(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
In uw antwoord van 8 november 2001 zegt u het volgende, ik citeer :
« In de politiezones waarvan het rechtsgebied samenvalt met dat van één gemeente, de monocommunale zones dus, zijn de taalwetten die op de gemeenten en haar personeel van toepassing zijn, volledig van toepassing op het plaatselijke politiekorps.
De multicommunale zones moeten wat betreft de toepassing van de gecoördineerde wetten aangaande de op administratief gebied te gebruiken taal, worden beschouwd als regionale diensten waarvan de bevoegdheidssfeer zich over meer dan één gemeente uitstrekt, zonder daarom het hele land te bestrijken.
In het administratief arrondissement Brussel moeten de korpscommandanten van de plaatselijke politie op het vlak van kennis aan dezelfde vereisten voldoen als de korpscommandanten van de gemeentepolitie.
Ik heb advies gevraagd aan de Vaste commissie voor taaltoezicht met betrekking tot de politiezone waartoe Drogenbos, Linkebeek en Sint-Genesius-Rode behoren. Die politiezone bestaat uitsluitend uit gemeenten met een speciaal taalstelsel. Volgens de commissie moet de korpscommandant van die zone op de wijze die wettelijk is bepaald, het bewijs leveren dat hij de landstaal kent die niet de taal van de regio is. (...)
Zeven andere multicommunale zones, twee in het Waalse Gewest en vijf in het Vlaamse, tellen elk één gemeente met een speciaal taalstatuut, naast één of meer eentalige gemeenten. De korpsen daarvan moeten zo worden georganiseerd dat het publiek er zonder problemen moet kunnen worden ontvangen in de taal dat het gebruikt. Op het niveau van de dienst is er dus tweetaligheid, op het individuele niveau echter niet. De kandidaat-korpscommandant moet dus geen wettelijk bewijs leveren van zijn kennis van de tweede landstaal. »
Dat antwoord getuigt, net als de antwoorden die werden gegeven bij een interpellatie in de Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken, eens te meer van een dubbele tegenstrijdigheid met betrekking tot uw oorspronkelijke verbintenis om de faciliteitengemeenten niet te integreren in politiezones die eentalige gemeenten omvatten, maar ook op het vlak van de toepassing van de wet betreffende de op administratief gebied te gebruiken taal.
Op juridisch vlak bevestigt u immers dat de multicommunale zones moeten worden beschouwd als gewestelijke diensten, maar dat hun activiteiten niet het hele land bestrijken.
In Sint-Genesius-Rode, Drogenbos en Linkebeek moeten de agenten het bewijs leveren dat zij de landstaal kennen die niet de taal van de regio is, aangezien de zone waartoe die gemeenten behoren, uitsluitend uit faciliteitengemeenten bestaat. Daar staat tegenover dat er in Wemmel geen tweetaligheid meer vereist is, aangezien het politiekorps van de zone AMOW (Asse, Merchtem, Opwijk en Wemmel) alleen op een dusdanige wijze moet worden georganiseerd dat het publiek er zonder problemen moet kunnen worden ontvangen in de taal dat het gebruikt, terwijl de agenten er vroeger tweetalig moesten zijn.
Kan u mij een juridische uitleg geven voor dat verschil in behandeling ? Is dat verschil niet het gevolg van uw beslissing om Wemmel te integreren in een zone die eentalige gemeenten omvat ?
Om uw positie te rechtvaardigen verwijst u naar het door u gevraagde advies van de Vaste commissie voor taaltoezicht met betrekking tot de zone waartoe Drogenbos, Linkebeek en Sint-Genesius-Rode behoren. Dat advies zegt dat de agenten het bewijs moeten leveren dat zij de landstaal kennen die niet de taal van de regio is.
Ik had graag van u een antwoord gekregen op de volgende vragen :
Heeft u de Vaste commissie voor taaltoezicht vragen gesteld betreffende de zone AMOW ?
Mocht dat niet zo zijn, waarom heeft u dat dan niet gedaan ?
Op basis van welke bepalingen van de gecoördineerde wetten betreffende het taalgebruik wordt er op administratief gebied van de leden van het politiekorps van die zone geen talenkennis vereist ?
Als we ervan uitgaan dat de verkeersdienst van de zone AMOW de aanvragen voor een toelating om een deel van de openbare weg in beslag te nemen vanuit een centraal punt afhandelt namelijk vanuit een dienst die in één van de eentalige gemeenten is gevestigd , in welke taal is dan het document gesteld dat door die dienst naar een Franstalige inwoner van Wemmel wordt gestuurd ?
Welke agenten krijgen een taalpremie ? Alle agenten die over het getuigschrift van de kennis van de andere landstaal beschikten toen de politieraad voor decentralisering van de diensten koos of alleen de agenten van de gemeente Wemmel ?