via de ambassade ter plaatse druk uit te oefenen.

Ik vrees dat we tot dit soort van initiatieven moeten overgaan om te vermijden dat een wet wordt aangenomen die de al slechte bestaande toestand nog verergert.