3-84

3-84

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 18 NOVEMBRE 2004 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de M. Wim Verreycken au vice-premier ministre et ministre de l'Intérieur et au ministre de la Mobilité sur «les documents de bord et la banque centrale de données des permis de conduire» (nº 3-414)

De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - Jaarlijks worden er in België tussen de 28.000 en de 30.000 voertuigen gestolen. Iets minder dan de helft ervan wordt teruggevonden. Daarnaast gebeuren er veel auto-inbraken enkel omwille van de boorddocumenten. In 99,9% van de gestolen auto's zijn de boorddocumenten dan ook aanwezig. De verhandeling van een gestolen voertuig zou zeker bemoeilijkt worden, mochten de boorddocumenten niet mee met het voertuig worden gestolen. Inbraken met het oog op boorddocumenten zouden enorm teruglopen indien die documenten niet in de wagen zouden liggen.

De automobilist heeft echter gegronde redenen om de documenten in het voertuig te laten. Vandaag moet een automobilist bij controle de volgende zes documenten kunnen voorleggen: het inschrijvingsbewijs van het voertuig, het gelijkvormigheidsattest, het verzekeringsbewijs, in voorkomend geval het schouwingsbewijs, zijn rijbewijs en zijn identiteitskaart. Indien bij een controle één van deze documenten ontbreekt, dient de bestuurder zich achteraf te melden bij de politie om een boete te vermijden. De automobilist wordt er dus allerminst toe aangezet om de documenten niet in het voertuig te bewaren, tenzij hij of zij steevast met een documententas wil rondlopen.

De administratie om al deze documenten te vervaardigen én te beheren moet zeer uitgebreid en geldverslindend zijn. De controle van deze documenten door de politiediensten is bovendien omslachtig en tijdrovend. Is het niet wenselijk om per voertuig een identiteitskaart te laten aanmaken, in het formaat van een kredietkaart, en opgeborgen in een stootvaste houder die verbonden is met de autosleutels? Een bestuurder die niet de eigenaar van de wagen is, zou aldus steeds de documenten kunnen voorleggen.

Op deze identiteitskaart kunnen de gegevens van het inschrijvingsbewijs, het gelijkvormigheidsattest en het schouwingsbewijs worden opgenomen. Hierdoor zou de automobilist enkel zijn eigen identiteitskaart en zijn rijbewijs in de portefeuille moeten houden. Enkel het verzekeringsbewijs zou in de auto blijven. Dit laatste is misschien wel het minst belangrijke voor een autodief, aangezien een vervangdocument onmiddellijk bij de verzekeringsmaatschappij kan worden verkregen en aangezien de geldigheidsduur ervan beperkt is tot maximaal één jaar.

Indien voor een chip wordt gekozen in plaats van voor de vermelding van gegevens op een kaart, is het wel noodzakelijk dat de controlediensten de autokaart kunnen invoeren in een elektronisch leesapparaat, verbonden met een centrale gegevensbank. Een dergelijk elektronisch leesapparaat zou ook toegang moeten verlenen tot een centrale gegevensbank met informatie over ingetrokken rijbewijzen of rijverboden. Vandaag is het immers té eenvoudig om, zelfs preventief, een duplicaat van een rijbewijs te krijgen na een mogelijk gefingeerde diefstal of na een vermeend verlies. Op die manier kan iemand die een rijverbod opgelegd krijgt wegens rijden in dronken toestand, zijn duplicaat gebruiken om te blijven rijden.

Een dergelijke gegevensbank werd beloofd tegen 1999, maar zover mijn informatie strekt, bestaat ze nog steeds niet. Wanneer zal de beloofde centrale gegevensbank over de rijbewijzen operationeel zijn? Zijn hiervoor investeringen opgenomen in de begroting?

Kan de minister zeggen hoeveel duplicaten van rijbewijzen in omloop zijn of hoeveel duplicaten werden uitgereikt in de gemeentehuizen? Uit zulke statistieken kan immers blijken of mijn vermoeden dat misbruik wordt gemaakt van duplicaten van rijbewijzen terecht is.

Ik had deze vraag ook kunnen stellen aan de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, maar dan had ik waarschijnlijk een soort Kafkameter en papiersnippers als antwoord gekregen. Ik heb liever een degelijk antwoord.

De heer Renaat Landuyt, minister van Mobiliteit. - De vraagsteller heeft wijze woorden gesproken. Mocht het mogelijk zijn, dan zouden wij inderdaad te werk moeten gaan zoals door hem werd voorgesteld. België is momenteel volop bezig met de invoering van de elektronische identiteitskaart voor de burgers. De elektronische identiteitskaart voor de wagens is voor later.

Wie zijn boorddocumenten op zak houdt, maakt het eventuele dieven inderdaad moeilijker. Het is dus een wijze beveiligingsmaatregel, die ik zelf toepas. In het weekend steek ik trouwens mijn boorddocumenten steeds voorzichtig opgevouwen in de achterzak van mijn jeans.

De FOD Mobiliteit onderzoekt systematisch of haar werk met behulp van de informatica niet efficiënter kan worden georganiseerd. De gegevensbank rijbewijzen bestaat en werkt al sedert 1998. Er bestaat wel een historisch deficit: de gegevens van rijbewijzen die vóór 1998 werden uitgereikt, zijn niet in de gegevensbank opgenomen. Telkens wanneer een rijbewijs wordt vervangen, worden de gegevens wel ingevoerd. Zo vindt een inhaalbeweging plaats die met invoering van het nieuwe Europese rijbewijs zal worden veralgemeend.

Vorige maand hebben de 25 ministers voor Transport van de Europese Raad immers een derde richtlijn met betrekking tot de rijbewijzen goedgekeurd. De richtlijn houdt onder andere een gelijkschakeling in van de minimumvereisten voor alle lidstaten, maar voorziet ook in de uitgifte van een klein elektronisch rijbewijs.

België lijdt eigenlijk een beetje onder de voorsprong die het heeft geboekt met de invoering van een elektronische identiteitskaart. Op de chip van die kaart is immers plaats voorzien om de gegevens van het rijbewijs op te slaan. Zo'n chip is slechts nuttig als de politiediensten over de vereiste lezers beschikt.

Als transitland hebben wij er alle belang bij dat een elektronische identiteitskaart voor wagens in Europees verband wordt ingevoerd; de politiediensten zullen dan wel weer met aangepaste lezers moeten worden uitgerust. Nu een nieuw Europees rijbewijs wordt ingevoerd, zal de bestaande gegevensbank volledig kunnen worden geüpdatet en vervolledigd. Alhoewel de administratie volop aan het verhuizen is, wordt momenteel onderzocht op welke manier informatica kan bijdragen tot een efficiëntere werking. De vereiste budgetten voor modernisering zullen worden opgenomen in de begroting 2006.

Mensen die onterecht een duplicaat van hun rijbewijs op zak hebben, hebben bij de politie ooit valse verklaringen afgelegd, wat op zich strafbaar is. Alle gegevens over duplicaten worden verzameld omdat er een soort verrekeningsmechanisme bestaat aan de hand waarvan we kunnen nagaan hoeveel duplicaten de gemeenten hebben uitgereikt. In 2002 bijvoorbeeld hebben de gemeenten 302 leervergunningen, 3.363 voorlopige rijbewijzen en 103.596 rijbewijzen uitgereikt, op een totaal van 543.621 documenten voor rijbewijzen. Er zijn in totaal ongeveer 7 miljoen rijbewijzen, waarvan ongeveer 519.866 duplicaten, in omloop.

De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - Indien ik een chronologie zou mogen voorstellen, zou ik eerst maatregelen nemen voor de identiteitskaart voor de auto en dan pas voor het rijbewijs. Het rijbewijs bewaren de meeste mensen immers meestal niet in de auto.

Ik zou daarnaast ook eens de kostprijs van de administratieve verwerking en opsporing van 28.000 gestolen voertuigen leggen naast die van de aankoop en het beheer van leesapparaten en de aanmaak van een identiteitskaart voor de auto. Ik vermoed dat we er nog aan kunnen winnen.

Voor het overige ben ik het eens met de visie van de minister. Ik hoop dat de identiteitskaart voor de auto er snel komt. Europa remt ons niet af. We zouden hier het voortouw kunnen nemen en ervoor zorgen dat al wie nu nog aan autodeuren of sloten morrelt, onverrichter zake moet afdruipen omdat hij met een auto zonder papieren nu eenmaal niets kan aanvangen.