4-103

4-103

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 17 DECEMBER 2009 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van mevrouw Helga Stevens aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid over «het statuut voor onthaalouders» (nr. 4-1308)

De voorzitter. - De heer Jean-Marc Delizée, staatssecretaris voor Sociale Zaken, belast met Personen met een handicap, antwoordt.

Mevrouw Helga Stevens (Onafhankelijke). - In maart van dit jaar lanceerde minister Milquet een voorstel om onthaalouders die aangesloten zijn bij een dienst, vanaf begin 2010 een volwaardig werknemersstatuut toe te kennen. Deze beleidsmaatregel is broodnodig en de sector dringt er al vele jaren op aan.

Ik heb begrepen dat al heel wat voorbereidende stappen gedaan zijn. Een werkgroep met vertegenwoordigers van de bevoegde federale en gemeenschapsministers en van de betrokken sociale partners buigt zich sinds juni 2008 over de problematiek. Na de regionale verkiezingen van juni jongstleden heeft de minister ook al overleg gepleegd met de nieuwe gemeenschapsministers bevoegd voor welzijn.

Tot welke resultaten hebben de werkzaamheden van de werkgroep en het overleg tussen de bevoegde ministers en partners tot nog toe geleid? Ligt er ondertussen al een concreet voorstel op tafel waarover een consensus bestaat? Kan de minister het inhoudelijk toelichten? Welke hindernissen moeten eventueel nog overwonnen worden? Tegen wanneer zal de invoering van het statuut voor onthaalouders een feit zijn?

De heer Jean-Marc Delizée, staatssecretaris voor Sociale Zaken, belast met Personen met een handicap. - Ik lees het antwoord van minister Milquet.

In de eerste plaats herinner ik eraan dat na de besprekingen tussen de regering, de deelstaten en de onthaalouders van maart tot juni dit jaar, er een voorstel naar voren is geschoven dat aan de onthaalouders het gelijkgestelde sociale statuut van loontrekkende toekent wat de sociale zekerheid betreft. Dit voorstel kent alle socialezekerheidsrechten toe, jaarlijkse vakantie en werkloosheidsuitkeringen inbegrepen, en biedt dus een antwoord op de vraag van de onthaalouders. Dit voorstel maakt het ook mogelijk om in een eerste fase de toepassing van het arbeidsrecht uit te sluiten, zoals de regels over het minimumloon, het werkrooster of de overuren. Dat vermindert de arbeidskosten voor de werkgever en het verhoogt het nettoloon van de onthaalouder.

In een tweede fase zou de onthaalouder het volwaardig statuut van werknemer kunnen krijgen, waardoor we het barema progressief kunnen verhogen tot dat van kinderverzorgsters.

Sinds het voorstel in juni werd ingediend, werd het overleg door de regionale verkiezingen van juni en de periode die daarop volgde, opgeschort.

Intussen maakt de verbetering van het statuut deel uit van de nieuwe akkoorden van de gemeenschapsregeringen, zowel in het Noorden als in het Zuiden van het land.

Aangezien alle gezagsniveaus zich intussen opnieuw hebben geëngageerd, werden de besprekingen de afgelopen weken in een eerste fase hernomen met de vertegenwoordigers van de nieuwe gemeenschapsoverheden. Tijdens de besprekingen werden alternatieve voorstellen geformuleerd om antwoorden te zoeken op de vragen die het gelijkgestelde statuut met een loontrekkende opwerpt. Ik wil daar discreet over blijven, aangezien de voorstellen momenteel onderworpen worden aan technische controles, voordat ze in de loop van de maand januari aan de sector worden voorgesteld.

De datum die oorspronkelijk op 1 januari 2010 was vastgelegd, wordt de facto naar later verschoven. Welke datum het wordt, hangt af van het overleg en het uiteindelijke voorstel dat eruit voortkomt. Ik wil dit zo snel mogelijk afronden, wetende dat de uitkomst van dit dossier afhangt van de wil en de mogelijkheden van de verschillende gezagsniveaus.

Ik heb begin januari nieuwe besprekingen gepland, want ik wil voor het einde van de maand januari met de sector een overlegd voorstel bespreken. Bij dat voorstel moet een planning worden opgenomen.

Mevrouw Helga Stevens (Onafhankelijke). - Er wordt nu ook aan alternatieve sporen gedacht. Ik begrijp dat de minister nog niet meer details kan geven omdat het intern overleg nog aan de gang is. Ik ben wel blij te vernemen dat er vooruitgang is. Ik ben bijzonder benieuwd naar de evolutie van dit dossier. Ik hoop dat de oplossing in de buurt komt van een volwaardig werknemerstatuut. Ik ben blij dat er eind januari een voorstel zou zijn. Ik hoop dat we begin volgend jaar meer weten. Ik zal dit dossier verder volgen. Ik ben me bewust van de complexiteit van het dossier. Er zijn verschillende niveaus bij betrokken. We moeten allemaal samen aan de kar stoten. We moeten ook rekening houden met de financiële aspecten van dit dossier, zeker in deze moeilijke economische tijden. Toch wil ik positief blijven. Ik hoop dat, ondanks de financiële bezwaren, zeer snel een oplossing uit de bus komt voor de bestaande en toekomstige opvangouders. Dat is belangrijk, want we moeten de tekorten in de kinderopvang wegwerken.