5-24COM

5-24COM

Commissie voor de Financiën en voor de Economische Aangelegenheden

Handelingen

WOENSDAG 12 JANUARI 2011 - OCHTENDVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van de heer Piet De Bruyn aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over «zelfdoding op het spoor» (nr. 5-156)

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - België staat nog steeds aan de top van de Europese landen wat het aantal zelfdodingen en zelfdodingspogingen betreft, vooral in vergelijking met de ons omringende landen. Een aanzienlijk aantal zelfdodingen en zelfdodingspogingen heeft plaats op het spoor, jaarlijks een honderdtal. Binnen de NMBS werd, onder andere op aansturen van de overheid, een ambitieus plan opgevat om dat aantal te reduceren. In de beheersovereenkomst met de NMBS Groep werd gevraagd een Actieplan tegen zelfdodingen op het spoor uit te werken en uit te voeren. Als ik mij goed herinner, werd dat plan eind 2008 aan de minister bezorgd. Uit antwoorden op eerdere vragen in Kamer en Senaat heb ik onthouden dat, na het vastleggen van de zogenaamde hotspots, de meest gevoelige plaatsen voor zelfdoding en zelfdodingspogingen, de eerste realisaties van structurele aanpassingen al in 2010 zouden kunnen worden voorgelegd, ook al werd voorspeld dat we voor de volledige realisatie van het plan tot na 2010 zouden moeten wachten.

Wat is de concrete stand van zaken met betrekking tot het structureel aanpassen van de zogenaamde hotspots? Hoeveel werden er al aangepast en op welke wijze werd dat doorgaans gedaan.

Kan de minister informatie geven over andere initiatieven uit het actieplan?

Graag kreeg ik ook een overzicht van de partners waarmee wordt samengewerkt, zoals de gewesten, de lokale overheden, de politiezones of andere?

Wat is de impact van het actieplan? Ik dacht dat het grotendeels was ingeschreven op het investeringsbudget 2010, maar wellicht kan de minister daarover meer duidelijkheid geven.

Mevrouw Inge Vervotte, minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven. - De eerste werkzaamheden op de hotspots zijn intussen uitgevoerd. In de meeste gevallen gaat het om het plaatsen van omheiningen om de toegang tot het spoor te verhinderen. In totaal werd voor heel België 13 kilometer omheining geplaatst, rond de verschillende hotspots. Volgens de huidige planning zullen alle omheiningen geplaatst zijn tegen eind september 2011, maar op de meeste locaties zullen reeds vroeger resultaten zichtbaar zijn. In 2010 werden bovendien nog vier gemeenten aan het actieplan toegevoegd. Ook hier zullen volgens dezelfde planning en ten laatste tegen september 2011 de nodige omheiningen worden geplaatst.

Een andere zeer belangrijke maatregel is het sensibiliseren van de betrokken psychiatrische centra en lokale autoriteiten. Alle betrokken en geïnteresseerde psychiatrische centra werden intussen benaderd en bezocht. Het overleg met de lokale autoriteiten van de betrokken gemeenten is nog aan de gang. Daarnaast werden regels ingevoerd bij de communicatiedienst van Infrabel. Er worden bijvoorbeeld geen details gegeven over slachtoffers of locaties. Dat heeft als doel het wetenschappelijk bewezen imitatiegedrag te vermijden.

Er werd ook een werkgroep opgericht rond de preventie van zelfdoding op het spoor, waaraan alle betrokkenen van Infrabel, NMBS, NMBS Holding en private operatoren kunnen deelnemen. Dat geeft onder andere de mogelijkheid vlotter gegevens uit te wisselen, zodat er nog gerichtere maatregelen kunnen worden genomen.

Daarnaast wordt een affichecampagne voor bepaalde hulplijnen voorbereid. Het resultaat daarvan mag in de eerste helft van 2011 worden verwacht.

Er is regelmatig overleg met de belangrijkste partners en experts op het vlak van zelfmoord(preventie). Het gaat onder andere om de Zelfmoordlijn, Werkgroep Verder, de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg, Tele-Onthaal / Télé-Accueil / Telefonhilfe. Ook met de universiteiten van Gent en Leuven zijn er contacten.

Verder is er de samenwerking met de partners binnen de NMBS Groep en werd er ook een Belgisch-Nederlands overleg opgestart met NS en ProRail zodat praktijkervaring vlot kan worden uitgewisseld.

Veel belangrijke maatregelen vergen niet noodzakelijk bijkomende financiële inspanningen, zoals het sensibiliseren van psychiatrische centra en lokale autoriteiten of het toepassen van bepaalde communicatieregels.

Het plaatsen van omheiningen heeft uiteraard een prijskaartje. Aangezien het op veel locaties maar over enkele tientallen of een honderdtal meters gaat, kan het bedrag echter vrij beperkt worden. Bovendien kan de omheining een mensenleven redden en zo heel wat menselijke en financiële problemen voorkomen.

Voor de affichecampagne is in een communicatiebudget voorzien.

Kortom, de NMBS Groep heeft belangrijke initiatieven genomen. Het blijft uiteraard een groot en complex probleem. Ik vind het van belang dat er nu een structurele aanpak is en dat er wordt samengewerkt met verschillende partners. Naast de maatregelen van bewustmaking en informatie, blijkt de investering in omheiningen op risicopunten, zoals in de buurt van ziekenhuizen of psychiatrische centra, in de praktijk ook van belang. Men is daarmee bezig en dit zou tegen midden 2011 rond moeten zijn.

(Voorzitter: de heer Frank Vandenbroucke.)

De heer Piet De Bruyn (N-VA). - Ik dank de minister voor haar antwoord, waaruit nogmaals blijkt dat deze thematiek haar na aan het hart ligt. Het overzicht dat we gekregen hebben, leert ons dat ondanks de moeilijkheden die de NMBS in 2010 heeft gehad, men ook dit belangrijk onderdeel van de beheersovereenkomst verder heeft afgewerkt. De minister stipt terecht aan dat we het belang van structurele aandacht voor dit probleem in de beheersovereenkomst en ook van goede samenwerking met specialisten voor suïcidepreventie niet mogen onderschatten.