4-1675/4

4-1675/4

Belgische Senaat

ZITTING 2009-2010

16 MAART 2010


Voorstel van resolutie ter ondersteuning van de kiesverrichtingen in Burundi


TEKST AANGENOMEN DOOR DE COMMISSIE VOOR DE BUITENLANDSE BETREKKINGEN EN VOOR DE LANDSVERDEDIGING


De Senaat,

I. Vraagt de regering :

1. het goede verloop van de kiesverrichtingen van 2010 in Burundi te steunen;

2. steun te verlenen aan het sturen van parlementaire waarnemers en eventueel waarnemers van de civiele samenleving tijdens de verkiezingen van 2010, zowel voor de hele kiescampagne en de vijf verkiezingen als op gerichte wijze voor de presidents- en parlementsverkiezingen;

II. Vraagt de regering ook om de aandacht van de Burundese overheid te vestigen op de volgende punten :

A. Betreffende de kiescampagne :

1. dat de kiescampagne de spanningen en het aanzetten tot haat tussen de bevolkingsgroepen niet doet toenemen;

2. dat de verkiezingen transparant, vrij en eerlijk verlopen;

3. dat de rechten van de politieke oppositie worden nageleefd, met name door :

— het aannemen en uitvoeren van een wet tot beperking van de kiesuitgaven;

— de veroordeling van de gerechtelijke intimidatie waarvan deze oppositie soms het slachtoffer is;

— de inachtneming van de vrijheid van meningsuiting en van vereniging, zoals bepaald door de Grondwet;

4. dat de vrijheden van het middenveld evenzeer gevrijwaard worden;

5. dat een actief en krachtdadig beleid wordt gevoerd om vrouwen te plaatsen op de kieslijsten en hen te laten deelnemen aan alle niveaus van het openbaar leven;

6. dat erover gewaakt wordt dat gedemobiliseerde en werkloze jongeren niet gerecupereerd worden door politieke partijen om de oppositie en de kiezers te intimideren;

B. Betreffende de mensenrechten :

7. erop toe te zien dat de vooruitgang op het vlak van vrede, veiligheid en democratie ook uitmondt in concrete verbeteringen van het dagelijkse leven van de Burundese bevolking;

8. duidelijk de voorrang te verlenen aan de strijd tegen de verslechtering van de toestand van de mensenrechten, de onlusten en huidige schendingen van de mensenrechten te veroordelen, in het bijzonder wanneer vrouwen en kinderen er het slachtoffer van zijn, en opnieuw te bevestigen dat oorlogsmisdaden, in het bijzonder tegen burgers, niet ongestraft kunnen blijven;

9. te voorzien in controle- en sanctiemaatregelen tegen veiligheidstroepen om doeltreffend te kunnen optreden tegen martelingen en willekeurige aanhoudingen, en tegen de betrekkelijke straffeloosheid die zij soms genieten; de opleiding van het personeel in de veiligheidssector te verbeteren en een gevangeniswezen te herstellen dat de mensenrechten in acht neemt;

10. te helpen bij de inachtneming en versterking van de vrijheid van vereniging en van meningsuiting;

11. een betere bescherming van albino's te vragen;

12. de Burundese overheid te blijven aanspreken over de kwestie van de rechten van homoseksuelen, en ervoor te pleiten om homoseksualiteit niet langer strafbaar te stellen;

C. Andere punten :

13. de Burundese regering te vragen :

— de hervorming van het gerecht uit te voeren, als overeengekomen in de akkoorden van Arusha;

— een einde te maken aan de straffeloosheid en de traagheid van de onderzoeken;

— een wet aan te nemen die de samenwerking met het Internationaal Strafhof organiseert;

— bij te dragen tot de opleiding van de rechters en de inachtneming van hun onafhankelijkheid, met name ten opzichte van minderjarigen;

— de minister van Justitie te helpen een grondige evaluatie te maken van de noden van het gerechtelijk apparaat;

14. de strijd tegen de corruptie op te voeren en te streven naar goed bestuur;

15. na afloop van de verkiezingen, en in overeenstemming met de akkoorden van Arusha voor de vrede en verzoening in Burundi van 28 augustus 2000, een nationale commissie voor waarheid en verzoening en een bijzonder gemengd tribunaal op te richten;

16. de plaatselijke overheden te helpen de hervormingen betreffende het landbeheer en het herstel van de economie uit te voeren;

17. te helpen bij de reïntegratie van 200 000 gerepatrieerden, in samenwerking met de gastlanden; een waardige en leefbare oplossing te vinden voor de Burundese vluchtelingen in Tanzania;

18. de inspanningen voort te zetten op het vlak van de demobilisatie en reïntegratie van kinderen die met de FNL en hun vermeende dissidenten te maken hebben gehad; toe te zien op de naleving van het Verdrag betreffende de rechten van het kind inzake de betrokkenheid van kinderen in gewapende conflicten, dat Burundi in juni 2008 heeft bekrachtigd;

19. de FNL verder op te nemen in de nationale instellingen; met de Afrikaanse Unie en Zuid-Afrika de ontwapening, demobilisatie en sociaal-economische reïntegratie van FNL-strijders voort te zetten.