4-54

4-54

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 18 DECEMBER 2008 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Paul Wille aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen en aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen over «de kosteloze overdracht van effecten» (nr. 4-534)

De voorzitter. - De heer Paul Magnette, minister van Klimaat en Energie, antwoordt.

De heer Paul Wille (Open Vld). - Ik realiseer me dat het niet evident is vragen te stellen over banken. Sinds 1 november 2007 mogen de banken bij wet geen kosten meer aanrekenen voor het afsluiten van een zicht- of spaarrekening. Meer zelfs, in dat geval wordt een deel van de beheerskosten terugbetaald. De ratio legis is duidelijk: men wil het de consument gemakkelijker maken om van bank te veranderen. Doordat bankrekeningen kosteloos worden afgesloten, komt er meer mobiliteit.

Minder mobiliteit is er echter bij de effectenrekeningen. Een effectenrekening kan je immers niet zomaar overdragen. Het kost je 35 euro voor buitenlandse en 25 euro voor Belgische effecten. Die kosten gelden per lijn of per ISIN-code. De kostprijs is dus hoog en in de plaats van meer, is er dan ook minder mobiliteit.

Bovendien staat er geen termijn op het overdragen van de effectenrekening. Mensen zijn me komen vertellen dat ze al zes maanden wachten op de overdracht van hun effectenrekening. Dit alles verhoogt het wantrouwen van de burger tegenover de effectenrekening, die vanaf 2013 verplicht is.

Vindt de minister het een goed principe de kosteloze overdraagbaarheid van effecten te garanderen, zoals die nu al bestaat voor spaar- en zichtrekeningen? Kan hij dat toelichten? Indien hij ertegen is, waarom dan?

Vindt de minister het normaal dat mensen voor een transfer van een effectenrekening soms tot vier maanden moeten wachten? Wil hij helpen om aan die lange wachttijd een einde te maken?

Is de minister bereid een maximumtermijn vast te leggen voor het uitvoeren van de overdracht van effecten naar een andere bank? Dat zou toch de consument ten goede komen en we zeggen altijd allemaal hoe belangrijk een consument wel is voor ons.

Meent de minister niet dat het gebrek aan termijnen om een effectenrekening over te dragen het vertrouwen van de burger tegenover een elektronische effectenrekening schaadt?

Op een moment dat iedereen weet dat niet weinig rekeningen worden leeggehaald, wil ik graag van de minister weten of hij net zoals ik gevoelig is voor wat er in de bankwereld gebeurt en of hij bereid is op dat punt de consument klaarheid en zekerheid te geven.

De heer Paul Magnette, minister van Klimaat en Energie. - Ik lees het antwoord van de ministers.

Ik ben het volledig eens met het principe van de kosteloze overdraagbaarheid van effecten, zoals die vandaag al voor spaar- en zichtrekeningen bestaat. De nieuwe Europese richtlijn betalingsdiensten, die in Belgisch recht zal worden omgezet, heeft geen betrekking op effectenrekeningen. Een effectenrekening is immers geen betaalrekening. Na een eerste onderzoek blijkt dat het toezicht op de effectenrekeningen zou toebehoren aan de CBFA, onder meer in het kader van het toezicht op beleggingsondernemingen en kredietinstellingen.

Ik begrijp helemaal niet waarom men iemand laat wachten wanneer hij zijn effecten naar een nieuwe bank wil overdragen, tenzij men op die manier wil voorkomen dat hij naar een andere bank gaat.

Dit toont aan dat het noodzakelijk is een maximumtermijn vast te leggen. Het toont vooral ook aan dat een markt alleen maar goed werkt als ze wordt gereglementeerd. Want spelers op die markt gebruiken alle mogelijke middelen om de positieve gevolgen van de concurrentie voor de verbruikers te vermijden en te beperken.

De heer Paul Wille (Open Vld). - Dat een markt alleen maar goed werkt wanneer ze gereglementeerd is, is een ideologisch standpunt. Op dit punt komt de mening van de minister niet helemaal met de mijne overeen. Indien de markt vrijer zou zijn, zou er geen reden zijn om iemand met een effectenrekening slechter te behandelen. Principes en ideologie interesseren mij niet, wel de feiten en het belang van de consument. In dat opzicht is dit antwoord niet helemaal bevredigend.