2-178 | 2-178 |
M. le président. - Mme Isabelle Durant, vice-première ministre et ministre de la Mobilité et des Transports, répondra au nom de M. Olivier Deleuze, secrétaire d'État à l'Énergie et au Développement durable.
De heer Didier Ramoudt (VLD). - Eergisteren gaf staatsecretaris Deleuze een concessie aan de groep C-power voor de mogelijke aanleg van een windmolenpark voor de Belgische kust, ogenschijnlijk zonder overleg met zijn Vlaamse collega's bevoegd voor toerisme en economie. Hij heeft evenmin gewacht tot alle informatierondes met de bevolking en de betrokken sectoren werden afgerond.
De professoren Vanhove en Frantzen hebben al aangetoond hoe zinloos de bouw van windmolenparken voor onze kust is. Volgens professor Frantzen is een dergelijk windmolenpark zelfs niet rendabel, terwijl professor Vanhove uitvoerig wijst op de negatieve effecten voor het toerisme. De concessiehouder zou zelfs niet meer verplicht zijn de molens af te breken, wat zal leiden tot een windmolenkerkhof voor de Belgische kust.
Deze aanslag op de visserij, de maritieme fauna en het toerisme getuigt van onkunde in deze materie. De vis zal verdwijnen op de zandgronden, die met grote rotsblokken zullen worden bezaaid. De visuele vervuiling van de nu al geteisterde kust zal de vele inspanningen teniet doen die in het verleden zijn gedaan om de kust aantrekkelijker te maken. Blijkbaar primeert in dit dossier het financiële en economische voordeel van deze nutsgroepen op de ecologische en sociale waarden.
Ik heb dan ook vragen over de blijkbaar bevoorrechte relatie met C-power, die als eerste een domeinconcessie kreeg toegewezen. De staatssecretaris heeft zelfs niet gewacht tot elke aanvraag werd bestudeerd. Volgens mij zal deze beslissing leiden tot een belangenconflict tussen de federale en Vlaamse bevoegdheden.
Heeft er overleg plaatsgevonden met de Vlaamse ministers van Toerisme en Economie, de kustburgemeesters en de betrokken sectoren?
Is de staatssecretaris ervan op de hoogte dat de windmolens ernstige en blijvende schade zullen toebrengen aan de kustvisserij en aan het toerisme.
Weet de staatssecretaris dat na de rentabiliteitsperiode van 15 à 20 jaar de maritieme zone niet meer in zijn oorspronkelijke staat kan worden hersteld.
Onderzocht de staatssecretaris de mogelijke aankoop van groene energie in andere landen, naar het Waalse voorbeeld en het project in Senegal? Zo neen, waarom niet; zo ja, waarom zijn in die richting geen stappen gedaan?
Mevrouw Isabelle Durant, vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer. - Er werd bijzonder veel geïnvesteerd in informeel en formeel overleg met alle betrokkenen.
Zo heeft de CREG in uitvoering van het koninklijk besluit van 22 december 2000 advies gevraagd aan niet minder dan elf ministeries en diensten, waaronder de ministeries van Landsverdediging, Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken, Landbouw, Financiën en Verkeer en Infrastructuur, de dienst Energie en de dienst Kwaliteit en Veiligheid van het ministerie van Economische Zaken, de BMM, de DWTC en het Federaal Planbureau. De CREG heeft ook de Vlaamse regering om advies gevraagd. Alle adviezen werden onderzocht. Over de punten die aanleiding gaven tot opmerkingen, werd overleg georganiseerd, met als gevolg dat voor sommige van die punten bijkomende voorwaarden werden opgelegd.
Naast dit formeel overleg heeft de staatssecretaris van bij het begin overleg gepleegd met de verschillende betrokken sectoren, zoals visserij, toerisme en natuurliefhebbers. Een medewerker van zijn kabinet heeft verscheidene vergaderingen van de kustburgemeesters bijgewoond en hij heeft de gouverneur en de vertegenwoordigers van de visserijsector meermaals op zijn kabinet ontvangen.
De Vlaamse regering heeft een positief advies uitgebracht. Bovendien werd in overleg met de minister van Leefmilieu, mevrouw Aelvoet, een bijkomende informatie- en consultatieronde georganiseerd door een onafhankelijk bureau, de VZW Stadsland.
Het is dus niet correct te beweren dat er onvoldoende overleg is geweest.
Er is inderdaad zeer snel na het afsluiten van de consultatieronde een beslissing genomen. Aangezien het koninklijk besluit zo'n snelle beslissing oplegt, kon niet worden gewacht tot de consultaties voor het tweede project afgelopen waren.
Over de visuele vervuiling bestaat geen eensgezindheid: de ene vindt een windmolenpark mooi, maar de andere niet. Aangezien de molens op een afstand van zes kilometer van de kust worden ingeplant, zullen ze nauwelijks zichtbaar zijn. Ik ben het er wel mee eens dat er aan de kust veel visuele vervuiling is, maar ik denk hierbij aan de schreeuwlelijke appartementsgebouwen.
De heer Didier Ramoudt (VLD). - Er is dus wel overleg gepleegd met de verschillende betrokken niveaus. Toch wijs ik erop dat de beslissing is gevallen vóór alle partijen werden gehoord, want vanavond vindt te Knokke-Heist nog een voorlichtingsvergadering voor de bevolking plaats.
Beweren dat er geen sprake is van visuele vervuiling, is onzin. Ik begrijp niet waar de staatssecretaris het haalt dat de bevolking geen bezwaar tegen de windmolens heeft. De molens zullen tussen 80 en 100 meter hoog zijn en op zes kilometer van de kust worden ingeplant. Iemand die bij het casino van Middelkerke staat, kan het casino van Oostende zien, dat zich op 10 kilometer afstand bevindt. Bovendien is het casino in tegenstelling tot de windmolens maar 25 meter hoog.
De windmolens houden bovendien nog extra risico's in voor de scheepvaart, want ze staan op amper enkele kilometers van de aanlooproute van de zeehaven van Zeebrugge. Nog niet zo lang geleden kwam een schip op het strand van Blankenberge terecht. De gevaren zijn dus niet denkbeeldig.
Wat ik het ergste vind, is dat een groen regeringslid de mogelijkheid heeft in het buitenland groene energie te kopen, waardoor België in orde zou zijn met de Europese regelgeving terzake, maar dat niet doet. De economische belangen van de elektriciteitsproducenten en intercommunales primeren blijkbaar op de ecologische waarden die de staatssecretaris zo hoog in het vaandel draagt.