2-1383/1

2-1383/1

Belgische Senaat

ZITTING 2002-2003

6 DECEMBER 2002


Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 59 van de Grondwet, teneinde de senatoren van rechtswege niet langer te onttrekken aan de gewone rechtsgang

(Ingediend door de heer Wim Verreycken)


TOELICHTING


De beperkingen van de vervolgingsmogelijkheden in artikel 59 van de Grondwet zijn bedoeld om parlementsleden te beschermen tegen pogingen om hen in diskrediet te brengen, of pogingen om de normale parlementaire werkzaamheden te storen. Voor gefundeerde vervolgingen kan het parket nog steeds gebruik maken van de tijdspanne tussen de ontbinding van de Kamers en de eedaflegging van de verkozenen in de nieuwe Kamers.

Artikel 72 van de Grondwet stelt evenwel dat onder meer de kinderen van de Koning van rechtswege senator zijn vanaf hun achttien jaar. Zij moeten dus nooit democratisch gelegitimeerd worden en blijven senator, ook wanneer de Kamers ontbonden zijn, en het parket tegen verkozenen onbelemmerd kan optreden.

Het doel van artikel 59 ­ de bescherming van parlementsleden tegen politiek geïnspireerde betichtingen, gericht op het afdwingen van hun ontslag of om hun herverkiezing te verhinderen ­ is voor de senatoren van rechtswege dan ook niet relevant.

Teneinde de ordediensten en de rechterlijke macht duidelijk te maken dat senatoren van rechtswege zich niet kunnen beroepen op enige parlementaire onschendbaarheid (uitgezonderd de bepalingen van artikel 58 van de Grondwet) is het aangewezen artikel 59 te wijzigen.

Wim VERREYCKEN.

VOORSTEL VAN VERKLARING


De Kamers verklaren dat er reden bestaat tot herziening van artikel 59 van de Grondwet, teneinde de huidige bepalingen onder te brengen in een § 1, en een § 2 toe te voegen, luidende :

« § 2. De senatoren van rechtswege kunnen geen beroep doen op de beschermende regels beschreven in § 1. »

22 maart 2002.

Wim VERREYCKEN.