4-117

4-117

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 25 MAART 2010 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van mevrouw Ann Somers aan de minister van Landsverdediging over «het begeleiden van de militairen getroffen door het hervormingsplan» (nr. 4-1174)

Mevrouw Ann Somers (Open Vld). - Het hervormingsplan van de minister zorgt niet alleen voor heel wat ongenoegen, maar ook voor ongerustheid bij militairen en hun families. Een aantal militairen wordt geconfronteerd met een onverwachte overplaatsing die hen en hun families zal verplichten te verhuizen. Deze sociale ontwrichting van militairen en hun families, maar ook van de gemeenten waar de kazernes moeten sluiten, behoeft op zijn minst een ernstige begeleiding.

Het is bovendien van cruciaal belang dat deze mensen tijdig en correct geïnformeerd worden. Hierover rijzen er openlijk twijfels op het terrein. Ik kan het voorbeeld van de citadel van Diest aanhalen. Volgens een antwoord van de minister op een vraag van Bruno Tobback in de Kamer is de sluiting nodig wegens infrastructuurproblemen. De infrastructuur zou verouderd zijn of aangetast door roestvorming. Nochtans blijkt uit commentaren van mensen op het terrein dat de informatie en argumentatie in antwoord op de diverse vragen, niet of niet volledig kloppen. Sterker nog, her en der wordt zelfs beweerd dat de rapportering en informatie niet vrijuit zouden mogen gebeuren. Anderen vermoeden ook dat de minister over sommige dossiers verkeerd of onnauwkeurig werd ingelicht.

Welke concrete inspanningen werden reeds ondernomen om de getroffen militairen en hun gezinnen tijdig en correct te informeren over de gevolgen van het hervormingsplan voor hun persoonlijke leefsituatie?

Heeft de minister al correspondentie ontvangen van militairen die vrezen moedwillig verkeerd geïnformeerd te zijn door de minister?

Kan de minister bijvoorbeeld formeel de verwijten tegenspreken dat de werkelijke kostprijs om de citadel van Diest leefbaar te maken heel wat lager is dan de door de hem geciteerde twintig miljoen euro?

Zijn er officiële offertes gemaakt over de kostprijs van het aanpassen van kazernes, in het bijzonder van de citadel in Diest? Zo neen, op basis waarvan zijn die cijfers dan precies gebaseerd?

Kan de minister met cijfers voor andere kazernes aantonen dat het kostenplaatje voor de citadel in Diest hoger ligt dan voor andere kazernes?

Hoeveel zullen de investeringen in andere kazernes, zoals Tielen, die nodig zijn om de militairen van Diest op te vangen, kosten? Weegt deze investeringskosten op tegen de investeringskosten om Diest open te houden?

Zal de minister zich aan de herhaalde belofte houden om een plaatsbezoek aan de citadel van Diest te brengen? Welke andere getroffen kazernes zal hij bezoeken?

De heer Pieter De Crem, minister van Landsverdediging. - Eerst en vooral wil ik iets rechtzetten. Velen beweren dat de staat van de infrastructuur de enige reden is waarom beslist werd het Kwartier Eerste Luitenant Limbosch te Diest te sluiten. De focus bij de hervorming van de Landcomponent is het beter afstemmen van de structuren op de beschikbare personele en materiële middelen. Sommige eenheden waren niet volledig opgevuld en er waren veel dubbele of zelfs driedubbele structuren. De toekomstige Landcomponent zal uit twee brigades bestaan: een mediane en een lichte. Bij de lichte brigade werd gekozen om twee bataljons paracommando te behouden. Dat is geen nieuwe optie. Een van de bestaande bataljons moest dus verdwijnen en het personeel ervan moet worden herverdeeld.

Onder andere op basis van de staat van de infrastructuur werd voor het 1ste bataljon Para te Diest gekozen in plaats van het 2de bataljon Commando te Flawinne of het 3de bataljon Para te Tielen.

Ik heb reeds verschillende keren in de commissie en in de plenaire vergadering in de Kamer mijn keuze gemotiveerd. Ik zal het nu nogmaals doen.

Het reaffectatieplan betreffende het personeel dat overgeplaatst wordt in het kader van de hervorming, wordt gecommuniceerd aan het betrokken personeel via de hiërarchische weg, namelijk via de korpsoversten die op 1 april op de hoogte zullen worden gesteld. Dat was overeengekomen in de onderhandelingen. Dit plan bevat de mutaties die gepland zijn voor 2010 voor het personeel van de ontbonden en de verhuisde eenheden en de mutaties die gepland zijn voor de volgende jaren.

Er is een begeleidingsplan opgesteld onder de vorm van een koninklijk besluit dat alle financiële maatregelen bepaalt die toepasbaar zijn op de militairen die muteren in het kader van de hervorming, alsook op hun gezinnen. Nogmaals, de hervorming van Defensie is tot stand gekomen in het budgettaire kader: er moest 100 miljoen euro worden bespaard en er waren 22 miljoen euro begeleidingsmaatregelen gepland. Wie alternatieven heeft, mag ze me altijd laten weten.

Over het koninklijk besluit werd onderhandeld met de vakbondsorganisaties. Het zal een budgettaire en administratieve controle ondergaan. Eens goedgekeurd, zal het personeel op de hoogte gebracht worden via de hiërarchische weg en via de communicatiemiddelen voor het personeel en het informatieblad van Defensie.

Daarenboven werd een specifieke internetsite gecreëerd voor de hervorming, die te vinden is op het intranet en ook toegankelijk is via de internetsite van Defensie (www.mil.be). De site bevat alle reeds beschikbare informatie, alsook een rubriek met veelgestelde vragen. Die sites bevatten ook informatie omtrent de steun op familiaal vlak, zoals kinderopvang en schoolkosten, en de steun op het vlak van onder meer logement en mobiliteit. Een contactcenter werd opgericht voor de militairen en hun families. Het is bereikbaar via elektronische weg of via telefoon.

Mevrouw Somers stelde ook een vraag over van briefwisseling van militairen die vrezen moedwillig verkeerd geïnformeerd te zijn of verkeerde informatie te hebben ontvangen. Ikzelf, mijn kabinet of het departement Defensie hebben op geen enkele wijze of op geen enkel moment moedwillig verkeerde informatie de wereld ingestuurd. Ik laat in het midden of de informatie altijd goed werd ontvangen.

Ik spreek met klem tegen dat de kazerne van Diest voor heel wat minder dan twintig miljoen euro kan worden aangepast aan de normen, wat niet hetzelfde betekent als enkel leefbaar gemaakt. Er zijn, onder meer, normen van VLAREM, van het ARAB en van het AREI. Het departement Defensie werkt volgens de wetgeving op overheidsopdrachten en niet op basis van officiële offertes.

De verschillende behoeften worden ingezameld en bestudeerd door de bevoegde diensten van Defensie. Voor de infrastructuur is dit de divisie Communicatie en Infrastructuur van de algemene directie Material Resources. Deze behoeften kunnen afkomstig zijn van de gebruiker, van keurings- en/of inspectieorganismen of nog van de diensten verantwoordelijk voor de infrastructuur, wanneer er wijzigingen in de wetgeving of de beheerspolitiek optreden. Op basis van deze behoeften worden er ramingen opgesteld. Deze ramingen zijn een onontbeerlijke tussenstap bij het opstellen van een budgettair sluitend investeringsprogramma. De cijfers gaan dus uit van ramingen die door de bevoegde diensten gedaan werden.

De cijfers die door de bevoegde diensten gebruikt worden, steunen op de kennis van de bekende behoeften, de situatie ter plaatse, de ervaring van de ingenieurs en technici en op eerder uitgevoerd soortgelijke werkzaamheden.

De functioneringskosten van de andere militaire infrastructuren die door para-eenheden gebruikt worden, zijn de volgende: 770 067 euro of 26,09 euro/m² voor de infrastructuur te Schaffen, 783 763,57 euro of 17,16 euro/m² voor Tielen en 1 007 521,17 euro of 20,26 euro/m² voor Flawinne.

De hogere kosten van het Kwartier Onderluitenant Devignez te Schaffen (Competentiecentrum Para) zijn eenvoudig te verklaren door de aanwezigheid van de drooginstallatie voor valschermen. Deze installatie, enig in haar soort binnen Defensie, jaagt de energiekosten van het kwartier de hoogte in, met een energiekost van 14,05 euro/m² tegenover 8,32 euro/m² voor de site van Diest. Zonder deze meerkosten zijn de functioneringskosten van het kwartier in Schaffen vergelijkbaar met die van Diest en Flawinne.

De geplande investeringen in het Kwartier Kapitein Pierre Gailly te Tielen hebben vooral te maken met de verhoging tot 100 procent van het personeelsbestand en zijn dus niet rechtstreeks gebonden aan de sluiting van de site van Diest. Het zijn investeringen die sinds geruime tijd gepland waren. Ik denk onder andere aan het wachtlokaal en de infirmerie die voor 2011 op het programma staan. Daarnaast zullen ook blokken ten voordele van de compagnies worden aangepast. Opnieuw zijn deze werkzaamheden onontbeerlijk in het kader van de build-up van het personeelsbestand van het 3de bataljon Para.

Het bezoek met de leden van de Kamercommissie aan het Kwartier Eerste Luitenant Limbosch te Diest is gepland op woensdag 31 maart 2010. De kwartieren in Helchteren en Leopoldsburg zullen ook op 31 maart worden bezocht. Een bezoek aan de kwartieren van Bastogne, Amay en Jambes is eveneens gepland, zonder dat hiervoor reeds een exacte datum afgesproken werd.

Mevrouw Ann Somers (Open Vld). - Ik dank de minister voor zijn antwoord. Er moet werk worden gemaakt van een deftige en menswaardige afhandeling van de hervorming, want ze heeft ernstige implicaties voor de betrokkenen.

De minister moet oordelen en beslissen op basis van correcte en volledige informatie. Ik raad hem ook aan mee te gaan wanneer de commissie de kazernes bezoekt.

Ik kreeg de kans de citadel van Diest te bezoeken en ik was zeer onder de indruk van de deskundigheid van de militairen, de liefde voor hun beroep en de zorg voor het welzijn van hun families.

Een bekende Diestse zangeres zong het nummer Soldiers of Love. Het zou mooi zijn mocht de minister ook de menselijke kant van de zaak in overweging nemen.