4-28 | 4-28 |
De voorzitter. - Ik stel voor deze mondelinge vragen samen te voegen. (Instemming)
Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). - Vlaamse huisartsen hebben overal te lande en dus niet enkel in de steden dringend nood aan bescherming tegen agressie van patiënten. Artsen worden tijdens huisbezoeken en wachtdiensten geregeld geconfronteerd met intimiderend gedrag van patiënten en dikwijls ook met geweld.
Via het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen, SVH, hebben momenteel zo'n 70-tal artsen zich aangesloten op een privébeveiligingssysteem. Via hun gsm staan ze in verbinding met een meldkamer van een beveiligingsfirma. In geval van nood of agressie kunnen de artsen dan via een sneltoets op hun gsm automatisch vijf mensen waarschuwen. Die krijgen dan een bericht en kunnen de arts in kwestie opbellen om te vragen wat er scheelt.
Dit systeem is inadequaat, aangezien het weinig zin heeft dat een bedreigde huisarts tegelijkertijd vijf mensen via zijn gsm kan waarschuwen, die hem dan kunnen vragen wat er gaande is. Dat is volgens ons alleen maar tijdverlies.
Het is wel een duidelijke noodkreet van de huisartsen dat het zo niet verder kan.
De politiediensten willen de huisartsen wel een of meerdere keren 's nachts opvorderen om een bloedproef af te nemen. Dan mogen we van de politie ook verwachten dat ze onmiddellijk een huisarts te hulp komt als die wordt bedreigd of erger.
Hebben de representatieve organisaties van de huisartsen de minister al gevraagd beschermingsmaatregelen te nemen?
Overweegt de minister extra beschermingsmaatregelen te nemen voor huisartsen van wacht of op huisbezoek? Zo ja, welke maatregelen zijn of zullen genomen worden? Zo niet, waarom niet?
Overweegt de minister een beveiligingssysteem in te voeren voor huisartsen, zodat ze automatisch politiebescherming of bijstand kunnen krijgen door een speciaal beveiligingssysteem dat aangesloten is op de centrale meldkamer van de politiediensten? Zo ja, wanneer kan dit operationeel zijn? Zo niet, waarom niet?
De heer Dirk Claes (CD&V-N-VA). - Deze week verschenen in de pers verschillende berichten met betrekking tot het onveiligheidsgevoel van huisartsen. Ze worden immers meer en meer geconfronteerd met intimiderend gedrag van patiënten en zelfs met geweld. Uit een enquête van de FOD Binnenlandse Zaken bij 156 huisartsen in 2006 blijkt dat zeventien artsen het slachtoffer zijn geworden van fysiek geweld of bedreigingen. In 2006 zouden dertig aangiften gebeurd zijn van agressie tegen artsen. Deze cijfers zijn ongetwijfeld een onderschatting van het reële probleem.
Het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen nam een initiatief om iets te doen aan dit onveiligheidsgevoel en aan de stijgende agressie van patiënten. De artsen kunnen zich abonneren op een dienst waarbij zij via hun gsm in verbinding komen met een meldkamer van een beveiligingsfirma. Er wordt dan gebeld om te vragen wat er scheelt en wanneer nodig kunnen ze vragen om de politie te sturen. Ze kunnen getraceerd worden via de GPS. De abonnementskosten bedragen 98 euro, waarvan 18 euro wordt terugbetaald door het Syndicaat, althans voor de huisartsen die lid zijn.
Hoe staat de minister tegenover het initiatief van het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen?
Beschikt de minister over cijfers met betrekking tot geweldplegingen ten aanzien van huisartsen?
Denkt de minister eraan de mogelijkheid te onderzoeken om financieel tussen te komen in dit initiatief? Zal de minister zelf initiatief nemen om iets te doen aan het onveiligheidsgevoel van de huisartsen en de stijgende agressie van de patiënten?
Kunnen misschien ook duidelijke en concrete afspraken komen over politiebegeleiding: wanneer is die mogelijk en wanneer niet?
Welke ervaringen heeft de minister met soortgelijke systemen?
Wat zijn de resultaten van de enquête die de minister heeft georganiseerd?
De heer Patrick Dewael, vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken. - Mijn diensten hebben in 2006 een enquête gevoerd bij ongeveer 156 huisartsen omtrent hun slachtofferschap, onveiligheidgevoel en de beveiligingsmaatregelen die zij reeds nemen of wensen te nemen. Op basis van deze gegevens werd een overleg opgestart met de representatieve organisaties van de huisartsen.
Samen met de diensten van de minister van Volksgezondheid wordt een toolbox met tal van veiligheidsmaatregelen uitgewerkt, zowel in het dokterskabinet als tijdens de wachtdienst.
Zowel organisatorische, bouwkundige als elektronische maatregelen komen aan bod. Deze box zal in samenwerking met de representatieve organisaties verspreid worden. Daarenboven heb ik zeer onlangs mijn collega van Volksgezondheid gevraagd om de derdebetalersregeling vanuit veiligheidsoverwegingen mogelijk te maken. De huisartsen hebben dan immers minder geld op zak. Mijn diensten hebben, eveneens in samenwerking met Volksgezondheid, in december 2007 een meldpunt voor agressie tegen huisartsen geopend.
Mijn beleid is erop gericht om de politie ordentelijk en gestructureerd te laten uitrukken. Daarom opteren we ervoor om agressiealarmen niet langer rechtstreeks bij de centrale meldkamer van de politie te laten toekomen, maar een filter in te bouwen via de alarmcentrale. Dat is nuttig omdat het merendeel van de alarmen, niet alleen van de huisartsen, uiteindelijk vals blijkt en omdat zulke alarmcentrale vaak meer informatie kan geven en een gerichte tussenkomst van de politie mogelijk maakt. Strikte afspraken tussen alarmcentrales en de politiemeldkamers (CIC's) staan garant voor een snelle en efficiënte politie-interventie. Ik juich in die zin ook het initiatief toe van het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen, met dien verstande dat wanneer een huisarts het slachtoffer is of dreigt te worden van agressie, de politie snel ter plaatse moet zijn.
Op de vraag van collega Claes naar een financiële tegemoetkoming, kan ik meedelen dat onlangs op mijn initiatief een maatregel werd goedgekeurd om van 1 januari 2009 af de abonnementskosten voor aansluiting op een alarmcentrale van beveiligingssystemen voor 120% te laten inbrengen als beroepskosten. Een eventuele bijstand door de lokale politie is een bevoegdheid van de lokale politieoverheden. Zij kunnen beslissen om op basis van een risico- en capaciteitsinschatting de huisartsen te laten bijstaan door de lokale politie. In verschillende steden blijken zulke initiatieven te groeien.
Het is duidelijk dat huisartsen in grote steden een groter risico lopen dan bijvoorbeeld in meer rurale gebieden. Ik ben dan ook niet meteen geneigd om hierin vanuit Brussel regelgevend op te treden. Ik heb vertrouwen in de lokale politiezones.
De cijfers waarnaar collega Claes nog heeft gevraagd, heb ik door het korte tijdsbestek niet kunnen opvragen. Ik beloof ze hem in ieder geval te bezorgen.
De heer Dirk Claes (CD&V-N-VA). - Ik dank de minister voor de initiatieven die hij al heeft genomen, maar dring er tegelijk op aan veel aandacht te blijven besteden aan deze problematiek. Het beroep van huisarts is immers sterk vervrouwelijkt en als deze vrouwen 's nachts op pad gaan, kunnen ze zeker bescherming gebruiken.