5-954/1

5-954/1

Belgische Senaat

ZITTING 2010-2011

11 APRIL 2011


Wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de restaurant- en receptiekosten

(Ingediend door mevrouw Anke Van dermeersch c.s.)


TOELICHTING


Ingevolge artikel 53, 8º, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 worden niet als beroepskosten aangemerkt, 50 procent van de beroepsmatig gedane restaurant- en receptiekosten en van de kosten voor relatiegeschenken, met uitsluiting evenwel van :

a. restaurantkosten van vertegenwoordigers van de voedingssector waarvan de belastingplichtige bewijst dat zij bij het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid noodzakelijk zijn in het kader van een mogelijke of werkelijke relatie van leverancier tot klant;

b. reclameartikelen die opvallend en blijvend de benaming van de schenkende onderneming dragen.

De invoering van de beperking van de aftrekbaarheid van de restaurantkosten van 50 % tot 69 % betekende een zware aderlating voor de sector van de beroepsrestaurateurs.

Tal van bedrijven verminderden ten gevolge van deze fiscale maatregel immers drastisch hun restaurantbezoeken en installeerden binnen het bedrijf hun eigen restaurant. De kosten met betrekking tot het bedrijfsrestaurant genieten immers 100 % aftrekbaarheid.

De klanten van deze bedrijven, die voorheen de charmes en culinaire waarde van het Belgisch restaurantwezen hadden leren kennen, zagen zich dan ook plotseling verplicht om plaats te nemen in een bedrijfsrestaurant.

Een ander aspect van de problematiek is dat de buitenlandse restaurantrekeningen in België wel voor 100 % fiscaal kunnen worden afgetrokken, wat een aanzienlijke discriminatie van de Belgische tegenover de buitenlandse restaurateurs betekent, die zich vooral laat voelen in de grensstreek.

De horeca vertegenwoordigt een niet te verwaarlozen sector voor de Belgische economie. De sector neemt ongeveer 3 % van het bruto nationaal product (BNP) voor zijn rekening en telt circa 120 000 ingeschreven werknemers.

Ten gevolge van de zware crisis die de horeca-sector doormaakt, stijgt het aantal faillissementen gestaag. Vele horecabedrijven hebben te kampen met een negatief nettobedrijfskapitaal, waardoor zij niet in staat zijn te voldoen aan hun verplichtingen op korte termijn. Door het gebrek aan rentabiliteit en de hoge personeelskosten, is de nettowinst voor de meerderheid van de restaurantbedrijven onvoldoende of zelfs negatief.

Het is dan ook de hoogste tijd dat maatregelen worden getroffen om de restaurantsector nieuw leven in te blazen.

Voorliggend wetsvoorstel strekt ertoe de beroepsmatig gedane restaurant- en receptiekosten voor 100 % aftrekbaar te maken.

Dit voorstel zal ongetwijfeld de aantrekkingskracht van de horecasector aanzienlijk verhogen, zodat de terugverdieneffecten ten gevolge van de bijkomende tewerkstelling en de toename van de omzet, de budgettaire kostprijs van het voorstel voor een groot gedeelte zullen compenseren.

Anke VAN DERMEERSCH
Yves BUYSSE
Filip DEWINTER.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

Artikel 52 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 wordt aangevuld als volgt :

« 12º de tijdens de werkdagen beroepsmatig gedane restaurant- en receptiekosten, de kosten van relatiegeschenken en de restaurantkosten van vertegenwoordigers van de voedingssector waarvan de belastingplichtige bewijst dat zij bij het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid noodzakelijk zijn in het kader van een mogelijke of werkelijke relatie van leverancier tot klant. »

Art. 3

Artikel 53, 8º, van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt :

« 8º 50 procent van de kosten voor relatiegeschenken, met uitsluiting evenwel van reclameartikelen die opvallend en blijvend de benaming van de schenkende onderneming dragen; ».

24 maart 2011.

Anke VAN DERMEERSCH
Yves BUYSSE
Filip DEWINTER.