5-48

5-48

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 16 FÉVRIER 2012 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de M. Karl Vanlouwe à la ministre de la Justice sur «la sécurité à Bruxelles» (no 5-435)

De heer Karl Vanlouwe (N-VA). - De kerst- en de nieuwjaarsperiode en ook de maand januari worden telkens gekenmerkt door inbrakenplagen. Dat is zo in heel het land, maar vooral in Brussel. Ook de voorbije maand hadden heel wat wijken in Brussel te kampen met problemen en inbraken. Het gaat meestal om recidivisten. Lokale politiezones, maar ook burgers, die zich soms groeperen in buurtinformatienetwerken, waren dan ook tevreden dat recidivisten werden opgepakt. De politie moet die verdachten dan overdragen aan het parket, dat meestal bij de onderzoeksrechter aandringt op een aanhoudingsbevel.

De voorbije weken is meermaals gebleken dat in bepaalde gevallen recidivisten werden opgepakt, die uiteindelijk door het parket wel werden overgedragen aan de onderzoeksrechter, maar waar die rechter besliste de recidivisten niet langer onder aanhoudingsbevel te plaatsen.

Kan de minister een verklaring geven voor de beslissing tot niet-aanhouding van recidivisten door de onderzoeksrechter? Heeft dit te maken met de overbevolking in de gevangenissen in het geval van meerderjarigen of met een tekort aan plaatsen in gesloten instellingen in het geval van minderjarigen?

Mevrouw Annemie Turtelboom, minister van Justitie. - Het al dan niet afgeven van een bevel tot aanhouding behoort tot de discretionaire bevoegdheid van de onderzoeksrechter. De onderzoeksrechter is onafhankelijk. Het openbaar ministerie kan hiertegen geen hoger beroep aantekenen en het komt het openbaar ministerie ook niet toe kritiek te geven op, of uitleg te verschaffen over de beweegredenen van de onderzoeksrechter voor het nemen van een dergelijke beslissing.