5-23 | 5-23 |
De heer Bart Tommelein (Open Vld). - In Oostende merken hulpverleners een zorgwekkende stijging van het aantal transitillegalen die vanuit Italië, waar ze Europa binnenkomen, rechtstreeks naar de kuststad afzakken. Volgens hulpverleners wordt onder de migranten zelfs `reclame' gemaakt voor Oostende omdat dit de beste plaats is om de oversteek naar Engeland te wagen.
De groep illegalen die naar Oostende komt om de oversteek te maken, blijft groeien. Het zou nu al gaan om ongeveer 300 transitillegalen. Het gaat vooral om Algerijnen, Egyptenaren, Tunesiërs en Syriërs. Door het mooie weer heeft een groep transitillegalen zich blijkbaar gevestigd in natuurgebieden in Oostende, waaronder `het Bosje'. Vele burgers voelen zich dan ook niet meer veilig. Deze situatie is inhumaan en vereist een structurele oplossing. Illegale asielzoekers moeten worden terugverwezen naar hun land en het doorschuiven van deze mensen over elkaars landgrenzen is geen oplossing. Europa kan en moet hier een duidelijke rol spelen. Ook de concrete situatie in Oostende vraagt een oplossing. Het aanzuigeffect moet worden stopgezet. Een consequent beleid kan de toestroom indammen.
Wat doet men om het probleem, en meer bepaald het aanzuigeffect, in te dammen en aan de bron aan te pakken? Welke maatregelen neemt men in afwachting om de situatie te beheersen op humanitair vlak en op het vlak van veiligheid?
Mevrouw Annemie Turtelboom, minister van Binnenlandse Zaken. - Ik geef u eerst het antwoord van Staatssecretaris Wathelet en daarna zal ik er nog enkele elementen aan toevoegen wat Binnenlandse Zaken betreft.
Volgens de gegevens waarover de Staatsecretaris beschikt, is er geen sprake van een toename.
De Dienst Vreemdelingenzaken heeft in het kader van een multidisciplinaire samenwerking ondersteuning gegeven aan de politiediensten, onder andere via het reserveren van plaatsen in gesloten centra, het sturen van een sectie ter plaatse in het kader van de actie Moesson met het oog op het nemen van de passende administratieve beslissingen, en specifieke acties in het raam van het project Hermes tijdens het Belgische EU-Voorzitterschap.
De meest opgegeven nationaliteiten zijn: Algerije, Iran, Afghanistan en Marokko. Egypte en Syrië komen niet voor en Tunesië komt slechts in mindere mate voor. Opgelet: het gaat hier over de door de vreemdelingen zelf opgegeven nationaliteiten.
De Dienst Vreemdelingenzaken is constant bezig met het in kaart brengen van dit fenomeen en met de actualisering van de gegevens en volgt de situatie op de voet.
Indien in de toekomst zou blijken dat mensen uit Syrië en Egypte tijdens onze acties worden aangetroffen, zullen mijn diensten een nauwgezet onderzoek voeren naar hun werkelijke nationaliteit, hun reisroute en de gebruikte modi operandi.
Aan de hand van de analyses op basis van de bekomen resultaten en conclusies zal worden nagegaan of nog andere extra maatregelen moeten worden genomen.
Het Verenigd Koninkrijk, dat uiteraard nog steeds een aanzuigeffect heeft, heeft inmiddels ontradingsmaatregelen genomen.
Het beleid valt onder de bevoegdheid van staatssecretaris Wathelet. Als minister van Binnenlandse Zaken ben ik alleen bevoegd voor de operationele aspecten van dat beleid.
In februari werd overleg gepleegd tussen de verschillende partners die betrokken zijn bij de veiligheid: de spoorwegpolitie, de scheepvaartpolitie, de NMBS Groep, de lokale politie, het provinciaal communicatiecentrum van de politie, de DirCo Brugge en de Havenkapiteinsdienst.
Bovendien werden drie bijkomende maatregelen genomen: een betere afsluiting tussen het `Bosje' en de sporen; een betere afsluiting tussen de sporen en het havengebied; een permanente bewaking 's nachts door een externe bewakingsdienst in opdracht van de NMBS Groep.
In verband met de problematiek van de illegalen in Oostende bestaat er bovendien reeds jarenlang een nauwe samenwerking tussen alle politiediensten, gecoördineerd door de cel Mensensmokkel van de federale gerechtelijke politie en het parket te Brugge.
Sinds 5 januari 2010 is er ook een procedure uitgewerkt waarbij dagelijks vier plaatsen worden gereserveerd in het centrum voor illegalen te Brugge. Van daaruit worden zij dan overgebracht naar centra in het binnenland. Op die manier zijn ze verder van de kust verwijderd, wat een tweede poging om naar Engeland te vluchten aanzienlijk bemoeilijkt.
Naast de dagelijkse interventies loopt er tevens een fenomeengerichte actie, MOESSON. Deze actie beoogt de administratieve aanhouding en het vasthouden van illegalen die in de kusthavens worden aangetroffen, met het oog op repatriëring.
In het raam van die acties werden vorig jaar 285 illegalen geïntercepteerd tijdens 292 interventies: 155 van de politiezone Oostende, 125 van de scheepvaartpolitie Oostende en 12 van de spoorwegpolitie van Brugge.
Ook werden inspanningen geleverd, onder leiding van de DirCo Brugge, met specifieke acties in het raam van het project HERMES tijdens het EU-voorzitterschap. Zowel lokale als federale politiediensten hebben hieraan deelgenomen.
In totaal werden vorig jaar 1656 illegalen opgepakt op het grondgebied van Oostende.
Er is dus geen sprake van een escalatie van het probleem. De politiediensten werken nauw samen met de bevoegde diensten van staatssecretaris Wathelet om ervoor te zorgen dat de problemen niet verder uitdijen, maar worden aangepakt.
De heer Bart Tommelein (Open Vld). - Ik stel vast dat de lokale hulpverleners onnodig paniek zaaien. Het probleem bestaat en moet worden aangepakt. Het grote aantal illegalen dat wordt opgepakt, wijst erop dat de acties resultaat opleveren.