3-1532/1

3-1532/1

Belgische Senaat

ZITTING 2005-2006

25 JANUARI 2006


Voorstel van resolutie om in het investeringsbeleid van de regering maatschappelijk verantwoorde normen op te nemen

(Ingediend door de heer Philippe Mahoux)


TOELICHTING


De overheid heeft niet alleen tot taak alle acties gericht op maatschappelijk verantwoorde investeringen op efficiënte wijze te bevorderen en te ontwikkelen, ze moet er ook zelf de eerste bestemmeling en promotor van zijn.

Philippe MAHOUX.

VOORSTEL VAN RESOLUTIE


De Senaat,

A. Overwegende dat men bij beleggers een toenemende zorg waarneemt om bij hun beleggingsbeslissingen rekening te houden met hun persoonlijke waarden en hun sociale overwegingen, zodat dergelijk beleggingstype zowel met de financiële behoeften van de spaarders als met de gevolgen van hun beleggingen voor de maatschappij rekening houdt;

B. Overwegende dat het bevorderen van maatschappelijk verantwoorde investeringen bijdraagt aan de ontwikkeling van een meerwaardeneconomie, dat wil zeggen een economie die uiteenlopende waarden vooropstelt en waarin de economische en financiële waarden niet incompatibel zijn met sociale, ethische en ecologische waarden;

C. Overwegende dat de doelstelling van de meerwaardeneconomie het op elkaar afstemmen van die diverse overwegingen, verlangens en eisen is, in overleg met alle betreffende spelers, te weten de ondernemingen, de vakbonden, de overheid, het verenigingsleven alsook de spaarders;

D. Overwegende dat de rol van de spaarders in dat bewustmakingsproces even belangrijk is. Hoe meer die laatsten zullen eisen dat rekening wordt gehouden met de beginselen van een maatschappelijk verantwoord gedrag bij het beleggen van hun kapitalen, hoe beter de financiële instellingen en dus onrechtstreeks de ondernemingen die beginselen in acht zullen nemen;

E. Overwegende dat kan worden vastgesteld dat in ondernemingen die maatschappelijk verantwoorde criteria in acht nemen, het management voorzichtiger is inzake human resources en het milieu, wat ertoe bijdraagt dat de genomen risico's verminderen;

F. Overwegende dat dit maatschappelijk verantwoord gedrag tot gevolg heeft dat het risico verbonden aan investeringen in bedrijven die maatschappelijk verantwoord ondernemen lager is dan dat verbonden aan investeringen in identieke bedrijven die minder eerbied hebben voor de human resources en het milieu, aangezien een duurzaam beleid per definitie een visie op lange termijn impliceert, maar tevens de inachtneming van de omgeving waarin de werknemers functioneren en dus de waardering van de eraan gekoppelde rendementen;

G. Overwegende dat die stellingen gestaafd werden door de conclusies van een werkgroep die onder de bescherming van het UNEP (United Nations Environment Programme) analisten samenbracht afkomstig van twaalf grote, wereldwijde beheerders van activa die beslist hebben hun onderzoek van die problemen te bundelen;

H. Overwegende dat die analisten enerzijds erkennen dat die criteria een bijdrage leveren bij het bepalen van de waarde van een onderneming en het meten van het risico dat ze voor de aandeelhouders kan betekenen, maar aan de andere kant onderstrepen dat heel wat ondernemingen onvoldoende informatie over die problemen verstrekken, wat het gebruik van die criteria in hun beursanalyse bemoeilijkt;

I. Overwegende dat hun conclusies duidelijk bewijzen dat rekening houden met factoren die te maken hebben met milieubescherming, sociale problemen en deugdelijk bestuur van essentieel belang is voor een voorzichtig investeringsmanagement en dus bij de keuze van verantwoorde beleggings- en managementinstrumenten;

J. Overwegende de aanbeveling van de Europese Commissie betreffende de bevordering van een Europees kader voor de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven, waarin geopperd wordt dat maatschappelijke verantwoorde investeringen bijdragen tot maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO), de initiatieven aanmoedigen die zorgen voor de follow-up en het toetsen van de praktijken van de pensioen- en beleggingsfondsen op het gebied van MVO;

K. Overwegende dat de Raad van de OESO in zijn aanbeveling over « Principles and Good Practices for Financial Education and Awareness », uitgaande van de vaststelling dat op het tijdstip waarop de kapitaalmarkten steeds volmaakter worden en de gezinnen steeds meer verantwoordelijkheid en risico's dragen bij het nemen van financiële beslissingen, de overheid aanbeveelt de financiële opvoeding in de maatschappelijke actieprogramma's van de Staat op te nemen;

L. Overwegende dat die goede voorlichting van het publiek over de problemen die het publiek als sociaal actieve en verantwoordelijke speler in de economie aangaan, eerlijk en direct moet zijn;

M. Overwegende dat de overheid niet alleen tot taak heeft alle acties gericht op maatschappelijk verantwoorde investeringen op efficiënte wijze te bevorderen, te coördineren, te harmoniseren en te ontwikkelen, maar er ook zelf de eerste bestemmeling moet van zijn;

N. Overwegende dat de overheid inderdaad nog het best het algemeen belang vertegenwoordigt en door haar ingrijpen in het dagelijks leven van de mensen het best in staat is het publiek als maatschappelijk verantwoorde speler bewust te maken;

O. Overwegende dat de overheid bijgevolg een kapitale rol te spelen heeft inzake het bevorderen van maatschappelijk verantwoorde investeringen, met het drievoudige vooruitzicht haar doelstellingen inzake het algemeen belang waar te maken, het publiek enige financiële opvoeding bij te brengen en het signaal te geven dat van de economische spelers in hun geheel een maatschappelijke toegevoegde waarde wordt verwacht;

P. Overwegende dat die maatregelen slechts na lang volgehouden inspanningen ten volle efficiënt kunnen zijn en daarom regelmatig moeten worden geëvalueerd door een instelling die voldoende deskundig is op het gebied van maatschappelijk verantwoord investeren.

Vraagt de regering :

1. dat de financiële middelen van de Staat (het Gewest, de Gemeenschap), alsook de pensioen- en beleggingsfondsen die rechtstreeks of onrechtstreeks door hen worden gefinancierd, beter op maatschappelijk verantwoorde beleggingen worden afgestemd;

2. dat de ondernemingen waarin de Staat (het Gewest, de Gemeenschap) financieel als partner optreedt een investeringsstrategie volgen waarin rekening wordt gehouden met de ethische, sociale en ecologische aspecten;

3. de overheidswaarborgen toegekend voor investeringen in België en in het buitenland afhankelijk te maken van de aandacht voor ethische, sociale en ecologische aspecten;

4. aan een geschikte instelling te vragen jaarlijks na te gaan in hoeverre met die maatschappelijk verantwoorde normen in het investeringsbeleid werd rekening gehouden.

7 december 2005.

Philippe MAHOUX.