3-137/7 | 3-137/7 |
31 JULI 2003
Evocatieprocedure
Nr. 5 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 6 en 7 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 8 tot 10 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nr. 11 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Art. 15
Nr. 12 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 1 en 2 : van mevrouw Lizin.
Nr. 13 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 14 en 15 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 16 en 17 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nr. 18 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nr. 19 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nr. 20 : van de heren Schouppe en Caluwé.
Nrs. 23 en 24 : van mevrouw Thijs.
Art. 40
Dit artikel doen vervallen.
Verantwoording
De taalwetten, ons steeds met stemtrillinkjes verkocht als zijnde de enige waarborgen voor een evenwichtige samenleving, kunnen niet worden gewijzigd in een programmawet.
Dit toch doen zorgt voor een precedent, waarbij in elke volgende programmawet een ander aspect kan worden uitgehold.
Wim VERREYCKEN. |
Art. 40
Dit artikel doen vervallen.
Verantwoording
Het onttrekken van de cellen beleidsvoorbereiding aan de toepassing van artikel 43ter van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken is onaanvaardbaar. Het is een uitholling van het precaire taalevenwicht binnen de diensten van de bestuurlijke overheden.
De wettelijke, (en wellicht ook feitelijke) garantie dat er in deze cellen voldoende kennis is van de andere taal om op de hoogte te blijven van sociale, politieke, jurisprudentiële ontwikkelingen in het andere taalgebied verdwijnt volkomen. Er is zelfs niet voorzien in een minimale vertegenwoordiging van de andere taalrol.
Dergelijke uitzondering opent de deur naar verschillende problemen in verband met het gelijkheidsbeginsel. Deze ongelijke behandeling van het personeel van de beleidscellen zou aanleiding kunnen geven tot procedures voor het Arbitragehof bij bevorderingen, aanneming van nieuwe personeelsleden en zelfs vanwege burgers, die het niet nemen dat zij niet door een hogere ambtenaar in hun eigen taal kunnen worden te woord gestaan.
Het artikel miskent voor het overige de inspanningen door personeelsleden of kandidaat-personeelsleden gedaan om wel de tweede landstaal aan te leren.
Erika THIJS. |
Art. 25bis (n)
In titel II een hoofdstuk XIII (nieuw) invoegen, met als opschrift « Hoofdstuk XIII Budgettaire evaluatie door het Rekenhof », dat een artikel 25bis bevat, luidende :
« Art. 25bis. § 1. Het Rekenhof wordt ermee belast een evaluatie te maken van de budgettaire gevolgen van de maatregelen vervat in hoofdstukken V tot VII en titel III, hoofdstuk III, met het oog op het garanderen van de budgettaire neutraliteit.
Indien uit de evaluatie blijkt dat deze maatregelen budgettair meer opbrengen, zal de Koning de tarieven in artikel 2 van de wet van 22 juli 1993 tot instelling van een bijdrage op de energie ter vrijwaring van het concurrentievermogen en de werkgelegenheid en artikel 7, § 1, b, d), i) van de wet van 22 oktober 1997 betreffende de structuur en de accijnstarieven inzake minerale olie, verminderen, zodat de budgettaire neutraliteit wordt bereikt.
§ 2. De Koning zal bij de Wetgevende Kamers, onmiddellijk indien ze in zitting zijn, zoniet bij de opening van de eerstvolgende zitting, een ontwerp van wet indienen tot bekrachtiging van de ter uitvoering van § 1 van dit artikel genomen besluiten.
Verantwoording
Overeenkomstig de memorie van toelichting zijn de verhogingen van de energiebijdrage en accijnzen ingegeven om de normen van het Kyoto-verdrag te halen en niet om budgettaire redenen. Het is de consequentie zelve dat de budgettaire meeropbrengst terugvloeit naar de gebruiker wanneer zou blijken dat de beoogde maatregelen niet budgettair neutraal zijn.
Etienne SCHOUPPE. Ludwig CALUWÉ. |