Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-29

ZITTING 2004-2005

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

Vraag nr. 3-1507 van de heer Delacroix d.d. 27 september 2004 (Fr.) :
Terrorisme. — Marokkaanse Islamitische Strijdgroep (GICM). — Mogelijke doelwitten. — Veiligheid.

Voor de onderzoekscommissie over de aanslagen van 11 maart 2004 heeft de heer Baltazar Garzon, rechter bij het Spaanse hooggerechtshof, het terroristische gevaar onderstreept dat uitgaat van de Marokkaanse connectie, de Marokkaanse Islamitische Strijdgroep (GICM). Hij voegde eraan toe dat die een van de grootste bedreigingen voor Europa is.

1. Hebben de bevoegde veiligheidsdiensten banden aan het licht kunnen brengen tussen de GICM en binnenlandse organisaties die de jongste maanden de aandacht hebben getrokken ?

2. Kunt u me meedelen welke veiligheidsmaatregelen werden getroffen om elke dreiging tegen voorkeurdoelwitten af te wenden (NAVO, SHAPE, kerncentrales, enz.) ?

Antwoord : We hebben aan de Staatsveiligheid en aan het Federaal Parket delen van het antwoord hierop gevraagd, maar tot op heden kwam er nog geen reactie.

1. De operatie van 19 maart 2004, die in verscheidene Belgische steden — waaronder Brussel en Maaseik — geleid werd, heeft duidelijk de aanwezigheid in België aangetoond van een logistieke cel van de GICM, belast met het vereenvoudigen van de doortocht van personen en met hun logistieke ondersteuning. We konden die verbanden aantonen op basis van de inlichtingen uit de aanhoudingsmandaten, die door de Marokkaanse overheid voor twee aangehouden personen werden uitgevaardigd, en op basis van de gegevens die we bij de huiszoekingen van 19 maart 2004 hebben gevonden.

Bij de operatie van 8 juni 2004 naar personen in België die een band hebben met Rabei Osman El Sayed Ahmed — aangehouden in Italië en hoogstwaarschijnlijk betrokken bij de aanslagen van Madrid —, werden 15 personen ondervraagd, waarvan er vier onder aanhoudingsmandaat werden geplaatst. Afgezien van de banden tussen sommige van deze personen met diegenen die op 19 maart 2004 werden aangehouden, hebben wij geen aanwijzing dat het hierbij gaat over een cel van de GICM. Die cel bestond overigens niet uitsluitend uit Marokkanen : ook Jordaniërs, Palestijnen, Tunesiërs en Algerijnen waren lid.

2. Regelmatig worden bij vergaderingen bij de algemene directie Crisiscentrum (ADCC) de graad van bedreiging en de potentiële doelwitten ingeschat. Naargelang daarvan worden gepaste maatregelen getroffen om de internationale instellingen en risicosites te beschermen.

U zal begrijpen, dat ik om veiligheidsredenen hier geen uiteen-zetting van die maatregelen kan geven.