2-247 | 2-247 |
De voorzitter. - De heer Didier Reynders, minister van Financiën, antwoordt namens de heer Antoine Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken.
De heer Frans Lozie (AGALEV). - We stellen sinds geruime tijd vast dat de spanningen tussen de verschillende bevolkingsgroepen in onze steden toenemen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat een totaal onaanvaardbare moordaanslag zoals deze week in Antwerpen, bij de getroffen gemeenschap heftige reacties veroorzaakt. Helaas moeten we vaststellen dat dergelijke misdaden, wat de motieven ook mogen zijn, gemakkelijk kunnen worden misbruikt door individuen en organisaties die denken dat ze er belang bij hebben dat de verschillende gemeenschappen tegen elkaar worden opgezet.
De politiediensten, zowel op lokaal als op federaal niveau, zijn doorgaans de eerste overheidsdiensten die op het terrein met de problematiek worden geconfronteerd. In het concrete geval deze week was het optreden van politie en burgemeester vrij goed, zeker op het ogenblik dat de situatie explodeerde. Ik heb vooral bewondering voor de manier waarop de familie van het slachtoffer heeft gereageerd en waarop ze de bevolking tot kalmte heeft aangemaand. De politiediensten moeten op het ogenblik echter nog altijd optreden in een zeer explosieve sfeer.
Welke specifieke vorming krijgen de ordediensten en de lokale gezagsdragers om op een rechtvaardige en professionele manier te reageren op situaties die een risico inhouden van rassenhaat, xenofobie of manipulatie door individuen of organisaties ten koste van de leefbaarheid binnen onze gemeenschap? Krijgen ze bijvoorbeeld bijzondere richtlijnen om tijdens ongeregeldheden voldoende bewijsmateriaal te verzamelen zodat manipulatoren en opruiers nadien gerechtelijk kunnen worden vervolgd?
De minister beschikt over een preventiebudget in het kader van de samenlevingscontracten met de gemeenten. Horen daarbij ook concrete programma's ter voorkoming van plotse vormen van geweld naar aanleiding van incidenten tussen verschillende gemeenschappen in onze samenleving? Moeten we de recente persberichten over een mogelijke interne politienota betreffende een zogenaamd plan intégral marocain interpreteren in het kader van de conflictpreventie of wordt die gemeenschap specifiek geviseerd?
De heer Didier Reynders, minister van Financiën. - Het beheer van een gebeurtenis van openbare orde valt in de eerste plaats onder de verantwoordelijkheid van de politiediensten. Dit houdt confrontaties in met gevaarlijke of gevoelige toestanden, waarbij de politiemannen en hun kaders blijk moeten geven van koelbloedigheid en professionalisme. Deze twee elementen zijn van doorslaggevende aard voor een succes in dergelijke situaties.
Het aspect "spanningen tussen gemeenschappen" komt aan bod in de basisvorming van de politiemannen, meer bepaald in de modulen over individuele geweldbeheersing. Er wordt eveneens de nadruk gelegd op het begrijpen van de verschillende gemeenschappen, van hun mentaliteit en gewoontes. Deze vorming kan nadien in de voortgezette vorming worden opgenomen. Het spreekt vanzelf dat de terreinervaring van de verschillende politieverantwoordelijken de theoretische vormingen aanvult. Na elk incident of moeilijke gebeurtenis is het noodzakelijk de interventies volledig te evalueren, zowel bij het basispersoneel als het kader.
Om overtredingen te vervolgen is er een maximum aan bewijzen nodig. De politiediensten beschikken daarvoor over meerdere menselijke en technische middelen. Zo wordt er vaak gebruik gemaakt van opnamemateriaal zoals fototoestellen en video-apparatuur voor het registreren van bewijzen, vooral bij risicohoudende gebeurtenissen waar veel overtredingen worden begaan. Politieploegen die specifiek met die taak worden belast, zullen bij verscheidene ordediensten worden ingezet. In dat kader zijn de richtlijnen van de parketten in verband met de inzameling en de registratie van bewijzen van groot belang.
Wat de preventie betreft, kent de minister van Binnenlandse Zaken aan steden en gemeenten inderdaad subsidies toe in het kader van de overeenkomsten inzake criminaliteitspreventie, meer bepaald de veiligheids- en preventiecontracten. Er werden programma's ontwikkeld om de verschillende vormen van criminaliteit, zoals geweld, burenruzies en jeugdcriminaliteit aan te pakken. De programma's zijn erop gericht de integratie van bepaalde doelgroepen te verbeteren.
Zo zijn er bemiddelingsprojecten en sociale overlegdiensten om de spanningen in de wijken te verminderen door het inzetten van bemiddelaars, straathoekwerkers en wijkwerkers die belast zijn met het bevorderen van de dialoog tussen de jongeren en de ouderen en tussen de jongeren en de gemeentelijke overheid. Die verschillende types van initiatieven hebben hun nut bewezen in de betrokken steden en gemeenten door hun reële impact op de verbetering van de levenskwaliteit, de vermindering van politie-interventies en van verschillende vormen van criminaliteit, onburgerlijk gedrag, verkrotting en vandalisme.
In Antwerpen wordt voortdurend pro-actief gewerkt rond wijkwerking met verschillende gemeenschappen, zowel autochtonen als allochtonen. De straathoekwerkers en de pleinanimatoren staan voortdurend via de telefoon met elkaar in verbinding. Bij het geringste probleem nemen ze contact op met de preventiedienst, die op zijn beurt contact opneemt met de politie, de burgemeester of de schepen van veiligheid. De tussenstap via de preventiedienst is noodzakelijk om het werk van de straathoekwerkers en de pleinanimatoren niet in het gedrang te brengen. Deze werkers krijgen tevens een opleiding inzake conflicthantering en agressie.
Naar aanleiding van de incidenten in Antwerpen na de aanslag op een jonge man van allochtone origine, zal tijdens de vergadering die maandag in Borgerhout plaatsvindt, worden besproken op welke manier buurtwerkers en politie op dergelijke problemen moeten reageren.
De heer Frans Lozie (AGALEV). - Ik ben bijzonder tevreden met sommige aspecten van het antwoord van de minister van Binnenlandse Zaken. Het verheugt mij dat er een ploeg wordt opgeleid die zich zal bezighouden met het inzamelen van bewijsmateriaal voor de vervolging van ordeverstoorders en personen die onverantwoorde daden verrichten. Ik hoop dat die ploeg zich niet uitsluitend toespitst op bepaalde vormen van manifestaties, maar dat ze bij incidenten van allerlei aard kan worden ingezet. Ik heb begrepen dat dit initiatief niet specifiek is gericht op de aanpak van risicosituaties die verband houden met de allochtone gemeenschap.
Het antwoord van de minister met betrekking tot het plan intégral marocain is minder duidelijk. Ik veronderstel dat Binnenlandse Zaken ook op dat vlak pro-actief te werk zal gaan en dat de preventieve acties eveneens niet specifiek op een bepaalde bevolkingsgroep zijn gericht. Ik meen uit het antwoord te hebben begrepen dat de middelen die op het vlak van de preventie worden ingezet, worden gebruikt voor de aanpak van crisissituaties in het algemeen en dat ze niet uitsluitend worden toegespitst op het beheersen van spanningen tussen volksgemeenschappen.