3-149

3-149

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 2 FÉVRIER 2006 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de M. Staf Nimmegeers au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur «le nombre très élevé de suicides dans notre pays» (nº 3-983)

De heer Staf Nimmegeers (SP.A-SPIRIT). - Het is een open deur intrappen, maar de laatste dagen herinneren verschillende onderzoeken, persartikels en televisiereportages ons eraan: ons land haalt een triestig record wat het aantal zelfdodingen betreft. Het probleem is zeer complex en heeft wijde uitlopers in het maatschappelijke gebeuren; denken we maar aan de vele trauma's die de nabestaanden oplopen waardoor zij op hun beurt significant meer gevaar lopen voor suïcide. In Vlaanderen alleen al gaat het om één zelfdoding per week. Wie het in zijn kennissen- of familiekring heeft meegemaakt weet welk leed daarachter schuilt.

Decennialang heb ik als vertrouwensman gefungeerd voor vele mensen die met suïcidale neigingen te kampen hadden. Met wisselend succes heb ik kunnen helpen om hun wanhoopsdaad te vermijden. Dikwijls is me daarbij opgevallen dat de media een nefaste invloed terzake kunnen uitoefenen; geen doorslaggevende invloed, maar wel vormden ze dikwijls de laatste druppel die de emmer doet overlopen.

Vindt de minister het zinvol en zo ja, is hij bereid in overleg te treden met de gemeenschappen en gewesten in ons land, die terzake bevoegd zijn, om volgend voorstel te bespreken: kunnen we de uitzendingen op televisie van zwaar ingrijpende psychologische of andere probleemfilms en -programma's laten afsluiten met informatie over telefoonnummers van hulporganisaties waar kijkers na afloop van de uitzending zo nodig terecht kunnen voor een gesprek? Ik denk hier met name aan organisaties als Tele-Onthaal/Télé-Accueil en dergelijke. Dergelijke regeling bestaat al jaren in de ons omringende landen.

Wat vindt de minister van het voorstel om met de mediaverantwoordelijken een code af te spreken om in hun radio- en televisieverslaggeving over moord- en zelfmoordzaken onnodige technische details achterwege te laten? Gisteren nog werden we weer getroffen door de overvloed aan onnodige details met betrekking tot het familiedrama in Temse. Ik dacht dat ooit zulke code was afgesproken, maar die is blijkbaar dode letter gebleven. Is de minister bereid daartoe een initiatief te nemen, zeker omdat het budgettair slechts een kleine inspanning vergt?

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Uw bezorgdheid om de verontrustende en complexe problematiek van zelfdoding is volkomen begrijpelijk. Zoals u weet is het één van mijn prioriteiten om concrete en adequate acties te ondernemen om zelfdoding te bestrijden. Vanuit dit oogpunt werk ik momenteel aan de invoering van een federaal plan tegen zelfdoding. De acties die u vermeldt vallen echter niet onder mijn bevoegdheid.

Ik spreek me niet uit over de verschillende voorbeelden die u aanhaalde, maar in het algemeen denk ik ook niet dat veel details in de berichtgeving een meerwaarde bieden in de strijd tegen zelfdoding.

Tijdens de interministeriële conferentie volksgezondheid die ik voorzat op 13 juni 2005 werd een sub-werkgroep zelfdoding opgericht binnen de werkgroep geestelijke gezondheid.

In de werkgroep zijn alle bevoegde bestuursniveaus verenigd waardoor interactie en onderlinge samenhang mogelijk wordt. Ik stel voor dat senator Nimmegeers zijn actieplan voorlegt op de volgende vergadering van deze werkgroep. Ik zal hem de datum van de vergadering meedelen.

De heer Staf Nimmegeers (SP.A-SPIRIT). - Ik dank de minister voor zijn steun. Het gaat hier echter niet om een `franjeaangelegenheid'. De laatste pagina van het regeerakkoord is immers volledig aan deze problematiek gewijd. Het mag niet bij mooie woorden blijven. Het gaat om een dringend probleem dat te weinig aandacht krijgt.