3-156

3-156

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 30 MARS 2006 - SÉANCE DU MATIN

(Suite)

Projet de loi portant assentiment à l'Accord de coopération du 12 décembre 2005 entre l'État fédéral, la Communauté flamande, la Communauté française, la Communauté germanophone et la Commission communautaire commune, relatif à la mise en oeuvre de la loi du 24 avril 2003 réformant l'adoption (Doc. 3-1570)

Projet de loi portant approbation de l'accord de coopération entre l'État, la Communauté flamande, la Région flamande, la Communauté française, la Région wallonne, la Communauté germanophone, la Région de Bruxelles-Capitale, la Commission communautaire commune et la Commission communautaire française portant création d'une Commission nationale pour les droits de l'enfant, conclu à Bruxelles, le 19 septembre 2005 (Doc. 3-1537)

Discussion générale

Mme Marie-José Laloy (PS), rapporteuse. - Je me réfère à mon rapport écrit.

Concernant le deuxième accord qui vise à la création d'une Commission nationale pour les droits de l'enfant, je voudrais toutefois rappeler qu'il s'agit d'une des revendications formulées par le Groupe de travail pour les droits de l'enfant du Sénat sous la précédente législature. Je voudrais également ajouter, au nom de tous les membres du groupe de travail de l'époque, que nous nous réjouissons vraiment que cette commission soit maintenant installée.

Mevrouw Jacinta De Roeck (SP.A-SPIRIT). - Met de goedkeuring van het samenwerkingsakkoord tussen de federale staat en de gemeenschappen over de hervorming van de adoptie wordt de wet van 24 april 2003, waarbij de adoptiewetgeving hervormd werd, vervolledigd.

We beschikken nu over een moderne en humane wetgeving, waarbij de kandidaat-adoptiefouders ernstig gescreend worden, zodat de kans op het welslagen van de adoptie en dus op het duurzame geluk van het geadopteerde kind maximaal is.

Uit een eerste evaluatie van de nieuwe adoptiewetgeving door Coordination des ONG pour les Droits de l'Enfant, CODE, weliswaar alleen voor de Franse gemeenschap, bleek dat het noodzakelijk is te kunnen beschikken over degelijk en geactualiseerd statistisch materiaal over de drie actoren van een adoptie: de ouders die het kind afstaan, de adoptiefouders en het kind zelf. Het gaat dan niet zozeer om juridische of sociologische gegevens, zoals leeftijd, geslacht, adoptievorm, maar om meer psychologische kenmerken, zoals de band tussen de adoptie en de genoten opleiding, de scholingsgraad, de psychologische gesteltenis en zo meer.

Deze bevindingen kunnen ook nuttig zijn voor Vlaanderen. Een stevige wetenschappelijke basis en geregelde evaluaties moeten, samen met dit samenwerkingsakkoord, ervoor zorgen dat de nieuwe adoptiepraktijk maximale kansen biedt aan het geadopteerde kind.

Het samenwerkingsakkoord tot oprichting van een Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind vind ik heel belangrijk. Vooral om budgettaire redenen hebben we een decennium lang moeten wachten op de oprichting van die commissie. Ze wordt een permanent forum en een schakel tussen de regering en de maatschappij.

Om een permanent discussieplatform op te richten rond de toepassing van de Conventie van de Verenigde Naties over de Kinderrechten bepaalt het samenwerkingsakkoord dat de commissie zeer breed wordt samengesteld. De vertegenwoordigers van de jongeren, zoals de Kinderrechtencommissaris, gespecialiseerde NGO's, de Jeugdraad, het Scholierenparlement en dergelijke meer, hebben hierin echter slechts een raadgevende stem. Ze kunnen evenmin de leden van het uitvoerend bureau aanstellen.

De commissie beslist bij unanimiteit, wat de diverse regeringen een de facto vetorecht verleent. Daarom zal deze Nationale Commissie zo sterk zijn als haar traagste en zwakste schakel. Toch is die commissie een stap in de goede richting.

Wat nog ontbreekt is een onafhankelijk kinderrechtencommissariaat, opgericht bij het federale parlement, dat er op toeziet dat ons land zijn internationale engagementen nakomt en dat nieuwe normen en structuren aan een kindertoets worden onderworpen. In samenspraak met de Nationale Commissie kan verder werk gemaakt worden van een verbeterde rechtspositie van de minderjarige en van het spreekrecht van kinderen in justitie.

Ik vind de twee samenwerkingsakkoorden bijzonder positief. De adoptiefouders, maar vooral de geadopteerde kinderen, zullen er wel bij varen.

-La discussion générale est close.