5-142COM

5-142COM

Commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en voor de Landsverdediging

Handelingen

DINSDAG 17 APRIL 2012 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van de heer Piet De Bruyn aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken over «de financiering van Sudan Advocacy for Development» (nr. 5-1917)

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Voor alle duidelijkheid: het is niet onze bedoeling om over elk dossier waar 1,6 miljoen euro mee gemoeid is, een vraag te stellen. Dit dossier behoeft echter wel enige verduidelijking.

In een krant hebben we gelezen dat de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken, Steven Vanackere, in 2009 een subsidieaanvraag van Sudan Advocacy for Development heeft goedgekeurd. Deze ngo wil op een accurate wijze informatie verspreiden in Zuid-Soedan door het uitgeven van een wekelijkse krant, The New Nation, die vanaf februari 2012 zou verschijnen. Op die manier wil de ngo niet alleen de verdere vredes- en natieopbouw van het land ondersteunen, maar ook de transparantie, democratische participatie en sociaaleconomische status van het land opkrikken. Het project loopt over vijf jaar en heeft een totaalprijs van 4.3 miljoen euro. Daarvan neemt Buitenlandse Zaken, via de dienst Vredesopbouw, 40% of 1.66 miljoen euro voor zijn rekening.

Uit de informatie die we in de media konden vinden, blijkt dat het project naast het uitgeven van The New Nation ook nog bestaat uit het ontwikkelen van toeristische infrastructuur, namelijk een complex bestaande uit appartementen en kamers. Het kostenplaatje van dit project wordt op 524 900 euro geraamd.

Voor de vooropgestelde doelstelling, namelijk een zeer jonge natie helpen, kunnen we enkel applaudisseren. Ik heb evenwel enkele bedenkingen bij het concrete project. Het project betreft de financiering van een Engelstalige krant in een land waar 85% van de bevolking analfabeet is. Van de 15% geletterden hanteert maar een minderheid het Engels.

De FOD Buitenlandse Zaken zou als het ware eigenaar zijn van de infrastructuur van de krant. Klopt dat? Wat gebeurt daarmee als het project na vijf jaar afloopt?

Hoe past dit project in de doelstellingen van de dienst Vredesopbouw?

Zijn de cijfers die in de pers gepubliceerd werden, correct?

De heer Didier Reynders, vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken. - Ik heb in december een lijst van engagementen van mijn voorganger gekregen. Er blijft dus niet veel marge over in 2012. Ik probeer nu vooral te bekijken of de engagementen correct kunnen worden uitgevoerd.

Het projectvoorstel Fostering Peace Building, reconciliation and development in Southern Sudan through the Dissemination of Quality Information, werd ingediend door de ngo Sudan Advocacy for Development (SAD) in 2009. De dienst Vredesopbouw heeft na ontvangst een technisch-kwalitatieve analyse van het dossier uitgevoerd en heeft zoals gebruikelijk de adviezen van de betrokken diensten en posten over het project ingewonnen. De Belgische ambassades in Cairo en Kampala en de Afrikadienst binnen de FOD Buitenlandse Zaken en de dienst Vredesopbouw zelf gaven een positief advies. Het projectvoorstel werd daarna positief beoordeeld door het adviescomité Vredesopbouw en verkreeg goedkeuring van de inspectie van Financiën. Minister Vanackere keurde de financiering goed in december 2009.

Er werd over de hele lijn geoordeeld dat het project via de verspreiding van objectieve en kwalitatieve informatie een belangrijke rol kan spelen in een land dat geteisterd wordt door conflict en politieke instabiliteit en te kampen heeft met een gebrek aan infrastructuur en een wankele economie. Zowel de kwaliteit van het projectvoorstel als de doorgedreven kennis van de regionale realiteit van mevrouw De Temmerman werden in de verzamelde adviezen steeds als een positief element benadrukt.

Steun aan vrije en onafhankelijke media is altijd een van de prioriteiten van de FOD Buitenlandse Zaken geweest. Via de dienst Vredesopbouw ondersteunt België op die manier de ontwikkeling van democratische samenlevingen. Zuid-Soedan staat sinds het Comprehensive Peace Agreement in 2005 en de nieuw verworven onafhankelijkheid in 2011 voor enorme uitdagingen. Sinds 2008 worden via de dienst Vredesopbouw meerdere projecten in Zuid-Soedan ondersteund. Het betreft onder meer projecten ter ondersteuning van de civiele maatschappij, de justitiesector, civiel crisisbeheer en beheer van natuurlijke rijkdommen.

Bij het ingediende projectvoorstel was een budget voor de aankoop van een lot en de constructie van de nodige infrastructuur opgenomen. Met infrastructuur wordt bedoeld de bouw van een kantorengebouw en een residentieel gebouw met vier kamers, waarvan drie voor het buitenlandse personeel en één bestemd voor verhuur. Het budget daarvoor werd in het projectvoorstel begroot op 450 000 USD. Gelet op de zeer hoge huurprijzen in Juba was het verantwoord om die constructiewerken in het project op te nemen.

In april 2011 heeft mevrouw De Temmerman een verzoek ingediend om enkele wijzigingen aan te brengen. Wegens de gewijzigde omstandigheden op het terrein tussen het moment van indiening van het projectvoorstel in 2009 en de start van de bouwwerken in 2011, was de kost voor de constructiewerken gestegen; die werd nu begroot op 668 503 USD. Volgende redenen werden hiervoor aangehaald: stijging van de prijzen voor bouwmaterialen met 20%, stijging van de loonkosten voor arbeiders in Zuid-Soedan en een verhoging van het aantal kamers om bijkomende inkomsten te verwerven voor de krant. Bij nader onderzoek bleek namelijk dat de inkomsten uit advertenties lager zouden uitvallen dan beraamd. In het projectvoorstel werd een bedrag van 43 000 USD per maand verwacht aan inkomsten uit advertenties. Dat moest worden herzien tot de helft. Het tekort zou worden opgevangen door de inkomsten uit verhuur van extra gastenkamers. Omdat de voorgestelde budgetverhoging voor de constructiewerken kon worden opgevangen door besparingen op andere budgetposten, werd akkoord gegaan met het verzoek van mevrouw De Temmerman. De verhuur van gastenkamers werd gezien als een investering voor de toekomst die de duurzaamheid van het project op langere termijn moet garanderen, ook na de stopzetting van de financiering door de Belgische regering.

Sudan Advocacy for Development heeft een subsidie van de dienst Vredesopbouw ontvangen ten belopen van 1 661 539 euro voor een project van vijf jaar. Dit komt neer op een jaarbudget van 332 307 euro. We zullen uiteraard in de komende maanden de omstandigheden op het terrein opvolgen en het bedrag eventueel aanpassen.

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Dit is niet het enige project in Zuid-Soedan dat ons land ondersteunt. Ik zal in een schriftelijke vraag meer details over de andere projecten vragen.

Ik blijf het ondanks alle positieve adviezen een vreemd project vinden. Nergens blijkt bovendien dat er effectief al een krant is. Ook de advertentie-inkomsten blijken tegen te vallen. Ik vrees dat er nog tegenvallers zullen opduiken in dit dossier. Het betreft echter al bij al een bescheiden bedrag waarvan we de intenties - de opbouw van een natie in wording - alleen maar kunnen onderschrijven. Ik blijf wel van mening dat dit bedrag beter was geïnvesteerd in basisprojecten, zoals alfabetisering, onderwijs of basisgezondheidszorg. We zullen dit dossier, samen met de minister, verder volgen.