Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-79

ZITTING 2006-2007

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Buitenlandse Zaken

Vraag nr. 3-5787 van de heer Collas d.d. 21 augustus 2006 (Fr.) :
Gebouw « Aachen-Sief, Raerener Strasse 321 » in Aken. — Eigendomsrechten.

De adjunct-arrondissementscommissaris van Malmedy is vorig jaar tussenbeide gekomen om klaarheid te scheppen in de eigendomsrechten betreffende het Grundbesitz Aachen-Sief, Raerener Strasse 321.

De gemeente Raeren had immers een beroep gedaan op de adjunct-arrondissementscommissaris in het kader van de bepaling van het grondbezit die de gemeente Raeren tegenover de stad Aken plaatst en wacht nu al meer dan een jaar op een antwoord van de FOD Buitenlandse zaken

De Duitse overheden dringen geregeld aan op de afhandeling van dit dossier.

Een opheldering met betrekking tot de eigendomsrechten is uiteraard ten zeerste gewenst, onder meer in het vooruitzicht van een nieuwe bestemming van het betrokken gebouw.

Uit de contacten die ik begin januari 2006 had met uw FOD, is gebleken dat de beste oplossing zou bestaan in de oprichting van een gemengde commissie, die een minnelijke schikking met een verduidelijking van de eigendomsrechten zou moeten uitwerken.

1. Welke initiatieven werden nog genomen na mijn optreden of dat van de adjunct-arrondissementscommissaris ?

2. Werd er al een gemengde commissie opgericht ?

Antwoord : 1. De vraag heeft betrekking op een terrein gelegen op Duits grondgebied. Er is geen discussie over de « nationaliteit » van het terrein en, bijgevolg, is er geen reden om een Belgisch-Duitse intergouvernementele commissie bijeen te roepen.

2. Er bestaat wel een geschil over het eigendomsrecht van dit terrein. Zowel de Belgische gemeente Raeren, als de Duitse stad Aken eisen dit eigendomsrecht op.

3. Een eigendomskwestie behoort tot het gemeen recht dat niet onder de bevoegdheid valt van een intergouvernementele commissie.

4. Voor de regeling van hun geschil, kunnen de partijen alle middelen gebruiken die voorzien zijn door het gemeen recht : ze kunnen, bijvoorbeeld, een akkoord in der minne onderhandelen, eenstemmig de zaak voorleggen aan een vorm van arbitrage, of een oplossing zoeken langs administratieve of gerechtelijke weg.

5. De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken heeft geen bevoegdheid in dit geschil, dat, zoals gezegd, van gemeen recht is. Evenwel blijkt, na onderzoek van de verdragsteksten betreffende de Belgisch-Duitse grens, dat deze geen duidelijk uitsluitsel geven over het eigenaarschap van het bedoeld terrein.