2-288 | 2-288 |
(Voor de tekst geamendeerd door de commissie voor de Justitie, zie stuk 2-1158/20.)
Op artikel 3 hebben de heren Monfils en Happart amendement 177 ingediend (zie stuk 2-1158/17) dat luidt:
In dit artikel een §2bis invoegen, luidende:
"§2bis. Als aangifteplichtige wapens worden beschouwd:
1º lange enkelschotsvuurwapens met getrokken loop;
2º lange enkelschotsvuurwapens met gladde loop;
3º lange repeteervuurwapens met getrokken loop."
M. Philippe Monfils (MR). - Cet amendement, au sujet duquel nous nous n'avons pas été suivi en commission, réintroduit la notion d'armes soumises à déclaration, notion que l'on retrouve dans la directive européenne et qui permettrait de régler un certain nombre de problèmes concernant les armes utilisées essentiellement dans le cadre du tir sportif, de la chasse. On sait que, sur ce plan, la criminalité est tout à fait négligeable. De plus, ces armes sont souvent utilisées par des artisans : graveurs, ciseleurs et autres.
Les armes soumises à autorisation, laquelle constitue, je le rappelle, une procédure extrêmement lourde, seront souvent revendues par les héritiers, en cas de transmission par héritage, liquidées à bas prix dans un commerce quelconque ou écoulées au marché noir. Cela portera un coup fatal aux métiers de graveur et de ciseleur, artisanat qui concerne précisément cette catégorie d'armes.
Le système d'enregistrement que nous avons mis au point fonctionne bien. Il est d'ailleurs repris dans la législation.
Par ailleurs, notre demande - la déclaration, assortie, évidemment, de la production d'un certificat de bonnes vie et moeurs - donne des garanties, puisqu'il faudra se rendre dans une armurerie agréée et y déposer le certificat en question. On ne peut pas nous taxer de laxisme sous le prétexte que nous « autorisons » les armes à se déplacer.
Ce qui importe à nos yeux, c'est la connaissance de la situation. En allant trop loin, en multipliant les contrôles et les interdictions, nous encourageons la dissimulation d'armes et le développement d'un marché noir.
Les parlementaires qui ont rejeté ce type d'amendement se trompent sur la portée de cette proposition de loi : trop dure, trop exigeante, elle produira l'effet inverse à celui souhaité, c'est-à-dire une bonne connaissance de la situation et la mise à l'écart de ceux qui utilisent les armes à d'autres fins que la chasse, le tir, etc., ou la défense personnelle, lorsqu'ils disposent de l'autorisation ad hoc.
M. Jean-Marie Happart (PS). - Cet amendement reprend la déclaration de la directive européenne. Il serait en effet plus simple que la classification des armes appliquée dans notre pays corresponde à la classification européenne. La présente proposition prévoit une non-classification ou une classification qui nous sera propre, ce qui créera des difficultés par rapport à la position européenne. Cet amendement technique vise à clarifier les choses. Il est important que tous les pays européens parlent le même langage en cette matière.
De voorzitter. - De heren Monfils en Happart hebben amendement 179 ingediend (zie stuk 2-1158/17) dat luidt:
Een hoofdstuk VIbis toevoegen, luidende:
"HOOFDSTUK VIbis
Handelingen met aangifteplichtige wapens
Art. 9bis
Het verwerven van een aangifteplichtig wapen is onderworpen aan het gelijktijdig overleggen van een bewijs van goed zedelijk gedrag en het inschrijven van het wapen door een erkend wapenhandelaar in het Centraal Wapenregister.
Al wie dergelijk wapen verwerft in andere omstandigheden dan die waarin de vorige leden voorzien, moet binnen drie maanden na het verwerven van het wapen een aangifte en een bewijs van goed zedelijk gedrag indienen bij een erkende wapenhandelaar. Bij niet-naleving van het bepaalde in dit artikel, wordt het wapen overeenkomstig artikel 23 verbeurd verklaard.
Na advies van de raadgevende commissie, bepaalt de Koning de voorwaarden waaronder de verplichtingen waarin onderhavig artikel voorziet, zijn vervuld."
M. Philippe Monfils (MR). - Les deux volets de l'amendement numéro 179 expriment la même idée, mais comme la proposition de loi comporte des articles allant de 1 à 35, il a fallu introduire un chapitre sur les armes soumises à déclaration. Antérieurement, on visait les armes soumises à déclaration dans un autre article. L'un et l'autre relèvent d'un même système relatif aux opérations liées aux armes soumises à déclaration : certificat de bonne vie et moeurs etc. Ces deux amendements dépendent de la même vision.
M. Jean-Marie Happart (PS). - Cet amendement numéro 179 est important car il oriente la manière dont on peut acheter une arme. C'est lui qui permettrait d'empêcher le commerce au noir ; le rejeter reviendrait à diffuser les armes dans le commerce illégal.
Toutefois, je comprends que la maturité politique ne soit pas suffisante pour le voter.
De voorzitter. - Artikel 12 luidt:
§1. Zonder een voorafgaande vergunning, verleend door de gouverneur bevoegd voor de verblijfplaats van de verzoeker, is het particulieren verboden een vergunningsplichtig vuurwapen of de daarbij horende munitie voorhanden te hebben. Deze vergunning kan slechts worden verleend na advies, binnen de twee maanden na de aanvraag, van de korpschef van de lokale politie van de verblijfplaats van de verzoeker. Indien het advies niet is gegeven binnen deze termijn, beslist de gouverneur op basis van de andere elementen van het dossier. De beslissing moet met redenen worden omkleed. De vergunning kan worden beperkt tot het voorhanden hebben van het wapen zonder munitie en ze is slechts geldig voor één wapen.
Indien blijkt dat het voorhanden hebben van het wapen de openbare orde kan verstoren, kan de gouverneur bevoegd voor de verblijfplaats van de betrokkene de vergunning bij een met redenen omklede beslissing beperken, schorsen of intrekken na het advies te hebben ingewonnen van de procureur des Konings bevoegd voor deze verblijfplaats en na de betrokkene te hebben gehoord.
§2. Indien de verzoeker in België geen verblijfplaats heeft, wordt de vergunning verleend door de minister van justitie na eensluidend advies van de Veiligheid van de Staat en kan zij' worden beperkt tot het voorhanden hebben van het wapen zonder munitie.
Indien de verzoeker verblijft in een andere lidstaat van de Europese Unie, mag de vergunning niet worden verleend zonder voorafgaand akkoord van die staat. Indien de vergunning wordt verleend, wordt die staat daarvan op de hoogte gesteld.
Indien blijkt dat het voorhanden hebben van het wapen de openbare orde kan verstoren, kan de minister van justitie, na advies van de Veiligheid van de Staat, de vergunning beperken, schorsen of intrekken. Deze beslissing moet met redenen zijn omkleed.
§3. De vergunning wordt slechts verleend aan personen die voldoen aan de volgende voorwaarden:
1º meerderjarig zijn;
2º niet zijn veroordeeld als dader of medeplichtige wegens een van de misdrijven bedoeld in artikel 5, §4;
3º niet het voorwerp zijn van een lopende schorsing en niet eerder het voorwerp geweest zijn van de intrekking van een vergunning tot het voorhanden hebben van of het dragen van een wapen;
4º een medisch attest voorleggen dat bevestigt dat de aanvrager in staat is een wapen te manipuleren zonder gevaar voor zichzelf of voor anderen;
5º slagen voor een proef betreffende de kennis van de toepasselijke regelgeving en het hanteren van een vuurwapen, waarvan de modaliteiten worden bepaald door de Koning;
6º geen meerderjarige persoon samenwonend met de aanvrager verzet zich tegen de aanvraag;
7º, een wettige reden opgeven voor de verwerving van het betrokken wapen en de munitie. Het type wapen moet overeenstemmen met de reden waarvoor de vergunning gevraagd wordt. Deze wettige redenen zijn, onder de door de Koning te bepalen voorwaarden, na advies van de Adviesraad voor wapens:
a) de jacht en faunabeheersactiviteiten;
b) het sportief en recreatief schieten;
c) de uitoefening van een beroep;
d) de persoonlijke verdediging van personen die een buitengewoon risico lopen en die bovendien aantonen dat het voorhanden hebben van een vuurwapen dit buitengewoon risico in grote mate vermindert en hen bescherming kan bieden;
e) de intentie een verzameling historische wapens op te bouwen;
f) de erfenis van een wapen;
g) de deelname aan historische, folkloristische, culturele of wetenschappelijke activiteiten.
8º hun wapens ongeladen opbergen in een wapenkast die voldoet aan de minimale standaard vastgelegd door de Koning of op andere wijze inoperationeel maken volgens de nadere regels vastgelegd door de Koning.
§4. §3, 4º tot 6º en 8º, zijn niet van toepassing op rechtspersonen die de wapens wensen te verwerven voor beroepsdoeleinden.
Van het praktisch gedeelte van de proef bedoeld in §3, 5º zijn vrijgesteld:
1º de aanvrager die reeds een door de Koning bepaalde ervaring met het gebruik van vuurwapens heeft;
2º de aanvrager van een vergunning tot het voorhanden hebben van een wapen met uitsluiting van munitie;
3º de aanvrager van een vergunning tot het voorhanden hebben van een niet-vuurwapen dat krachtens deze wet vergunningsplichtig is;
4º de aanvrager die zijn verblijfplaats in het buitenland heeft.
§5. Indien de verzoeker een bewakingsonderneming of een interne bewakingsdienst is, wordt de vergunning overeenkomstig de voorwaarden bedoeld in de §§1 tot 4 verleend, beperkt, geschorst of ingetrokken door de minister van Binnenlandse Zaken.
Op dit artikel hebben de heren Monfils en Happart amendement 139 ingediend (zie stuk 2-1158/8) dat luidt:
Het 3º van dit artikel vervangen als volgt:
"3º houders van een Europese vuurwapenpas, die de daarop vermelde wapens voorhanden mogen hebben."
M. Jean-Marie Happart (PS). - L'amendement numéro 139 vise à assurer une mise en conformité. Je ne reprendrai pas toute l'argumentation que j'ai développée en commission mais pour faire simple, je prendrai un exemple : un Belge ou un étranger qui dispose d'une licence européenne peut, dans le cadre de cette nouvelle loi, acquérir une arme, la détenir, sans la déclarer ni la renseigner. C'est une contradiction par rapport à la contrainte prévue par la proposition de loi pour le citoyen belge. On pourrait dire que cet amendement va quelque peu à l'encontre des amateurs de chasse auxquels il suffirait, si la loi était adoptée, de prendre une licence européenne pour échapper à la loi belge. Je ne suis pas non plus d'accord avec cela. Je souhaite que tous les utilisateurs soient sur un pied d'égalité.