3-183

3-183

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 19 OKTOBER 2006 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van mevrouw Erika Thijs aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over «de koolstofmonoxidevergiftiging en de vele slachtoffers de jongste weken» (nr. 3-1238)

Mevrouw Erika Thijs (CD&V). - De jongste dagen deden zich opnieuw verschillende gevallen van koolmonoxidevergiftiging voor. Reeds verschillende malen heb ik hierover vragen gesteld. Buiten de CO-foon werden echter nog maar weinig maatregelen genomen.

Hoe ver staat het met het nieuwe registratiesysteem voor intoxicatiegevallen? Zal de minister met de verschillende instanties, zoals brandweer, politie en ziekenhuizen, overleggen om tot een betere registratie te komen?

De FOD Volksgezondheid zou in verschillende talen een algemene sensibilisatiecampagne omtrent CO-vergiftiging moeten opzetten. Niet iedereen kijkt naar het journaal of leest een krant. Vooral kansarme gezinnen hebben, nu het stilaan kouder wordt, met dit probleem te maken.

Ook de huisartsen moeten opmerkzaam zijn voor dit probleem. Is de minister hiervoor bevoegd? Welke initiatieven worden de komende weken genomen?

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - De dienst Gezondheidsmonitoring en het Antigifcentrum hebben de afgelopen dagen of weken geen opvallende onregelmatigheden gemeld.

Het Antigifcentrum staat sinds 1995 in voor de verzameling van gegevens over dit onderwerp. Het registratiesysteem steunt op vragenlijsten ad hoc die jaarlijks naar de spoeddiensten van de ziekenhuizen en naar de diensten voor hyperbare geneeskunde worden verstuurd. De registratiegegevens worden aangevuld met gegevens van dossiers die bij de parketten worden ingediend.

Het meest recente CO-rapport, dat voor 2005, werd in juni voltooid. De evolutie is van jaar tot jaar stabiel. In 2005 werden 1.224 mensen in 576 ongevallen het slachtoffer van een CO-vergiftiging.

Binnen de FOD werd een nieuw systeem voor geïnformatiseerde gegevensverzameling voorbereid. Daar het aantal gevallen van CO-vergiftiging relatief klein is en er geen algemene geïnformatiseerde follow-up van de gegevens op het niveau van de ziekenhuizen is, zou dat systeem bijzonder duur uitvallen. De gegevensverwerking deed ook problemen rijzen met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Ik ben van plan de follow-up van gevallen van CO-vergiftiging te integreren in een algemeen project voor de monitoring van gezondheidgegevens op het niveau van de spoeddiensten. Teneinde de rapportering van de gegevens te optimaliseren wordt momenteel de laatste hand gelegd aan een project voor een sensibilisatiecampagne in de ziekenhuizen, die speciaal gericht is op de slachtoffers en hun familie.

Voor een sensibilisatiecampagne voor het grote publiek zal moeten worden samengewerkt met de gemeenschappen, die voor de preventieve gezondheidszorg bevoegd zijn.

De sensibilisatie van de huisartsen wordt best besproken in de organen die instaan voor de coördinatie van de permanente opleiding van artsen in het kader van de accreditatie.

Mevrouw Erika Thijs (CD&V). - Ik heb de indruk dat de minister gewoon hetzelfde antwoord heeft gegeven als vorig jaar. Verschillende diensten melden me dat bij de ad-hocregistratie niet altijd rekening wordt gehouden met de chronische intoxicatie. Ook vergeet men soms wel eens te registreren. Hierdoor krijgt men een vertekend beeld.

Als de federale overheden en de gemeenschappen constant de bal naar elkaar doorspelen, zal er natuurlijk nooit echt werk van de sensibilisatie worden gemaakt. Ik stel dan ook voor dat de bevoegde departementen eens met elkaar overleggen. Elk jaar vallen in oktober-november en februari-maart ontzettend veel slachtoffers. Sensibilisatie is dus heel belangrijk.

Net zo belangrijk is dat de campagnes in verschillende talen worden opgesteld. Onder de slachtoffers bevinden zich heel wat allochtonen die de waarschuwingen die tijdens een weerbericht worden gegeven, niet altijd begrijpen.

Wie is, ten slotte, bevoegd voor de bepaling van de agenda voor de permanente opleiding van de huisartsen?

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Ik kan het altijd voorstellen.