Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-68

ZITTING 2005-2006

Vragen waarop niet werd geantwoord binnen de tijd bepaald door het reglement (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken (Begroting)

Vraag nr. 3-5000 van de heer Ceder d.d. 2 mei 2006 (N.) :
Openbare Instellingen van sociale zekerheid. — Laattijdige opmaak van voorafbeeldingen en ontwerpen van begroting.

In afwachting van het begrotingsontwerp moeten de Openbare Instellingen van sociale zekerheid, verder OISZ, elk jaar tegen 15 juni van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar een voorafbeelding maken bij ongewijzigd beleid voor het volgende begrotingsjaar. Tegen 15 oktober moet het beheersorgaan van elke OISZ een ontwerp van begroting opmaken.

Geen enkele instelling slaagt erin de voorafbeelding tijdig op te maken. Slechts zes instellingen maken hun ontwerp van begroting meestal tijdig op. Deze vertragingen hebben diverse oorzaken : problemen met het doorgeven van informatie tussen OISZ's onderling, tijdrovende procedures voor de opstelling van documenten en de laattijdige ontvangst van de omzendbrieven met instructies voor de opstelling van de begrotingsdocumenten.

Welke maatregelen heeft de geachte minister reeds genomen om deze semi-permanente vertragingen weg te werken ? Is er reeds overleg geweest met de Commissie voor de normalisatie van de boekhouding ? Welke bijsturingen zijn reeds uitgevoerd inzake reglementering, instructies, procedures en opvolging ? Welke maatregelen heeft de geachte minister reeds genomen om te komen tot een snellere verzending van de omzendbrieven met instructies ?