5-30

5-30

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 14 JULI 2011 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Piet De Bruyn aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen over «het initiatief Welkom in Palestina» (nr. 5-257)

Mondelinge vraag van mevrouw Marie Arena aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen over «de internationale missie van de organisatie Bienvenue en Palestine» (nr. 5-265)

Mondelinge vraag van de heer Richard Miller aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen over «de Belgische onderdanen die door Israël werden vastgehouden» (nr. 5-260)

De voorzitter. - Ik stel voor deze mondelinge vragen samen te voegen. (Instemming)

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Op vrijdag 8 juli 2011 vertrokken er vanuit heel wat landen deelnemers voor de bijeenkomst `Welkom in Palestina'. Naar Palestina reizen gebeurt nog altijd via Israël. Daar moet men de toelating krijgen om door te reizen naar Palestina.

De actie `Welkom in Palestina' had een dubbel doel, enerzijds aandacht vragen voor het probleem van de bezetting, en anderzijds de nadelige gevolgen van die bezetting aan de kaak stellen door een week het leven te delen met mensen in de Palestijnse gebieden.

Uit de pers vernamen we dat een vijftigtal landgenoten deelnamen aan die operatie.

De Israëlische overheid zou op een aantal landen druk hebben uitgeoefend om het welslagen van de actie te verhinderen.

Deze actie was in geen enkel opzicht gewelddadig, of vormde geen bedreiging voor de staat Israël of haar burgers. Integendeel, het was een vreedzame vorm van protesteren, wat in elke democratische rechtsstaat verdedigd zou moeten worden.

Werden de diensten van de minister op enig ogenblik benaderd door de Israëlische overheid met betrekking tot het initiatief `Welkom in Palestina' en werd daarbij aan België de vraag gesteld om op enige wijze het welslagen van dit initiatief te verhinderen of onmogelijk te maken?

Waaruit bestond de diplomatieke bijstand aan de betrokken landgenoten op het moment dat ze geconfronteerd werden met een bijzonder onwillige Israëlische overheid toen ze zich in Tel Aviv aanmelden om te kunnen doorreizen naar de bezette gebieden?

Mme Marie Arena (PS). - Monsieur le ministre, vendredi dernier, des militants de l'association « Bienvenue en Palestine » devaient se rendre à Tel-Aviv à l'appel de quinze organisations palestiniennes afin de dénoncer le blocus imposé par Israël sur les territoires palestiniens. Ces personnes ont été bloquées à l'enregistrement de leur vol de la Swiss. Les militants ayant protesté, des agents de comptoir ont fini par leur remettre un document indiquant qu'ils étaient interdits d'embarquement en raison d'une requête du ministère israélien de l'Intérieur. En France, une cinquantaine de militants qui souhaitaient voyager sur des vols de la Lufthansa et d'Alitalia ont fait l'objet d'un traitement similaire.

D'après la presse israélienne et internationale, les autorités israéliennes ont voulu empêcher que ces militants, estimés à plusieurs centaines, manifestent à leur arrivée contre la politique israélienne. L'actualité montre à quel point les autorités israéliennes sont sensibles à toute forme d'opposition à leur politique. Le jour précédent, les autorités israéliennes auraient communiqué aux compagnies aériennes desservant le principal aéroport du pays une liste de 342 personnes jugées indésirables sur le territoire israélien.

Monsieur le ministre, les autorités belges ont-elles été informées de cette situation problématique ? Si l'on peut entendre que l'État israélien est souverain concernant l'entrée sur son territoire, tout citoyen a par contre le droit de quitter son pays, ce qui a été interdit au départ de Zaventem. Que pensez-vous du fait que ce droit a été bafoué ?

M. Richard Miller (MR). - Monsieur le ministre, je voudrais me focaliser sur la situation d'une quarantaine de citoyens belges bloqués en Israël. Il s'agit de militants de la cause palestinienne qui voulaient se rendre dans les territoires palestiniens. D'après les informations diffusées par la presse, vingt-deux de ces Belges sont rentrés en Belgique mais seize restent bloqués en Israël.

La presse a évoqué le fait que ces militants étaient déjà interdits d'entrée en Israël mais cette information n'est pas vérifiable. J'ai aussi lu qu'il pourrait y avoir des mineurs d'âge parmi les personnes retenues.

Les représentants de l'ambassade belge en Israël ont rapporté que les détenus sont bien traités et se portent bien. Au même moment, cependant, des députés et des conseillers provinciaux qui participaient à une mission de coopération organisée par la province de Hainaut ont assisté à certaines arrestations et ont rapporté des actes de violence commis à l'égard de ressortissants belges.

Monsieur le ministre, je présume que vous pourrez nous communiquer le nombre exact de ressortissants belges concernés par ces faits et le nombre de personnes qui ont pu regagner la Belgique.

Quelles sont les raisons officielles invoquées par Israël pour justifier ces arrestations ? Avez-vous la certitude que ces personnes sont bien traitées ? Dans quelles conditions sont-elles retenues, plus particulièrement les mineurs d'âge s'il s'avère qu'il y en a ?

M. Steven Vanackere, vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et des Réformes institutionnelles. - Je voudrais tout d'abord confirmer à M. Miller que les quarante personnes arrêtées le vendredi 8 juillet dernier sont, entre-temps, rentrées en Belgique.

De groep van veertig mensen die vorige vrijdag is aangehouden, is volledig naar België teruggekeerd, de laatste twee leden ervan gisterenmiddag. Ik wil de Senaat wel nog meedelen dat op dinsdag 12 juli onze ambassade ter plaatse op de hoogte is gebracht van de aanhouding van een andere landgenoot, die niet bij de groep van veertig was. Deze middag vindt er een consulair bezoek plaats. Ik zal me zeker laten informeren over de reden van die aanhouding en over de precieze omstandigheden van de detentie.

De medewerkers van onze ambassade in Tel Aviv hebben de situatie van de veertig gearresteerde Belgen op de voet gevolgd en hen elke dag een bezoek gebracht in de detentiecentra, dit ten einde zich ervan te vergewissen dat onze landgenoten correct behandeld werden. Waar er tekortkomingen waren, zorgde onze ambassade ervoor dat ze door de directie van de detentiecentra verholpen werden.

Bij het bezoek aan het detentiecentrum in Be'er Sheva, waar de vijf Belgische minderjarigen vastgehouden werden, ging onze ambassade in eerste instantie na of deze minderjarigen correct behandeld werden en hebben mijn medewerkers de aandacht van de directie van het centrum gevestigd op hun aanwezigheid. Ik benadruk nogmaals dat ik het ongepast vind dat de organisatoren minderjarigen hebben laten deelnemen aan een actie die niet zonder gevaar was en waarbij in bijzonder expliciete termen gewaarschuwd was voor een aantal risico's. Ik betreur ook dat de organisatoren niet vooraf met mijn diensten contact hebben opgenomen om een namenlijst van deelnemers te bezorgen, zoals expliciet in het reisadvies vermeld staat. Daardoor heeft de Belgische diplomatie in haar assistentie noodzakelijkerwijs altijd de feiten moeten achternalopen in plaats van preventief te kunnen optreden.

Notre ambassade a assisté de la façon la plus proactive possible nos compatriotes désireux de rentrer en Belgique, en les aidant à trouver une place d'avion.

Selon notre ambassade, les ressortissants belges ont été traités correctement dans les centres de détention. Toutefois, des incidents ont eu lieu lors du transport vers ces centres. Les activistes ont été invités à nous faire part des éventuelles brutalités subies, de façon à ce que je puisse entreprendre les démarches nécessaires auprès des autorités israéliennes.

Je souhaite aussi indiquer que les organisateurs ont explicitement remercié notre ambassade pour l'assistance apportée aux personnes détenues.

Notre ambassade a effectué plusieurs démarches auprès des autorités israéliennes afin de connaître le motif de l'arrestation et du refoulement de nos compatriotes. Jusqu'à ce jour, ces démarches sont restées sans réponse. Les autorités israéliennes n'ont pas formulé de demande auprès de la Belgique pour empêcher la mission en question.

Wel is onze ambassade door het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken geïnformeerd over de specifieke maatregelen die Israël naar aanleiding van deze actie zou treffen tegenover personen aan wie eventueel de toegang tot het grondgebied zou worden ontzegd. Ik heb van de Israëlische overheid geen zogenaamde zwarte lijst ontvangen en kan het bestaan ervan dan ook niet bevestigen.

La décision de laisser ou non des passagers à bord d'un avion appartient aux compagnies aériennes.

De Conventie van Chicago bepaalt wel dat een vervoerder het recht heeft om passagiers te weigeren die niet aan de binnenkomstvoorwaarden van het land van bestemming voldoen. De reden daarvan is natuurlijk dat zo'n luchtvaartmaatschappij een boete riskeert voor elke passagier die hij vervoert en die de toegang tot het land wordt geweigerd. Meestal is die maatschappij ook verplicht die passagier op eigen kosten terug te vervoeren naar het land van herkomst.

Les personnes n'ont pas été empêchées de quitter le pays. Cependant, sachant qu'elles ne seraient pas admises dans le pays de destination, leur embarquement n'a pas été autorisé, non du fait des autorités belges, mais des compagnies aériennes.

Ik bevestig dat Israël het soevereine recht behoudt om de toegang tot zijn grondgebied te controleren en bepaalde mensen de toegang te ontzeggen.

Hoewel niemand daar een vraag over heeft gesteld, benadruk ik namens de Belgische overheid in alle duidelijkheid dat wij, zoals bijna alle Europese landen, de blokkade contraproductief vinden.

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Ik deel de verbazing, en naar ik meen te horen ook de verontwaardiging, van de minister over het feit dat minderjarigen aan de actie hebben mogen deelnemen. Dat lijkt me niet raadzaam, ook al ben ik van mening dat dergelijke acties gerechtvaardigd zijn, zoals uit mijn vraag duidelijk blijkt. Bovendien betreur ik dat de organisatoren het kabinet van Buitenlandse Zaken niet hebben geïnformeerd over de deelname van deze minderjarigen.

Mme Marie Arena (PS). - J'entends bien que les autorités belges n'ont pas été informées des « listes noires » diffusées par le gouvernement israélien. Ces listes ont pourtant été communiquées aux compagnies aériennes. Je note que vous n'êtes pas compétent à l'égard des compagnies aériennes mais il est certainement intéressant de voir quelle est la capacité d'action de ces compagnies. Je vérifierai donc quelle est leur marge de manoeuvre, sous un angle plus économique, en vertu des conventions internationales.

M. Richard Miller (MR). - Il faut saluer l'excellence du travail accompli par notre ambassade face à une situation difficile.

Pour ma part, s'il s'avère que des brutalités ont été commises sur nos ressortissants, je les déplore et je compte bien que vous veillerez alors à faire part de votre désapprobation à l'État d'Israël.

En revanche, cet incident montre bien encore une fois combien le blocus est contre-productif.