(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans
De terreuraanslagen van enige tijd geleden in Parijs, later in Madrid en op 7 juli 2005 in Londen doen vragen rijzen over de veiligheid in onze stations en metro's.
We zijn niet gerustgesteld door de verklaringen van de heer Verhofstadt. Die zei na afloop van een vergadering met het College voor Inlichtingen en Veiligheid dat het risico op aanslagen in België na de aanvallen in Londen niet is toegenomen.
Dat dachten de Britse autoriteiten na de aanslagen in Madrid wellicht ook.
In Brussel zijn er twee stations waarvan de ingang ook de toegang is tot de metro, namelijk het Zuidstation en het Schumanstation.
Langs die twee grote hoofdlijnen passeren dagelijks duizenden reizigers. Men kan zich inbeelden welk bloedbad een aanslag zoals die in de andere Europese hoofdsteden zou veroorzaken.
Het geschil tussen de gewestregering en de Brusselse gouverneur over het rampenplan, waarover heel wat te doen is geweest omdat het amper bestaat, maakt onze ongerustheid nog groter, vooral wat de preventie betreft.
Uw voorganger, de heer Antoine Duquesne, organiseerde een ronde tafel over de « verantwoordelijkheid van de bestuurlijke overheden met betrekking tot de veiligheid in de stations ». Er is een overeenkomst over de noodzakelijke initiatieven. Er werd een « nationaal platform » bij het Vast Secretariaat voor het Preventiebeleid opgericht, met vertegenwoordigers van alle actoren die een taak hebben in het kader van de veiligheid van stations en spoorwegen.
Hoe staat het met dat platform ? Bestaat het nog ? Functioneert het nog ? Wat zijn de eventuele voorstellen in het kader van de terreurdreiging op de spoorwegen en de metro's ? Welke concrete preventiemaatregelen werden genomen ?
Hoe staat het met de coördinatie tussen, enerzijds, de bestuurlijke politie, in dit geval de federale spoorwegpolitie en, anderzijds, de organisatie van de metro, die een gewestelijke bevoegdheid is ? Welke bevoegdheid heeft de gouverneur van Brussel inzake het « rampenplan » ?
Antwoord : Hieronder vindt u het antwoord op uw vraag.
Ik breng te uwer kennis dat het platform veiligheid in de stations niet meer bestaat. Overigens is op het niveau van de FOD Binnenlandse Zaken de AD Crisiscentrum de bevoegde algemene directie (AD) voor materies inzake terrorisme.
Betreffende de coördinatie tussen de spoorwegpolitie (SPC) en de MIVB/gewestelijke overheid, bestaat voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een platform « openbaar vervoer » onder leiding van de arrondissementsgouverneur. Dit platform kadert in het Provinciaal Veiligheidsoverleg. Hier worden alle soorten problemen met betrekking tot de veiligheid van het openbaar vervoer in Brussel besproken. In dit platform zijn zowel vertegenwoordigers van de vervoersmaatschappijen zoals de NMBS of de MIVB, de federale politie (SPC) en vertegenwoordigers van de FOD Binnenlandse Zaken en de FOD Justitie vertegenwoordigd. De operationele contacten tussen de SPC en de MIVB verlopen via de post metro. In deze context werden onlangs de rampenplannen, in geval van een ramp in de metro, gefinaliseerd. Eveneens dient opgemerkt te worden dat de stappen ondernomen door de federale minister van Mobiliteit om een comité voor de veiligheid van het treinverkeer op te zetten, niet de problematiek eigen aan de metro omvatten.
Betreffende de rol van de gouverneur van Brussel in het « noodplan », deze wordt voorzien in artikel 2ter van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming. Deze dient een algemeen rampenplan voor hulpverlening op te stellen. Dit plan kan worden aangevuld met bijkomende specifieke maatregelen over bijzondere risico's. Daar de metro- en treinstations als bijzonder risico kunnen beschouwd worden, heeft de gouverneur van het arrondissement Brussel-Hoofdstad besloten een Bijzonder Rampenplan voor Hulpverlening (BRAH) op te stellen voor de metro's en de stations. Het BRAH metro werd ter goedkeuring aan de minister van Binnenlandse Zaken overgemaakt op 11 maart 2006. Binnenkort zal gestart worden met het opstellen van het BRAH voor de NMBS-stations. Overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 16 februari 2006 (Belgisch Staatsblad van 15 maart 2006) zal wanneer er zich een noodsituatie in de metro (of treinstation) voordoet, de gouverneur de provinciale fase afkondigen en de strategische coördinatie van de operaties verzekeren. In geval er veel slachtoffers dreigen te vallen of reeds zijn en/of er sprake is van een terroristische dreiging of terroristische aanslag, kan de minister van Binnenlandse Zaken besluiten de federale fase af te kondigen. In dat geval zal het koninklijk besluit van 31 januari 2003 tot vaststelling van het noodplan voor crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie en beheer op nationale schaal vereisen van toepassing zijn. Op dat moment zal de gouverneur conform de instructies van het federaal niveau (algemene directie Crisiscentrum) handelen.