3-2023/2

3-2023/2

Belgische Senaat

ZITTING 2006-2007

24 JANUARI 2007


Voorstel van resolutie betreffende de onafhankelijke toegang van Europa tot de ruimte


AMENDEMENTEN


Nr. 1 VAN DE HEER WILLEMS

In punt 1 van het dispositief de woorden « dat lanceringen in opdracht van de overheid bij voorkeur door Arianespace worden uitgevoerd met inachtneming van de marktprijs », vervangen door de woorden « dat gouvernementele satellieten in een baan om de aarde worden gebracht met behulp van draagraketten die ontwikkeld zijn in het kader van ESA of door ESA gesteund worden, en dit met inachtneming van de marktprijs ».

Verantwoording

Naast het Ariane 5-programma, zijn ook de « Vega » en « Sojoez in Kourou »-draagraketten betrokken. Deze twee laatste draagraketten zijn complementair aan Ariane 5 en vormen samen het gamma van Europese draagraketten.

Nr. 2 VAN DE HEER WILLEMS

In punt 2 van het dispositief de woorden « via Arianespace » weglaten.

Verantwoording

Naast het Ariane 5-programma, zijn ook de « Vega » en « Sojoez in Kourou »-draagraketten betrokken. Deze twee laatste draagraketten zijn complementair aan Ariane 5 en vormen samen het gamma van Europese draagraketten.

Luc WILLEMS.

Nr. 3 VAN DE HEER ROELANTS du VIVIER EN MEVROUW KAPOMPOLÉ

In punt 9 van het dispositief na de woorden « op een billijke manier » de woorden « voor het geheel van de ESA-programma's » invoegen.

Verantwoording

Men vraagt een billijke verdeling tussen de regio's in alle ESA-programma's, en niet enkel op het vlak van de voordelen die volgen uit het draagrakettenprogramma. Elk ESA-programma heeft zijn eigen kenmerken. Daarenboven zijn de regio's in België erg complementair en hebben zij elk hun eigen bijzondere specialiteiten. Het is dus logisch dat een regio meer betrokken is bij sommige ESA-programma's dan bij andere. Niettemin moet men er alles aan doen om de economische return die volgt uit de toepassing van het principe van de billijke compensatie op de totaliteit van ESA-programma's, op een billijke manier en in overeenstemming met de regels die gelden bij de ESA, tussen de regio's te verdelen.

François ROELANTS du VIVIER.
Joëlle KAPOMPOLÉ.

Nr. 4 VAN DE HEER STEVERLYNCK

Het dispositief aanvullen met een punt 11, luidende :

« 11. te voorzien in structureel overleg met de Gemeenschappen en Gewesten inzake het ruimtevaartdossier. »

Verantwoording

Op dit ogenblik blijken de bestaande overlegorganen tussen de federale overheid, de Gemeenschappen en Gewesten inzake wetenschappelijke aangelegenheden voor het ruimtevaartdossier niet te functioneren.

Om ervoor te zorgen dat er vanuit de regio's meer inspraak is in het ruimtevaartbeleid inzake ESA is het aangewezen dat het overleg met Gemeenschappen en Gewesten structureel georganiseerd wordt.

Jan STEVERLYNCK.